De opleiding op Anderlecht is top, Europese top zelfs. Na Leander Dendoncker in de supercup tegen RC Genk, debuteerden nu ook Chancel Mbemba, Youri Tielemans en Frank Acheampong op de openingsspeeldag tegen Lokeren. Ondanks de nederlaag zette Anderlecht een grote stap in wat zijn nieuwe identiteit moet worden.

Het is stilaan vaste prik. Herman Van Holsbeeck die pocht met de opleiding van zijn club en grote revelaties voorspelt. Na het binnenhalen van het kampioenschap had de Anderlechtmanager het over een pak talenten “in de frigo”. Zulke uitspraken deed hij een jaar geleden ook al. De ingebruikname van het state-of-the-artoefencomplex in Neerpede leek toen voor een nieuw bewustzijn te hebben gezorgd in de Brusselse directiekamer. Bij het aantreden van John van den Brom werd diens verleden als speler en vooral als hoofd opleidingen bij Ajax extra in de verf gezet om het paars-witte doorstromingsverhaal kracht bij te zetten. In de praktijk viel dat laatste nogal tegen achteraf. Dennis Praet had al gedebuteerd onder Ariël Jacobs, zodat Massimo Bruno als enige nieuwkomer de sprong naar het A-elftal maakte. Buiten deze twee youngsters zaten alleen Michaël Heylen en Leander Dendoncker ook één keer op de bank, maar eraf komen deden ze niet. Toen het in de laatste rechte lijn naar de titel begon te nijpen, verdwenen ook Praet en Bruno uit beeld en greep Van den Brom zelfs terug naar de afgeschreven ouderdomsdeken Marcin Wasilewski.

Toch neemt Jean Kindermans, Anderlechts technisch directeur jeugd, de verdediging van de Nederlander op zich. “Van den Brom heeft Praet en Bruno de kans gegeven zich op te werpen als volwaardige titularissen op toch niet de gemakkelijkste posities”, zegt hij. “Als je in een wedstrijd op leven en dood (tegen Limassol voor een plaats in de Champions League, nvdr) met Praet start en er Bruno ingooit, getuigt dat van lef. Als ik in het buitenland ergens op word aangesproken, dan precies op het feit dat Anderlecht in de Champions League met twee tieners speelde. Buiten Jordan Lukaku kan ik niemand anders noemen die misschien ook minuten had moeten krijgen. Dat het hem niet is gelukt zich tussen Deschacht en Safari te wringen, is deels zijn fout, deels die van de club. Vergeet niet dat hij er altijd een beetje bij is genomen als het broertje ván dat toevallig ook nog wat kan voetballen. Mentaal en psychologisch zal Jordan het zelden gemakkelijk hebben gehad.”

Fans pro jeugd

Blijft de vraag waarom we dit keer meer geloof moeten hechten aan Van Holsbeecks woorden. Antwoord: omdat Anderlecht op het hoog aangeschreven beloftetoernooi van Viareggio in Italië de finale bereikte en daarin AC Milan versloeg met 3-0 – twee doelpunten van Frank Acheampong. Omdat de paarse U21 de achtste finales bereikten van de Next Gen Series, ook wel de baby-Champions League genoemd. Omdat de U17 voor de tweede keer de Aegon Cup in Amsterdam wonnen – met Youri Tielemans en Samy Bourard als uitblinkers. En omdat voor het tweede jaar op rij een half dozijn jonkies mee op zomerstage mocht met de A-kern.

Kindermans: “Eén zaak kan je niet ontkennen: de resultaten in de Next Gen stáán er. Op elk internationaal jeugdtoernooi doen we mee voor de prijzen, elk jaar opnieuw hebben we tientallen spelers die individuele trofeeën winnen. Puur resultaatgericht kan je van de Anderlechtopleiding niets anders zeggen dan dat ze Europese top is. De conclusie is dan ook dat Anderlecht op het vlak van doorstroming nog stappen kan zetten. Als directielid denk ik dat we die stap dit jaar gaan zetten, als hoofd opleidingen hoop ik het. Vergeet ook niet dat de jeugdopleiding nog maar twee jaar nauw samenwerkt met de eerste ploeg. Je kunt het verleden niet zomaar weg gommen met een verhuizing. Wat mij vooral vertrouwen geeft, is dat de Anderlechtjeugd er vorig seizoen in de Next Gen in is geslaagd 8000 mensen naar het stadion te lokken tegen Tottenham en 10.000 tegen Barcelona. Tot mijn groot genoegen zag ik spandoeken met daarop: In youth we trust. Dat betekent dat de supporters van Anderlecht accepteren dat we de betere jeugd speelminuten proberen te geven. Ik hoop dat de rest van de club – technische staf, directie en scouting – nu volgt.”

Dat lijkt nu wel de bedoeling. Van Holsbeeck noemde de doorstroming vorige week een absolute prioriteit. Van den Brom sloot zich daarbij aan. Hij keek in eigen boezem en beloofde meer kansen voor de jongeren dan vorig seizoen, toen hij – zo bekende hij – misschien te erg aan zijn basisploeg vasthield.

Positieve flow

Kindermans pleit voor een beter gebruik van de begrippen ‘opleiding’ en ‘doorstroming’. “Romelu Lukaku kwam hier aan als een atleet, maar op voetbalvlak moest hij nog veel vorderingen maken. Daarin zijn we geslaagd. Praet kwam dan weer als een juweeltje, waarvan de kantjes nog moesten – en moeten – worden gepolijst. Bruno is weer een ander verhaal. Ooit al hier geweest, dan vertrokken en clubs bezocht waarvan we allemaal zeggen: daar is geen jeugdopleiding. Vervolgens door ons herontdekt bij de nationale ploeg U18 en teruggehaald. Dus wat is jeugdopleiding? Ik zou de vraag daarom breder willen formuleren: geeft Anderlecht de kans aan jongeren, vanwaar ze ook komen?”

Het antwoord geeft hij zelf: “Het is nog altijd een werkpunt. Ik denk dat we op directieniveau standpunten moeten gaan innemen, die we niet alleen verkondigen in het begin van het seizoen, maar die we ook daarna het hele jaar proberen door te trekken en waarbij we onszelf geregeld gezond-kritisch durven te benaderen.”

Belangrijk is om jongeren op het gepaste moment te brengen. Dat is een kunst. Een kunst die Ajax – de internationale referentie op dat vlak – tot in de puntjes beheerst, maar Anderlecht nog niet. Wat ís ook het gepaste moment? Wanneer die jongeren in een positieve flow zitten, bijvoorbeeld, zoals vorig seizoen tijdens de Next Gen Series, maar waarvan toen geen gebruik is gemaakt door Van den Brom en zijn assistenten. Of in de op papier makkelijker wedstrijden tegen pakweg Lierse of Oostende, wanneer links of rechts een vedette rust kan worden gegund zodat hij fysiek en mentaal fris naar de play-offs wordt gebracht. “Als we ons dan toch willen vergelijken met Ajax, is dat de volgende stap die Anderlecht moet zetten. Ik zie liever een jongen van zeventien zonder ervaring, maar met veel meer talent en progressiemarge invallen na zeventig minuten dan een Bart Goor ver boven de dertig en op zijn retour zoals hier in het verleden nog is gebeurd. Ajax heeft dat lef meer dan Anderlecht. Wij spreken nog altijd vaak over ervaren, oudere spelers.”

Kindermans beseft dat hij voor zijn eigen winkel praat. Die winkel is nog niet voor iedereen op Neerpede dezelfde. “We moeten nog meer op elkaar afgestemd zijn. Met de aanstelling van Van den Brom rollen we daar stilaan in. Dit seizoen wordt het belangrijkste. In een ploeg die zijn sleutelspelers verliest, wordt de volgende stap dat de jongeren ook nog meespelen wanneer op het eind van augustus de drie grote ambities op het voorplan treden. Dat ze er in de voorbereiding bij waren, mag geen eindpunt zijn.”

Oneerlijke concurrentie

Van het tiental jongeren dat aan de poort van de A-ploeg morrelt, komen er vijf uit het buitenland – Spanje, Honduras, Colombia, Ghana en Congo. Volgens Kindermans zal Anderlecht altijd op zoek blijven gaan naar nieuwe Suárezen en Biglia‘s. Jonge buitenlanders van zestien à achttien jaar die eerst sportief en nadien ook financieel moeten renderen. “Anderlecht wil de beste jeugdopleiding van België hebben en daarnaast af en toe – maar het mag geen constante worden – jongens halen die het vier, vijf jaar later kan verkopen.”

Tot in een recent verleden was dat evenwicht vaak zoek. Jongeren uit de opleiding leden onder een manifeste vorm van oneerlijke concurrentie. “Voor onze eigen jeugdspelers zijn we altijd veel strenger dan voor transfers. Diogo, Barrios en Lecjaks hadden niet half zoveel kwaliteiten als Lukaku, maar werden beschermd en kregen veel meer kansen. Ik hoop dat zulke transfers tot het verleden behoren. Als wij nu ontdekken dat Godeau en Verboom meer dan volwaardige eersteklassespelers zijn, is het net omdat ze bij Zulte Waregem minuten hebben gekregen. Wij moeten spelers pas doorsturen als we er intern van overtuigd zijn dat ze niet sterk genoeg zijn om ooit een basisspeler van Anderlecht te zijn. En wanneer weet je dat pas? Als ze speelminuten hebben gekregen.”

Absolute top

Voor twee jongeren heeft Kindermans een speciale vermelding. De ene is pas negentien geworden en niet nieuw meer, maar hij verdween het afgelopen seizoen onverwachts van de radar.

“Ik ben een groot verdediger van Jordan Lukaku. Telkens als ik in het buitenland ben, wordt hij een groot talent genoemd. Hier zijn al Europese topclubs geweest voor hem, wat niet veel jeugdspelers kunnen zeggen. Jordan zal zeker speelgelegenheid krijgen, maar dan moet hij er nu voor zorgen dat de trainers niet meer om hem heen kunnen door iedere dag kwaliteit te tonen op de training en in zijn geval ook naast het veld. Stiptheid, humeur en gedrag zijn nog werkpunten. Ik weet dat hij met zijn vak bezig is, maar soms wordt hij nog gepercipieerd als nonchalant. Ik blijf ervan overtuigd dat hij een moderne, aanvallende linksachter kan worden. Alleen mag hij niet vergeten dat er voor een linksachter ook nog zoiets is als een verdedigende taak, positiespel en concentratie. Ook een tegen een en in zijn kopspel kan hij nog vorderingen maken.”

De andere is pas zestien geworden in mei. Woont in Sint-Pieters-Leeuw, is tweetalig, heeft een multiculturele achtergrond, voetbalt sinds hij uit de pampers is bij Anderlecht, en maakt al enkele jaren deel uit van het Purple Talentsproject.

“Youri Tielemans is naar mijn bescheiden mening absolute top zoals ook Januzaj en Musonda dat waren. De ene zijn we kwijtgeraakt aan Manchester United, de andere aan Chelsea. Ik kan nu al zeggen: Tielemans moet dit seizoen minuten krijgen, maar op het gepaste moment. De staf van de A-ploeg heb ik gezegd dat ik die jongen voetbaltechnisch bijna niets meer kan bijbrengen. Hij kan alles wat een toekomstige topvoetballer moet kunnen. Dat hij nu dag in dag uit gaat trainen met gasten die soms tien jaar ouder zijn, zal zijn snelheid van uitvoering nog de hoogte injagen en hem ook fysiek sterker maken. Ik vergelijk hem graag met Axel Witsel. Of je die nu op zes, acht of tien zet: hij zal altijd minstens een zeven halen. Tielemans ook. In momenten van dominantie kan hij links of rechts van een verdedigende middenvelder een tweede tien zijn, in momenten dat je onderligt een tweede zes. Een uitstekende voetballer én een puur Anderlechtproduct. Hij is de Vincent Kompany van nu.”

DOOR JAN HAUSPIE – BEELDEN: IMAGEGLOBE

“Als we ons dan toch willen vergelijken met Ajax, moeten we nú een

volgende stap zetten.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content