Tijd om te oogsten

© BELGAIMAGE

KRC Genk viert zijn dertigste seizoen. Die verjaardag wil de club luister bijzetten met goed voetbal én resultaten. Om dat te bereiken besliste het bestuur dat deze zomer geen enkel goudhaantje mag gaan vliegen. ‘De vorige seizoenen hebben we gebouwd. Op een bepaald moment wil je dat op sportief vlak verzilveren.’

Donderdag 13 juli 2017. In het Nederlandse Garderen, waar KRC Genk op stage is, smaalt Dimitri de Condé eens vanuit een zeteltje in de lobby van Hotel Bilderberg. Nee, de sportief directeur gaat niet verklappen of de club echt vijf miljoen euro neertelde voor spits Marcus Ingvartsen. En nee, hij geeft ook geen commentaar op de veronderstelling dat de Deense jongeling nu de duurste inkomende transfer ooit is van de Limburgers. Sinds 2013 voerde Ilombe Mboyo het lijstje aan. Hem haalde het vorige bestuur binnen in de veronderstelling dat hij voor de definitieve aansluiting met de Belgische top zou zorgen. Maar de Congolees-Belgische spits flopte compleet in Limburg. Ingvartsen wordt een ander paar mouwen, gelooft KRC Genk, want onder het sportief beleid van De Condé besteedt de Limburgse club ook veel aandacht aan de ingesteldheid van potentiële aanwinsten. ‘Wij houden sterk rekening met de mentaliteit van een speler en met wat hij wil bereiken’, aldus de sportief directeur. ‘Marcus staat te boek als een trainingsbeest. Als bij zijn vorige club iedereen ’s middags naar huis ging, bleef hij tot vijf uur trainen.’ Dat is inderdaad meteen een ander verhaal dan dat van Mboyo. Ook besloot Ingvartsen voor KRC Genk te kiezen terwijl er al grotere gegadigden interesse toonden. Het zijn zulke jongens op wie De Condé mikt: jeugdige spelers die door hun talent al op de radar staan van topclubs, maar die zelf geloven dat het zinvol kan zijn om eerst nog een opstapje te nemen. ‘Die jongens beseffen dat wij in hen investeren als basisspeler, terwijl die andere clubs in hen investeren als een van de veertig.’

Loon naar werken

Ingvartsen lijkt niet alleen qua karakter prima bij KRC Genk te passen; ook de rest van zijn profiel sluit goed aan bij waar de Limburgse club voor wil staan. Jeugdigheid bijvoorbeeld: de Deense spits is pas 21. Toch bruist hij van het talent: vorig seizoen kroonde hij zich tot topschutter van de Deense competitie. Daar komt bij dat hij over kwaliteiten beschikt die complementair kunnen zijn met de kwaliteiten van de spelers die Genk al heeft. In dat verband verwees De Condé eerder al eens naar Nikolaos Karelis en Ally Samatta, tot nog toe de pijlers in de Limburgse aanval. De Condé stelt dat Karelis bij zijn vorige club, Panathinaikos, het best rendeerde vanuit een schaduwrol en de sportief directeur gelooft dat ook Ally Samatta rond een targetspits beter uit de verf kan komen dan wanneer hij op zijn eentje in de punt staat van een 4-3-3-systeem. De 187 centimeter lange Ingvartsen kan die rol van targetspits dragen. ‘Overschakelen op een 4-4-2 is wel wat complexer dan gewoon een extra spits opstellen’, stelt trainer Albert Stuivenberg. ‘Het vraagt een heel andere rol van de buitenspelers en de middenvelders. Maar zonder Europees voetbal hebben we nu meer tijd om zulke zaken in te oefenen.’

Ingvartsen biedt niet enkel de mogelijkheid om over te schakelen op een tweespitsensysteem, zegt Stuivenbergook nog: ‘Als je onder druk komt, is het handig om vooraan iemand te hebben die de bal kan bijhouden en die kan wachten op aansluiting. Voor een team dat vaak in de kleine ruimte moet voetballen, is het ook goed om in de spits iemand te hebben die de bal goed kan afschermen. Daar komt nog bij dat Marcus scoort, ook met het hoofd. Dat laatste is ons in de tweede helft van vorig seizoen niet zo vaak gelukt. Nochtans is dat een specifieke kwaliteit die van pas komt in onze manier van spelen, met buitenspelers en backs die regelmatig in voorzetpositie komen. Dan heb je iemand nodig die op het eind van het verhaal voor loon naar werken zorgt.’

Absurde waardes

Dat KRC Genk diep in de buidel kon tasten voor Ingvartsen, is te danken aan de uitgaande transfers die de Limburgse club de voorbije transferperiodes deed. Begin deze maand rolden er onverwacht nog eens verscheidene miljoenen binnen toen het Italiaanse Atalanta bereid bleek om het bedrag op te hoesten dat in de opstapclausule van rechtsachter Timoty Castagne stond. Met zijn vertrek kwam er deze zomer dan toch een grote uitgaande transfer, hoewel het bestuur van alle daken geschreeuwd had dat het de bedoeling was om de ploeg bijeen te houden. De Condé: ‘Er is ook nog zoiets als een contract. Dat is te respecteren. Natuurlijk wist ik dat die opstapclausule er was, maar ik had niet verwacht dat een club de bijhorende vergoeding nu al zou betalen. Blijkbaar hoort het bij het hedendaagse voetbal. Rick Karsdorp, ook een rechtsachter, ging voor 14 miljoen van Feyenoord naar AS Roma. De waardes zijn absurd geworden.’

Nu Castagne vertrokken is, heeft KRC Genk zich voor de tweede transferperiode op rij niet aan zijn sportief plan kunnen houden. Afgelopen seizoen was De Condé vastberaden om verdedigende middenvelder Wilfred Ndidi en flankspeler Leon Bailey tot het eind van het seizoen in Genk te houden, maar in de winter kwam er dan toch de verkoop van de eerste aan het Engelse Leicester en trok de tweede naar het Duitse Bayer Leverkusen. Om uit te leggen waarom KRC Genk vorige winter zijn aanvankelijke idee losliet, verwijst De Condé naar de periode waarin hij aantrad als sportief directeur: ‘Toen 2,5 jaar geleden de transferperiode aanbrak, mochten we enkel maar bezuinigen. Onze financiële situatie was de voorbije jaren heel anders. Dus deden we toegevingen en lieten we SergejMilinkovic-Savic, Ndidi en Bailey vroeger dan gepland vertrekken. Het gevolg is dat we nu wél stabiel zijn op financieel vlak. Nu kunnen we meer zelf bepalen en eens nee zeggen.’

Perceptie wegwerken

Wat KRC Genk nu bepaalt, is dat Castagne deze zomer de uitzondering moet blijven. Hij was de enige Genkspeler met een opstapclausule in zijn contract, dus kan de Limburgse club zijn sportieve plan toch nog grotendeels realiseren. Een transfer van een andere belangrijke speler kan er enkel komen mits de medewerking van KRC Genk en die is de Limburgse club niet van plan te verlenen. Het bestuur wil alle spelers aan hun nog lopende contract houden. De Condé: ‘Wij hebben als club ook rechten.’

KRC Genk denkt over een talentvolle spelerskern te beschikken en wil die niet élke transferperiode afromen. ‘Wij willen absoluut niet aanzien worden als een verkoopclub’, benadrukt De Condé. ‘Die perceptie willen we echt wegwerken. Spelers goedkoop halen en duur verkopen, dat is niét de samenvatting van onze filosofie. Door onze financiële situatie van drie jaar geleden moesten we in een eerste fase wat actiever verkopen, maar wij willen geen geld maken van jonge gasten voor dat geld op zich. Wij willen die centen wel kúnnen vergaren, maar ze moet dienen om jonge talenten zich hier te laten ontwikkelen. En onze intentie is niet enkel die jonge talenten af te leveren in een topcompetitie; ze moeten daar ook mee kunnen. Dát is wat wij willen verwezenlijken, dat gecombineerd met prijzen. Nu investeren wij in onze ploeg en houden we uitgaande transfers tegen omdat wij een sportieve ambitie koesteren in het dertigste seizoen van KRC Genk. De vorige twee seizoenen hebben we gebouwd. Op een bepaald moment wil je dat op sportief vlak verzilveren. Na een moeilijke periode zitten we allemaal een beetje op onze honger. We hunkeren naar een prijs. Positief is dat dat gevoel ook leeft in de spelersgroep.’

Het hoofd van Pozo

En toch. Als een voetballer de interesse proeft van een club die nog aantrekkelijker is dan zijn huidige, is het voor hem niet evident om daar onbewogen bij te blijven, zeker niet als er veel geld mee gemoeid is. Terwijl Celta de Vigo met enkele miljoenen in de hand al een paar keer hengelde naar flankspeler Leandro Trossard, staat het zwaarste geschut op de transfermarkt naar verluidt nog altijd gericht op verdedigende middenvelder Sander Berge, de opvolger van Ndidi. Hij is 19 en nog maar een halfjaar aan de slag bij blauw-wit. KRC Genk gelooft niet dat de Noorse jongeling nu al zijn hoofd op hol zal laten brengen door grotere clubs, omdat Berge de naam heeft zo’n jongen te zijn die zich realiseert dat het verstandig is tussenstappen (ten volle) te zetten. Maar echte garanties biedt dat natuurlijk niet in de jungle van het profvoetbal. En KRC Genk kan een speler wel aan zijn contract houden, maar als die speler daar buitensporig nukkig op reageert, bestaat de kans dat de situatie toch knap vervelend wordt.

Dat gevaar lijkt het grootst in het dossier van middenvelder Alejandro Pozuelo. Echt warm lijkt de Andalusiër niet te worden van de aspiraties van KRC Genk. Liever zou hij op het vliegtuig stappen richting zijn thuishaven, waar Betis Sevilla naar hem lonkt, maar het contract van Pozo in Genk loopt nog twee jaar. De Limburgse club schotelt hem een nieuwe, betere overeenkomst van vier seizoenen voor, maar de Spanjaard hapt niet. Als dat zo blijft, wil KRC Genk ook hem aan zijn huidige contract houden. De Condé ziet daar een sterk argument voor. ‘Wij zijn heel tevreden over wat verscheidene jongens in Genk al toonden, maar vaak mogen die jongens ook heel dankbaar zijn naar onze club toe, want die zette hen terug op de rails.’ Dat geldt zeker voor Pozuelo, die halfweg 2015 een vergeten voetballer dreigde te worden tot KRC Genk hem opviste bij Rayo Vallecano. De redenering van De Condé snijdt hout, maar de voetbalwereld is hard en geduld is er een zeldzaamheid. Dat ondervond de sportief directeur een halfjaar geleden al eens in het dossier van Bailey, een jongen van wie De Condé ook dacht dat hij hem in een bepaalde richting kon sturen. De vraag is nu wat er gebeurt in het hoofd van Pozuelo. Heeft hij nog zin om te schitteren in het shirt van KRC Genk als hij verplicht wordt zijn Spaanse droom ten minste een jaar in de koelkast te stoppen? Stuivenberg: ‘Alejandro werkt elke dag aan zijn terugkeer. Hij laat ook voelen dat hij deel is van het team. Wanneer hij fit is en geen transferzorgen meer heeft, ben ik zeker dat hij zich honderd procent voor de ploeg zal inzetten.’

Toegevingen

Ten slotte blikt De Condé nog even vooruit: ‘Als we zeggen dat we de ploeg willen samenhouden, bedoelen we niet: tot januari.’ Nadat vorig seizoen Ndidi en Bailey in de winter waren vertrokken en KRC Genk vervolgens niet in de top zes geraakte, bleef iedereen achter met de vraag of play-off 1 wél zou gehaald zijn als dat duo was gebleven. ‘Grote uitgaande transfers moeten we misschien niet meer in de winter doen. Toen Bailey in de laatste week van januari vertrok, was het niet evident om een vervanger te vinden. Maar nog eens: soms gebeuren er waanzinnige dingen op de transfermarkt.’

De Condé besluit: ‘Als we ons werk deze zomer kunnen minimaliseren, zullen we volgende zomer veel werk hebben. Er zijn jongens die nu aanzienlijke aanbiedingen laten vallen. Op een bepaald moment gaan wij weer toegevingen moeten doen. Dat is alleen te mijden door dit seizoen écht te pieken.’

DOOR KRISTOF DE RYCK – FOTO’S BELGAIMAGE

‘Wij willen absoluut niet aanzien worden als een verkoopclub.’ Dimitri de Condé

‘We hunkeren naar een prijs.’ Dimitri de Condé

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content