WEER EEN HALF DOZIJN BELGEN NAAR AL-AHLI, EN DANY VERLINDEN EN PATRICK DE WILDE SAMEN MET ADRIE KOSTER NAAR HET TUNESISCHE CLUB AFRICAIN. IS DE BELGISCHE TRAINER HET NIEUWSTE EXPORTPRODUCT? VERGEET HET, ZEGT GLOBETROTTER TOM SAINTFIET.

Tom Sainfiet: “Als wij ons nu op de borst kloppen omdat we bij Al-Ahli en Al-Shabab, waar Jan Van Winckel en MichelPreud’homme zitten, alles samen een trainer of twintig hebben en denken dat we daarmee bekend zijn over de wereld: forget it! In de Arabische wereld zitten net zo goed clubs vol met Nederlandse of Franse trainers. Met een inhaalbeweging ten opzichte van Nederland of Duitsland heeft dit niets te maken, noch met de Belgische school of de kwaliteit van het Belgische voetbal. De Belgische trainer staat nog altijd niet op de wereldkaart. Ik heb op dit moment contacten in Latijns-Amerika, Azië, Europa en Afrika. Ik heb nog nooit iemand horen zeggen: wij willen een Belgische trainer. Nog nooit! Wel een Duitser, Spanjaard of Nederlander. Of zelfs een Engelsman, terwijl Engelse trainers niets voorstellen. Zelfs in de Premier League vind je er geen. Als we effectief aan jobcreatie willen doen en het Belgisch voetbal als product willen verkopen, moeten de BFC Pro, de KBVB én de overheid dit samen projectmatig aanpakken. Alleen zo krijg je overal Belgen, die dan weer jobs creëren voor andere Belgen, zoals Van Winckel doet bij Al-Ahli.

“Preud’homme en ook Erik Gerets zijn twee voorbeelden die zelf hun weg hebben gemaakt. Dat is veel arbeidsintensiever dan in Duitsland waar trainers niet als individu hun cv overal naartoe moeten sturen. Daar zijn het de bond en de overheid die de deuren voor hen openen. Dat komt omdat de Duitse voetbalbond en de Duitse overheid, via het ministerie van Buitenlandse Zaken, ook voetbalprojecten als ontwikkelingshulp gebruiken. In dat kader plaatsen zij technisch directeurs en trainers overal in Afrika en Azië. Uit het blote hoofd noem ik Zimbabwe, Namibië, Libië, Mali, de Filippijnen en tot voor kort ook Mozambique. Die landen krijgen cv’s binnen van overal in de wereld, maar de Duitse bond en overheid blokken die af door er Duitse trainers te plaatsen wier salaris zij zelf betalen. Omgekeerd vliegen ze lokale trainers over naar Duitsland om ze daar een opleiding te laten volgen. Zo krijgen ze de Duitse school overal gesetteld.”

Aangesteld door Puma

“Nederland doet hetzelfde, maar dan zonder de lonen te betalen. In Azerbeidzjan zit een hele kolonie Nederlandse trainers. Idem in China, waar Jan Olde Riekerink olympisch trainer is, en in Bangladesh. Dat heeft een Nederlandse bondscoach, een Nederlandse assistent en een Nederlandse hoofd opleidingen, en nu zoeken ze een Nederlandse fysiektrainer. Allemaal projecten die door de Nederlandse bond en de CBV (Coaches Betaald Voetbal, nvdr) worden ondersteund. Andere landen gebruiken dan weer de uitstraling van hun nationaal elftal om hun spelers en trainers in het buitenland te slijten. Toen Spanje wereldkampioen werd, steeg in Afrika en Azië meteen de vraag naar Spaanse trainers. Zelfs Javier Clemente ging toen naar Kameroen hoewel hij daar helemaal geen interesse in had. Soms komt de druk ook uit een andere hoek. Datzelfde Kameroen koos onlangs voor een Duitser, Volker Finke. Die had nog nooit in Afrika gewerkt en was nog nooit bondscoach geweest, maar omdat Puma, een Duits bedrijf, had gezegd dat het een Duitser wilde als bondscoach, werd het een Duitser.

“De Belgische voetbalschool is een product en dat moet je verkopen. Zelfs het beste product krijg je niet aan de man gebracht als je het niet ook goed promoot. In de Arabische wereld zie je alle wedstrijden van Barcelona en Real Madrid live op tv. In Afrika, Azië en Scandinavië kijkt iedereen dan weer naar de Premier League. Engeland heeft geen goede nationale ploeg en geen goede trainers en toch praat iedereen over het Engelse voetbal omdat de Premier League het beste voetbalproduct ter wereld is. En waarom? Omdat het wordt gepromoot. Thailand had drie jaar geleden Bryan Robson als bondscoach. Die verdiende drie miljoen dollar, hoewel hij als trainer totaal geen cv heeft. Maar van die drie miljoen werd anderhalf miljoen betaald door Manchester United. Waarom? Omdat het daarmee zijn merchandising in Thailand promoot. Maar tegelijk creëerde het wel een job voor een Engelsman, die nadien ook nergens meer aan de bak is gekomen.”

Liever uit Israël

“De Belgische competitie is sowieso al niet gepromoot, dus dat betekent dat je je Belgische trainers extra in de kijker moet zetten om ze op dat niveau te krijgen. Onze nationale ploeg is een hype, onze spelers komen overal aan de bak, maar onze trainers blijven jobloos achter. Liever nemen we iemand uit Spanje of Israël. In onze tweede klasse kan je zelfs eender wie aanstellen, daar is niet eens een diploma UEFA Pro vereist. Kortom, we doen niks voor onze Belgische trainers. We beschermen ze niet in eigen land, we creëren geen tweede klasse waar een fatsoenlijk diploma verplicht is, en we creëren geen jobs in het buitenland. En toch moeten we concurreren met de buitenlandse coaches.

“Het moment is aangebroken dat België ook zijn trainers promoot. Dat doe je niet via Al-Ahli, want niemand in Jemen of Qatar weet dat Bart De Roover de U19 van Al-Ahli traint. Dat kan alleen met een globale visie die wordt gedragen door de voetbalbond en eventueel Buitenlandse Zaken. Zeker met het WK in aantocht, waar België naar alle waarschijnlijkheid van de partij zal zijn en ook nog goed presteren, denk ik dat de tijd rijp is om het Belgische trainersgilde wereldwijd aan te prijzen. Zodat ze in Japan of Australië niet meer zeggen: we willen een Spanjaard of een Nederlander, maar: we willen een Belg!”

DOOR JAN HAUSPIE

“De Belgische trainer staat nog altijd niet op de wereldkaart.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content