Hoe zou het met het nationale voetbalcentrum in Tubeke zijn ? Wel, het krijgt langzaam vorm. Op papier toch.
Michel Sablon, technisch directeur van de KBVB : “We zijn bezig op drie fronten : de inhoud, de juridische structuur en de financiering. Een kandidaat-architect maakte al wat tekeningen van hoe het geheel eruit zou moeten zien. Wij hebben onderzocht hoeveel velden we nodig hebben, want er moeten behoorlijk wat ploegen terecht kunnen : niet alleen de A-ploeg, maar ook de aspiranten, de -21, de -20, de -19, de -18, de -17, de -16, de -15, de vrouwen, de zaalvoetballers en de scheidsrechters. Ook moeten er activiteiten van de trainersschool en de topsportscholen kunnen plaatsvinden. Daarom denken we aan vijf velden. We twijfelen nog of er één of twee synthetische velden komen, maar één terrein moet alleszins helemaal afgezonderd kunnen worden voor gesloten trainingen.”
Dat laatste op verzoek van Robert Waseige. De bondscoach had nog geen inspraak in de plannen, maar volgens Sablon zullen alle technische mensen binnenkort, voor alles definitief wordt vastgelegd, samengeroepen worden. Wat wel al vastligt, is dat elk terrein de naam van een voormalig Belgisch topspeler zal dragen. Binnenkort is Paul Van Himst dus ook een voetbalveld.
Uiteraard komen er ook gebouwen. Sablon : “Een studiebureau is bezig met een onderzoek in naam van een grote hotelketen.” Trainende selecties hebben behoefte aan rust- en overnachtingsruimtes, maar dat invullen is niet zo makkelijk, leerden buitenlandse bezoeken. “De Duitsers hebben geen vast centrum, zij oefenen en logeren overal. Frankrijk heeft wel een eigen accommodatie : paviljoentjes en een kasteel in Clairfontaine, maar dat is niet te betalen. Hun terrein is 63 hectare groot, met een audiovisuele ruimte die beter is uitgerust dan een tv-studio. Naar geld hoeven zij niet te kijken, alles wordt toch gesubsidieerd.”
Nederland maakte fouten. “Aanvankelijk wilden zij zelf iets uitbaten, maar dat was verlieslatend. Vervolgens hebben ze het uitbesteed, maar door allerhande reservaties konden zij op den duur zélf niet meer terecht in hun eigen hotel. Daarom : als er een hotel komt, zullen wij duidelijke afspraken maken over de voor ons voorbehouden capaciteit.”
In het gebouw moet ook plaats worden gemaakt voor het technisch departement van de KBVB (dat nu onder het Koning Boudewijnstadion huist) en voor ontspanningsmogelijkheden, besprekingsruimtes en videolokalen. Sablon : “We denken ook aan een indoorhal, tenminste als dat financieel haalbaar is. Dat zou dan een combinatie van een indoorhal en een overdekt veld moeten worden. Zo kan je de hal gebruiken voor testen, zaalvoetbal, indooractiviteiten, als speelruimtes voor scholen of provinciale selecties, maar ook voor gewone trainingen bij heel slecht weer. In het hotel voorzien we ook fitnessruimtes.”
e KBVB deed haar ideeën op tijdens bezoeken aan installaties in binnen- en buitenland, vooral van clubs. Michel Sablon haalt een stapeltje tevoorschijn : “We waren in Twente, Arsenal en Liverpool, gaan nog naar Freiburg en PSV, zagen het centrum van de Luxemburgse voetbalbond en dat van de Franse clubs Metz, Lens en Auxerre. Zo kregen we een vrij goed beeld. Eens we duidelijkheid hebben over de financiële mogelijkheden, nemen we alles nog eens door. En dan gaan we de twee, drie centra die ons het meest interesseren, opnieuw bezoeken, maar dan wat langer, een dag of twee, drie.”
Overal leer je iets, zegt Sablon. “De kwaliteit van het gras in Liverpool is ongelooflijk. Dat bereiken ze door de doelen te verplaatsen, en door delen van het veld twee, drie weken vrij te laten. Ik leerde er dat je verkeerd bezig bent als je alle velden constant nodig hebt. Er is een maximum aan uren dat een veld kan verdragen, anders schaad je het. Misschien is het daarom beter dat wij nog een zesde veld laten aanleggen.”
In Lens ligt dan weer een synthetisch veld waarvan de middenstrook gekleurd is. “Je kan je afvragen of die investering nodig is, maar zij hebben het gedaan met het oog op de opleiding. Een veld verdelen in verschillende sectoren is als idee niet slecht.”
Het is een voortdurend afwegen van wat de moeite loont, en wat niet. “Als je met de A-ploeg vier of vijf weken per jaar in Tubeke logeert,” bedenkt Sablon, “heb je dan ontzettend dure investeringen in de kleedkamers nodig ? Moeten er, bijvoorbeeld, zwembaden komen ? En mag iedereen die dan gebruiken ? In Liverpool heeft de A-ploeg een afdeling helemaal voor haar alleen. Arsène Wenger echter schrapte dat uit de plannen van Arsenal, daar mag iedereen overal komen. In Londen zag ik ook een ingenieus sas voor de verwerking van de vuile spullen. Geen enkele speler komt er met zijn schoenen in de kleedkamer. In het sas zijn drie openingen : in het eerste vak worden de kousen gezwierd, in het tweede de broek, in het derde het truitje. En dan volgt een rek voor de schoenen. Eenvoudig, maar efficiënt. De kleedkamers liggen niet vol slijk en de was wordt voorgeselecteerd.”
ot zover de plannen. Daarnaast wordt momenteel de laatste hand gelegd aan de juridische structuur van het centrum. Er liggen twee mogelijkheden ter tafel, zegt Michel Sablon. “Een erfpacht voor het geheel, waarbij de grond eigendom blijft van de provincie en wij voor een lange periode huren. Of een mengvorm publiek-privé. Die keuze is belangrijk om twee redenen. Eén : omdat je in bepaalde juridische omstandigheden verplicht bent alles via openbare aanbestedingen te doen. Dat is omslachtig, het zou zaken op de lange baan kunnen schuiven. En twee : met het oog op een eventuele subsidiëring.
“Van zodra we uit die discussie zijn – maar onze frustratie op dit moment is dat we er niét uit geraken -, kunnen we heel snel werken en knopen doorhakken, want de praktische invulling is grotendeels klaar. Ik verwacht dat we eind deze maand toch uit deze discussie zijn, zodat we een idee hebben van onze financiële mogelijkheden en binnen een maand onze definitieve plannen kunnen voorleggen.”
Dat moet ook, want de zomer van 2004 is niet meer zover af en dat is het moment waarop het nationaal centrum in gebruik moet worden genomen. “Als je er rekening mee houdt dat je minstens een jaar nodig hebt om te bouwen, en je weet dat je in een landbouwgebied ligt, zodat er ook nog eens gewestplannen moeten worden veranderd voor de vergunningen kunnen worden aangevraagd, dan is het dringend. Eigenlijk moeten we begin 2003 beginnen bouwen. Zeker omdat de hellingsgraad van het terrein enorm is, waardoor we met terrassen zullen moeten werken en er veel grondwerken dienen te gebeuren.”
Hoeveel gaat het allemaal kosten ? Michel Sablon : “De KBVB heeft na Euro 2000 4,7 miljoen euro voorzien, en daarnaast rekenen we op subsidies van de Franse gemeenschap. Maar : overdekte sporthal of niet, een zesde veld of niet, twee synthetische velden of toch maar één ? En : vinden we een privé-investeerder voor het hotel ? Dat maakt allemaal een enorm verschil. Zonder hotel schat ik dat de totale kostprijs tussen 9,9 en 12,4 miljoen euro zal liggen.”
door Peter T’Kint,
“Indoorhal of niet, zesde veld of niet, twee synthetische velden of maar één, hotel of niet ? Het maakt een enorm verschil.”
