Jude Vandelanoitte degradeerde met Athinaikos, maar blijft in de Griekse eerste klasse voetballen.

Vreugde en verdriet kunnen in de voetbalsport dicht bij mekaar liggen. Dat mocht ook Jude Vandelanoitte (28) dit seizoen ervaren. Vorige zomer promoveerde hij met Athinaikos naar de Griekse eerste klasse, maar werd deze competitiejaargang geconfronteerd met een laatste plaats en een bijhorende degradatie. Het was geen nieuwe ervaring voor de West-Vlaming met Congolese roots. “Nee, maar dat verzacht zeker de teleurstelling niet. Die was opnieuw even groot. Ik maakte die liftbeweging al eerder mee met Waregem en Kortrijk. Als echte sportman doet zoiets altijd pijn. Probleem was dat de club veel te behoudsgezind is ingesteld. Onze trainer is een echte clubman. Men wou hem niet ontslaan. In België zou hij al na veertien dagen aan de deur gezet zijn. Maar sinds zijn komst behaalden we heel weinig punten. Hij speelde wekelijks met een andere ploeg en veranderde graag spelers van positie. Een trieste zaak, want die onvoorspelbaarheid zorgde voor de val naar tweede klasse.”

Griekenland staat bekend om zijn chaotische aanpak. Dat bleek ook bij het competitieslot van eerste klasse. De voetbalbond besliste immers vrij onverwacht dat er dit seizoen toch vier ploegen degraderen. Panahaiki, OFI Kreta, PAS Giannena en Panaliakos strijden nu in een eindronde om de twee resterende degradatieplaatsen te ontlopen. Kalamata en Athinaikos waren eerder al de dupe. Aigaleo en Akratitos nemen hun plaatsen in. Vandelanoitte leerde er mee leven. “Het heeft weinig zin om daartegen te reageren. Je kan er weinig aan veranderen. Dat geldt ook voor de scheidsrechters. Een 2-0-voorsprong tegen een club uit de eerste vier kan snel omgebogen worden door een penalty of te zwaaien met rode kaarten. Het is vaak geen toeval. Iedereen weet het, alleen gebeurt het hier heel open. Vroeger ging ik tegen hen nog wild te keer : het kostte me zeven gele en een rode kaart voor protest. Nu heb ik mijn lesje geleerd. Ik incasseerde slechts twee gele kaarten.”

Toch heeft de degradatie van Athinaikos er voor gezorgd dat Vandelanoitte straks verhuist naar Ethnikos Asteras, de club van Houssine Benali (ex-Aalst) en Serge Sironval (ex-Denderleeuw). “Het is heel belangrijk om als buitenlander een goed imago op te bouwen. Bij Ethnikos Asteras wisten ze al vrij snel hoeveel ik verdien, waar ik woon en hoe ik ben. Hier wordt alles meteen doorverteld. Mocht je als speler aan de basis liggen van een trainersontslag, dan slinken je kansen op een transfer enorm. Relletjesmakers kunnen ze hier niet gebruiken. Bovendien is Ethnikos een stabiele eersteklasser, die jaarlijks goed meedraait in de middenmoot. Ik voel me hier goed, geniet van het klimaat en heb minder last van blessures.” (FV)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content