Talentfabriek Dario & (B)Co

© BELGAIMAGE

Ook in deze play-offs, die dit weekend van start gaan, zijn alle ogen weer gericht op het BC Oostende van succescoach Dario Gjergja. Op zoek naar een tiende landstitel op rij. En het strafste van al: dat gebeurt doorgaans met jong, Belgisch geweld. Wie zei daar dat jeugd opleiden en prijzen pakken niet samengaan? Dario Gjergja legt voor u uit hoe dat in zijn werk gaat.

Indrukwekkend, een beter woord bestaat er niet voor het schier eindeloze lijstje van spelers die in de handen van meester-opleider Dario Gjergja (45) tot volle wasdom zijn gekomen. Werpen we gewoon al eens een blik op de erelijst van ‘Spelers van het Jaar’, dat jaarlijks de beste Belgische basketballer bekroont. Dit seizoen was dat Loïc Schwartz, een 28-jarige Brusselaar die nochtans al door velen afgeschreven leek wegens ‘niet de juiste mentaliteit’. Tot hij bij BC Filou Oostende in handen van Gjergja viel. Eerder gebeurde hetzelfde met Jean Salumu (2018), Quentin Serron (2016) en Pierre-Antoine Gillet (2015), al gold bij hen het omgekeerde: kerels met wél de juiste mentaliteit maar misschien niet het grootste talent.

Een vraag die ik vaak stel aan mijn spelers, is: wat heb je vandaag extra gedaan?’ Dario Gjergja

Gjergja gaat met beide types aan de slag. Het zorgt ervoor dat steeds vaker makelaars, spelers en clubs zelf komen aankloppen in Oostende om daar hun talenten te laten rijpen. Zoals het grote Real Madrid, dat met Amar Sylla (19) en Mario Nakic (19) twee van zijn paradepaardjes aan de Belgische kust stalde. Of Belgian Lion Haris Bratanovic (20), een reus van 2m08, die het tweede team van FC Barcelona inruilde voor de regerende Belgische landskampioen. Of Keye van der Vuurst de Vries (19), een van de grootste Nederlandse talenten, die voor Gjergja en Oostende koos om zijn carrière definitief te lanceren. In hun schaduw wordt ook nog eens verder geschaafd aan de kwaliteiten en gebreken van lokale jongens, zoals Simon Buysse (23) en Servaas Buysschaert (22).

Wat heel dat verhaal aan talentontwikkeling nog straffer maakt: ze gaat gepaard met een arsenaal aan titels en bekers. Sinds Gjergja in 2011 neerstreek bij Oostende pakte de kustploeg negen landstitels op een rij, en ondertussen ook nog eens zeven nationale bekers. Recent nog in een gewonnen finale tegen Kangoeroes Mechelen. Gjergja: ‘In topsport ben je maar zo goed als de resultaten, dus moet je talentontwikkeling altijd koppelen aan resultaten. Zeker bij een club als Oostende. Tegelijkertijd wil ik hier meer achterlaten dan een trofeeënkast. De lijst zien van spelers die hier vertrokken naar topcompetities, dat maakt me trots.’

Ook nu weer geldt BCO als de favoriet om zichzelf straks op te volgen als kampioen. We spraken met architect en talentontwikkelaar Dario Gjergja over zijn handleiding tot succesvol werken met jeugd.

Beloon met extra werk

Je vraagt je soms af: wanneer slaapt die man? Dario Gjergja woont niet voor niets op 200 meter van de Versluys Dôme. Naast zijn ploegtrainingen investeert hij veel tijd in individuele begeleiding. Voor volgend seizoen heeft hij al een nieuw plan in gedachten: de beloftevolle juniors om 8u30 naar de zaal laten komen om dan al met hen aan de slag te gaan voor de groepstrainingen van het A-team. Maar hij hamert vooral op extra trainen. Uit eigen beweging. ‘Dat is een vraag die ik vaak stel aan mijn spelers: wat heb je vandaag extra gedaan? Want de uren van de ploegtraining tellen voor mij niet, die zijn vanzelfsprekend’, legt Gjergja uit. ‘Dat hoeft zelfs niet altijd lang te duren, soms volstaat een kwartiertje, zolang je het maar consequent herhaalt. Je spieren zijn als hersenen, die slaan die bewegingen op.’

Onder impuls van Gjergja werd Loïc Schwartz verkozen tot Speler van het Jaar.
Onder impuls van Gjergja werd Loïc Schwartz verkozen tot Speler van het Jaar.© BELGAIMAGE

Legendarisch zijn ook de drills die hij daarbij gebruikt. Zo vertelde ex-Oostendenaar Jean Salumu hoe hij op zijn eerste stap, de versnelling, moest werken door dagelijks met gewichten aan zijn enkels te spurten of met een zware krachtbal in de armen te lopen. Gjergja: ‘Ik test mijn spelers graag, mentaal en fysiek. Je moet je plek verdienen. Vaak zeg ik hen: ik zal je belonen met extra werk. Dat ik mijn tijd in je investeer. Maar als je cadeautjes krijgt, ga je niets bereiken.’

Toch is niet elk jong talent geboren met eenzelfde arbeidsethos. Op welke basis kiest Gjergja dan of hij zijn tijd wil steken in iemand? ‘Als je talent ziet, wil je hem alle tools aanreiken om dat te ontwikkelen. Zeker in België, waar de echte basketbaltalenten niet bij bosjes rondlopen – dat heeft te maken met een gebrek aan structuur -, dus dan moet je daar spaarzaam mee omspringen. Veel spelers komen hier echter toe met de attitude van ‘ Show me the money’, zoals in de film ‘Jerry Maguire’, maar dan antwoord ik: ‘ Show me that you deserve a spot’. Je moet bewijzen dat je beter bent dan je concurrent voor diezelfde positie.’

In Kroatië is sport op leven en dood. Met het gebrek aan honger in België heb ik het soms lastig.’ Dario Gjergja

De Kroatisch-Belgische coach gaat soms ver in zijn individuele begeleiding van talenten, letterlijk zelfs, en neemt hij spelers meer naar Zadar, zijn thuisstad in Kroatië. Om er dan een week of twee weken intensief te trainen. Met Khalid Boukichou en Pierre-Antoine Gillet gebeurde dat bijvoorbeeld. ‘Ik doe dat omdat ik die speler dan van kortbij kan opvolgen. We werken afwisselend in de gym… en in de zee. Ideaal voor stabiliteitsoefeningen.’

Die investering zorgt ervoor dat Gjergja soms een speciale band opbouwt met zijn spelers. Wanneer hij het over Gillet heeft, of Quentin Serron, schiet zijn gemoed bijna vol. ‘Niemand geloofde in Serron of Gillet, maar ze kwamen er door hun werkethiek. Ze stoppen niet en gaan door een muur om te slagen in het leven. Daar ben ik zo fier op en dat geeft mij als coach ook zoveel energie. Die speciale band met die jongens zal heel mijn leven blijven. Pierre is een taaie, maar tegelijkertijd heel lief en gevoelig. Toen hij hier vertrok hebben we beiden staan huilen.’

Observeer en prikkel je spelers

Het eerste wat Gjergja doet, is de lichaamshouding van zijn spelers observeren. ‘Ik studeerde kinesitherapie en geraakte daardoor nogal geobsedeerd door de houding van mensen. Hoe staan je voeten geposteerd? Hoe is je balans? Hoe neem je shots? Om correcties te kunnen aangeven moet je biomechanica begrijpen. Met Nakic bijvoorbeeld viel meteen zijn shottechniek op. Nu zet hij altijd eerst zijn linkse voet en trekt zijn rechtse bij, dat maakt hem makkelijk te scouten. Als hij zijn arsenaal uitbreidt, wordt hij veel moeilijker af te stoppen.

‘Ik observeer mijn spelers ook buiten het veld. Niet dat ik als een gestapo hun hele doen en laten controleer, maar ik wil wel zien hoe ze reageren bij een potje kaarten bijvoorbeeld. Of bij een groepsactiviteit. Daarom heb ik een hekel aan sociale media, dat is niet de echte wereld, daar heb je geen rechtstreekse interactie met mensen en het zal je niet helpen beter te worden in je werk. Dat probeer ik mijn spelers geregeld in te peperen.’

Liever geeft hij hen een boek mee over motivatietechnieken of een handboek van een basketbalcoach. ‘ Succes is a choice van de Amerikaanse coach Rick Pitino bijvoorbeeld, of zijn The one day contract, over hoe je op latere leeftijd gemotiveerd kan blijven om beter te worden’, zegt Gjergja. ‘Maar niet iedereen leest graag, dus gebruik ik even vaak filmpjes. De motivatiespeech van Arnold Schwarzenegger bijvoorbeeld. Fantastisch! Zijn boodschap? Work your ass off!’ ( lacht)

Soms botst het, zoals met Boukichou, een getalenteerde center, maar vaak eigenzinnig. Gjergja countert: ‘Khalid is ondertussen veranderd, vraag hem nu maar eens wat hij van mij denkt. Ik besef dat ik soms spelers ambeteer, maar achteraf begrijpen ze het meestal wel. Zo heb ik vorig seizoen Loïc Schwartz eens uit de kern gezet, vlak voor de play-offs. Soms moet je zoiets drastisch doen om een punt duidelijk te maken, en kijk wat voor een topseizoen hij nu speelt.’

Kijk door de opvoeding

Gjergja is een Balkanadept. Een vat vol emotie, wat conservatief in zijn maatschappelijk denken en met een hang naar discipline. ‘Soms noemt men zoiets old school, maar dat begrijp ik niet goed. Akkoord, de jongeren vandaag hebben meer uitleg nodig of een complimentje, maar dat hoeft toch niet te betekenen dat je ze maar laat doen? Het is net aan ons, de ouderen, om hen te pushen om betere mensen, of betere atleten, te worden. Al moet ik toegeven dat ik in mijn eerste jaren in België misschien té veeleisend was.

‘Veel hangt af van de opvoeding of de omgeving waarin je opgroeide. Daarom praat ik ook geregeld met de ouders van een jonge speler, het is cruciaal dat we op dezelfde pagina zitten, anders kan je geen progressie boeken. Als ik iemand een luiwammes vind, dan zal ik dat ook zeggen. Wat heeft zo’n jongen eraan dat ik hem dan complimenten ga geven?

‘In Kroatië is sport op leven en dood. Omdat jongeren weinig kans maken op een mooi betaalde job. In België is dat anders. Met dat gebrek aan honger heb ik het soms lastig. Met Amerikanen werken is nog moeilijker: daar is alles nog meer gericht op blingbling en denkt men individualistischer. Je moet slechte gewoontes eerst herkennen voor je ze kan veranderen. Maar niet bij iedereen raak je even makkelijk binnen.

‘Het geval Mike Myers heeft mij op dat vlak veel geleerd. Toen hij hier enkele jaren geleden was, hadden we vaak gesprekken, maar ik leek niet tot hem door te dringen. Toen hij vlak voor de play-offs geblesseerd raakte, bood dat mij de kans om drie weken met hem in de gym te werken. In die play-offs was hij uiteindelijk onze beste speler. Het had te maken met wederzijds vertrouwen. Toen hij zag wat ik met hem wilde bereiken, ging hij er vol voor. Om maar te zeggen: je kan met iedereen aan de slag. En daarom mag je niet te snel toegeven aan hun gebrek aan honger.’

Creëer de juiste setting

‘Een speler als Dusan Djordjevic in je ploeg hebben, is héél belangrijk’, beseft Gjergja. 38 jaar is hij ondertussen, de Servische spelverdeler van BC Oostende. Hij kwam in 2011 tegelijkertijd met Gjergja toe en samen wonnen ze nu al negen landstitels op rij. Zijn knoken zijn wat roestiger geworden, maar zijn passie en werkethos blijven ongeëvenaard.

‘Waarom speelt Djordjevic nog steeds basketbal? Omdat hij zo van het spelletje houdt! En omdat hij het grootste competitiebeest is dat ik ooit zag. Zonder karakter is het heel moeilijk om grootse dingen te bereiken. Djordjevic is nooit te laat, is op en top professioneel. Hetzelfde geldt voor Gillet, Mwema, Troisfontaines,… die mannen nemen de jongeren op sleeptouw. Daarmee creëer je een omgeving waarin jongeren niet anders kunnen dan daarin meegaan. Ik denk dat we die winnaarscultuur de voorbije jaren heel goed hebben neergezet in Oostende.’

Bouw een netwerk uit

Real Madrid, FC Barcelona, Boston Celtics: allemaal hebben ze het nummer van Dario Gjergja in hun gsm staan. ‘Op sommige momenten staan wij op het veld met een gemiddelde leeftijd van niet eens twintig jaar, daar wordt uiteraard over gepraat. Agents bellen mij nu zelf. Dat heeft als grote voordeel dat we keuze hebben uit spelers.’

In 2017 trok de Kroatische coach de plas over, om er voor Celtics te werken tijdens de Summer League in Utah en Las Vegas. ‘Heel leerrijk, want je komt in een andere wereld. NBA is een machine, waarin alles netjes geregeld is en voor elk domein een specialist rondloopt. Ik bekeek het voornamelijk als een uitbreiding van mijn netwerk, want je ontmoet er veel andere coaches en scouts. Sinds ik in 2018 bondscoach van België werd, ontbreekt mij echter de tijd om nog naar de VS af te zakken. Ergens blijft het wel een droom om ooit daar aan de slag te gaan, maar laat mij eerst eens de top in Europa bereiken.’

De mentor van de mentor

Dario Gjergja begon al vroeg, op zijn 26e, aan een trainerscarrière. Eerst enkele jaren als assistent bij KK en Cibona Zagreb in eigen land, nadien bij het Russische Ural Great Perm en Spirou Charleroi. En vanaf 2009 als hoofdcoach, eerst bij Luik en sinds 2011 bij Oostende. Wie ontdekte bij hem het talent als coach en opleider? Gjergja noemt twee namen: ‘De eerste is professor-dokter Slavko Trninic, we zijn van dezelfde stad afkomstig, Zadar. Hij is dé basketbalexpert van ex-Joegoslavië en leidde de beste spelers op: Toni Kukoc, Dino Radja, Dejan Bodiroga, noem maar op. We werkten samen bij Cibona en sindsdien zijn we elkaar blijven volgen, we bellen nog wekelijks. Zijn inzichten in basketbal zijn niet te evenaren. Hij leerde me alles.’

‘De tweede is Niksa Bavcevic ( in ons land aan de slag geweest bij Pepinster, Bergen en Charleroi, nvdr). Hij heeft zijn ervaring aan mij doorgegeven. Hij adviseerde me bijvoorbeeld dat ik mijn non-verbale communicatie moet aanpakken. Zeker tijdens wedstrijden. Omdat dat helemaal anders overkomt dan het eigenlijk bedoeld is. Toegegeven, dat frustreert me, omdat mensen mij puur op basis van dat hevige gedrag tijdens de matchen beoordelen, niet op hoe ik door de week werk of hoe ik persoonlijk met mensen omga. Dat is zoals Tupac Shakur zong: If you don’t know me, don’t judge me.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content