Speeldag 1, Charleroi – Germinal Beerschot 2-0. Beerschottrainer Marc Brys : “We wisten dat we tegenover een ploeg zouden staan die druk zet en de tegenstander bij balbezit in het nauw drijft. Ze veranderen heel snel van systeem en beschikken over spelers die het verschil kunnen maken. Bovendien is Jacky Mathijssen een trainer die het beste uit zijn spelers naar boven haalt. Om hen te ontregelen moesten we hun linies uit elkaar trekken en hoog pressen. Het is erg belangrijk om een ploeg in een situatie te duwen waar hij niet van houdt. En Charleroi houdt er niet van om van achteruit het spel te maken. Dus moesten we hen daartoe dwingen. Zij waren erg nerveus tegen ons, misschien omdat het de eerste wedstrijd was en ze het vorig seizoen zo goed hadden gedaan. Wij zijn erin geslaagd de bal te monopoliseren, maar niet om hun defensieve nervositeit uit te buiten. Eens je 1-0 achterstaat, weet je dat je moeilijk terugkeert tegen een ploeg die perfect georganiseerd staat en een resultaat kan verdedigen. En raak je toch voorbij die muur, bots je op een uitstekende doelman.”

Speeldag 2, RC Genk – Charleroi 0-0. RC Genktrainer Hugo Broos : “Charleroi is hier zonder centrale aanvaller komen spelen. Dat was een grote verrassing, waaraan we ons hebben moeten aanpassen. Zij voetbalden bijzonder defensief met als enige bedoeling geen doelpunt te incasseren. Positief voetbal kan je dat niet noemen. Belangrijk in zo’n geval is dat je zelf scoort, zodat zij van tactiek moeten veranderen, maar daar zijn wij helaas niet in geslaagd. Wat nog niet wil zeggen dat hun organisatie feilloos was. Om nu al te zeggen dat ze hun goede rangschikking van vorig seizoen bevestigen, is nog wat vroeg. Laat ons het einde van de heenronde eerst maar afwachten. Maar ondertussen hebben ze deze punten natuurlijk wel.”

Speeldag 3, Charleroi – Moeskroen 1-0. Moeskroentrainer Geert Brouckaert : “Men bekritiseert Charleroi om de kwaliteit van zijn spel, maar wat is de bedoeling : een wedstrijd winnen of een galamatch spelen ? Halfweg hadden wij drie kansen gehad, zij geen enkele. Maar op het eind wint Charleroi en dus looft men de organisatie van Mathijssen. Wie de beste tacticus was, hangt altijd af van het resultaat.”

Speeldag 4, Brussels – Charleroi 2-2. Brusselstrainer Albert Cartier : “Als je naar hun wedstrijden kijkt, zie je een basisorganisatie met daarnaast een aantal verschillende opties. Fundamenteel verandert Mathijssen niets aan zijn basisorganisatie. Je weet dat ze proberen je tot balverlies te dwingen, ze wachten geduldig af en zetten je dan op het verkeerde been. Maar hoewel dat het scenario is waaraan je je kan verwachten, kan het uiteindelijk ook anders uitdraaien. Wij waren verrast dat zij tegen ons, vooral in de tweede helft, het spel voor hun rekening namen. Jacky Mathijssen is een erg bekwame trainer. Hij heeft een klare kijk op het voetbal en kent de vereisten van het moderne voetbal. Met zulke trainers komt het voetbal in België vooruit. Men zegt vaak dat het voetbal van Charleroi negatief is, maar ik ga daar niet mee akkoord. Integendeel, zij hebben uitermate creatieve spelers lopen, zoals Oulmers, Kraouche, Orlando en Brogno. Het volstaat om ze tegen ons bezig te hebben gezien, om hun voetbal, dat op realisme is gestoeld, naar waarde te schatten.” ( SV)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content