UEFA broedt op revolutionair plan met de Champions League

© SHUTTERSTOCK

Achter de schermen worden plannen gesmeed om de Champions League en de Europa League te hervormen. Wat houdt dat nu precies allemaal in? Een inkijk.

Drie maanden na de spectaculaire halve finale tegen Tottenham Hotspur stond Ajax alweer in de derde voorronde van de Champions League. ‘Het is een unfair systeem’, baalde coach Erik ten Hag. Winnaar Liverpool speelde afgelopen seizoen minder Europese wedstrijden dan voorrondeclub Ajax, dat met een goedkopere en kleinere selectie opnieuw vroeg aan de bak moest. En dat terwijl de nummer vier van pakweg Italië wel direct toegang heeft tot de groepsfase.

Ajax kreeg internationaal bijval van enkele topbestuurders. ‘We willen graag teams zoals het Ajax van afgelopen seizoen gaan beschermen’, zei UEFA-baas Aleksander Ceferin. Dat was niet toevallig. Voor de UEFA is Ajax een dankbaar geschenk om een explosief plan te verantwoorden. Ceferin ligt behoorlijk onder vuur vanuit heel Europa nadat een voorstel werd gepresenteerd om de Champions en Europa League volledig te hervormen. Een discutabel concept dat lijkt op een nieuwe buiging naar de gevestigde orde. Voorgesteld is een nieuw piramidemodel met een semibesloten Champions League en een promotie- en degradatieregeling met de Europa League.

In 2021 wordt een nieuw Europees toernooi toegevoegd aan de kalender. De Europa League krimpt dan in van 48 naar 32 teams.

Dat plan kwam tot stand na onderhandelingen met de topmensen van de European Club Association (ECA), een organisatie waarin de Europees spelende clubs zijn verzameld. Baas van de ECA is Juventusvoorzitter Andrea Agnelli. Hij wordt gezien als de voortrekker van de beoogde omwenteling en ook de Italiaan probeert nu goodwill te kweken door te verwijzen naar Ajax. ‘Hoe moet een club als Ajax anders groeien? Zij kunnen minder groei doormaken, simpelweg vanwege de beperkte toegang die ze hebben tot de grote toernooien.’

Vision 2024

Laten we eens gedetailleerd kijken naar de plannen die de ECA en de UEFA voor ogen hebben. Dat doen we aan de hand van de presentatie waarmee de Europese bond en de ECA de afgelopen maanden achter de schermen poogden om de nationale bonden, nationale competities en clubs te overtuigen. In dit 68 pagina’s tellende document met de titel Vision 2024 signaleren ze eerst dat de grenzen van de groei in zicht komen en daarna komen ze met de oplossing: een heel nieuw systeem.

In de 27 jaar na het eerste doelpunt van Daniel Amokachi in de Champions League werden de contracten steeds hoger – de miljoenen van toen werden miljarden – en werd de groep clubs die de beker met de grote oren kon winnen steeds kleiner. Tussen 1992 en 1999 groeide het aantal deelnemers van 8 naar 32. Het commercieel aantrekkelijke model met een groepsfase (meer wedstrijden en een grotere kans dat de sterkste clubs doorgaan) werd erna ook doorgetrokken naar de UEFA Cup (in 2004), die uiteindelijk werd omgedoopt tot Europa League (in 2009).

De laatste jaren veranderde er niets aan de formats, maar doordat de UEFA meer ploegen uit toplanden toeliet en de uitzendingen van de Champions League uitsmeerde over de hele avond – met aftraptijden om 19 en 21 uur – bleef de waarde stijgen. De UEFA maakt met de bonden, competities en clubs steeds afspraken voor drie jaar. In die periode verandert er niks aan de formats, speeltijden, geldverdeling en toelatingscriteria. De huidige cyclus loopt tot 2021 en de cyclus erna is ook al uitgezet.

In 2021 wordt een nieuw Europees toernooi toegevoegd aan de kalender. Tegelijk met de introductie van deze derde competitie (er is nog geen naam voor) zal de Europa League inkrimpen van 48 naar 32 teams. Aangezien straks ook 32 ploegen gaan strijden om de nog te ontwerpen cup, ontstaan zo drie niveaus met 32 clubs. In totaal zullen over twee jaar dus 96 teams uitkomen in de UEFA-hoofdtoernooien.

Een beeld van de finale van de Champions League vorig seizoen: Divock Origi, Sadio Mané en Jan Vertonghen strijden om de bal.
Een beeld van de finale van de Champions League vorig seizoen: Divock Origi, Sadio Mané en Jan Vertonghen strijden om de bal.© SHUTTERSTOCK

Met het verstrijken van de jaren zag de UEFA de inkomstenkloof tussen de top en de rest snel groeien. Van de 677 verenigingen in Europa werkt de overgrote meerderheid van 452 clubs met een kabouterbudget tot tien miljoen euro. Wat verder vooruit fietst een peloton met 124 clubs die het moeten doen met tien tot vijftig miljoen per jaar, zoals KAA Gent en Red Bull Salzburg.

In het volgende groepje vinden we onder meer PSV en Lazio, met begrotingen van vijftig tot honderd miljoen euro. De achterstand van deze groep (met 47 clubs) op de kop is inmiddels zo groot, dat je niet meer kan spreken van een achtervolging. Een eind voor de PSV-groep uit zien we de 42 Europese subtoppers rijden met budgetten van honderd tot driehonderd miljoen, waaronder Ajax.

De kopgroep fietste het afgelopen decennium steeds meer grote namen uit het wiel. AC Milan en Inter waaiden terug richting de groep-Ajax. Het hoogste segment, met omzetten van meer dan driehonderd miljoen, bestaat nu nog maar uit twaalf clubs. FC Barcelona, Real Madrid en Manchester United voeren al jaren de euroranglijsten aan en voor deze giganten lijkt een miljard euro omzet op termijn haalbaar. De winnaars van de Champions League komen nog uitsluitend uit deze groep.

Inter (winnaar 2009) en AC Milan (winnaar 2007) horen nu niet meer bij de kapitaalkrachtigste clubs van Europa, maar op het moment dat ze wonnen was dat nog wel zo. De laatste echte verrassing was FC Porto in 2004.

Andrea Agnelli
Andrea Agnelli© SHUTTERSTOCK

De UEFA profiteerde volop mee van de groeiende populariteit van het clubvoetbal. Waar in het verleden het EK het kroonjuweel was van de Europese bond, levert nu de Champions League het meest op. De opbrengsten stegen deze eeuw van 600 miljoen naar 2,8 miljard(!) euro per jaar.

Een groot deel van die inkomsten vloeit terug naar de clubs. Zo verdiende Ajax vorig seizoen zo’n tachtig miljoen euro aan UEFA-premies. In de kleinere competities zijn die steeds hogere uitkeringen een steeds dominantere rol gaan spelen. In de topcompetities geldt dat veel minder, omdat zij onafhankelijk van de UEFA gestaag blijven doorgroeien.

Manchester United speelde de afgelopen jaren niet eens altijd Champions League en de laatste zege dateert uit 2008, maar desondanks haalt United met bijna 700 miljoen euro nog steeds de derde omzet ter wereld. Bij de superclubs verdwijnen de UEFA-premies in een zee van honderden miljoenen. Zij maken het verschil met hun tv-opbrengsten. De Premier League, La Liga, Bundesliga, Serie A, Ligue 1 verdienen met z’n vijven nu bijna tien keer zoveel aan nationale tv-contracten als de vijftig andere competities in Europa samen.

UEFA broedt op revolutionair plan met de Champions League

Tv-gelden

De sportieve verhoudingen zijn door de groeiende inkomensongelijkheid behoorlijk geformaliseerd. De subtopcompetities groeiden het afgelopen decennium beduidend minder hard. Aangezien de UEFA-premies wel sterk bleven stijgen, zijn die in de begrotingen van Europese subtopclubs een steeds grotere rol gaan spelen.

Het internationale succes van Ajax leidde tot een verdubbeling van de jaaromzet ten opzichte van het seizoen 2017/18. De belangrijkste wedstrijden van het jaar worden gespeeld in augustus. Deelname aan de Champions League is een garantie voor een economisch succesjaar, sneuvelen in de kwalificatie staat gelijk aan een financiële strop.

Vele subtopclubs zijn in het begin van het seizoen nog onzeker over deelname aan Europees voetbal. Aangezien UEFA-premies geen garantie zijn, kunnen die bedragen niet worden gebruikt op de spelersmarkt om langjarige contracten mee af te sluiten.

Voor subtopclubs is het bijna onmogelijk geworden om op de spelersmarkt te concurreren met de clubs uit topcompetities, die door het hoge aantal toegangsbewijzen min of meer zekerheid hebben over deelname aan Europees voetbal en die dankzij enorme tv-contracten niet eens zo afhankelijk zijn van de Champions League. Een steeds kleinere groep clubs verdeelt de sterren. Van de 250 meest waardevolle spelers ter wereld zijn er nu 240 te zien in de vijf topcompetities.

Problemen

Daardoor zit de UEFA met een probleem: hoe houd je de Champions League op termijn nog aantrekkelijk en spannend? Er is op het veld een duidelijke afscheiding ontstaan. Het aantal punten van de groepswinnaar steeg in de afgelopen vijftien jaar van twaalf naar veertien. De nummer twee komt eveneens steeds sterker voor de dag en haalt nu ook twee punten meer dan begin deze eeuw. De nummers drie en vier daarentegen zakken steeds verder weg.

Uit een diepere analyse van de krachtsverhoudingen blijkt dat de kopgroep met superclubs steeds definitiever afstand neemt. Vorig jaar won PSG in de groepsfase met 6-1 van Rode Ster Belgrado en ook Bayern München (5-1), AS Roma (5-0), Real Madrid (5-0) en Manchester City noteerden grote zeges (6-0).

Dat zijn geen incidenten meer, want tussen 2003 en 2018 groeide het aandeel wedstrijden met drie doelpunten verschil van 17 naar 23 procent. De groepswinnaars gingen bovendien een steeds beter doelsaldo noteren, ten koste van de nummers drie en vier. Het gevolg is dat de voorspelbaarheid steeds verder toenam. Inmiddels wint in tachtig procent van de gevallen de favoriet op papier ook de wedstrijd op het veld (zie tabel).

UEFA broedt op revolutionair plan met de Champions League

In feite zijn er nog maar een paar clubs die de Champions League kunnen winnen. Inmiddels zijn ook de halve finales een bijna exclusief feestje van de topcompetities geworden. De laatste twee uitzonderingen werden geleverd door Nederland: Ajax in 2019 en PSV in 2005.

Supercompetitie

De UEFA heeft zo langzamerhand een probleem. De waarde van de Champions League wordt ook bepaald door spanning, verrassingen en onvoorspelbaarheid. Die factoren zijn de afgelopen jaren behoorlijk onder druk komen te staan. Wat dat betreft heeft Ajax de UEFA afgelopen seizoen een grote dienst bewezen, maar dat was wel een incident. Als de huidige trend zich doorzet wordt de groepsfase straks echt een invuloefening. De UEFA heeft dit overigens zelf veroorzaakt door de topcompetities te belonen met vier tickets en veel andere competities met nul. De balans zou relatief eenvoudig te herstellen zijn met een ander distributiemodel van geld en meer toegang voor landen zoals Portugal, Nederland, Turkije en België.

Als de huidige trend zich doorzet, wordt de groepsfase straks echt een invuloefening.

Maar dat is theorie. De praktijk is dat de topclubs voortdurend dreigen om buiten de UEFA zelf een supercompetitie te starten. Zij zetten continu druk op de Europese bond, die naar oplossingen moet zoeken om enerzijds zijn kroonjuweel te behouden en anderzijds de superclubs tevreden te houden met nieuwe modellen waarin meer geld kan worden gegarandeerd. De UEFA schuift daardoor steeds meer op van een organisatie die als doel heeft om gezond en aantrekkelijk voetbal op het hele continent te waarborgen, naar een firma die de vermarkting van de Europese clubtoernooien centraal stelt.

Richting 2024 koerst de bond af op een nieuw kruispunt. Zo signaleren de UEFA en de ECA dat de tv-markt drastisch aan het veranderen is. Steeds minder jongeren kijken televisie en daardoor kunnen straks de kijkcijfers en advertentie-inkomsten onder druk komen. Om de tv-waarde van de Champions League verder te verhogen zal daarom ingezet moeten worden op de afzetmarkten op andere continenten. De vraag is of dat wel kan met het huidige format. In Azië zitten de liefhebbers natuurlijk niet zozeer te wachten op Barcelona tegen BATE Borisov midden in de nacht, maar wel op affiches als Barcelona tegen City, het liefst op een aantrekkelijk tijdstip in het weekend.

Daarnaast zal de UEFA online gaan zoeken naar nieuwe wegen om een jong publiek aan te spreken. Waar begin deze eeuw nog Coca-Cola en Microsoft de grootste merken op aarde waren, zijn dat nu Apple en Google. Niet voor niks lanceerde de UEFA eerder dit jaar UEFA TV, een nieuw streamingplatform dat om te beginnen de samenvattingen van de Champions League en Nations League is gaan uitzenden.

Het is nu gratis, op enig moment moet de kijker wel inloggen met een UEFA-account, of via Google of Facebook. ‘Het digitale landschap verandert en we moeten anticiperen’, stelde UEFA-voorzitter Ceferin. ‘We kunnen hiermee inzetten op jongere groepen fans over de hele wereld.’

UEFA broedt op revolutionair plan met de Champions League

Zo schetsen de UEFA en de ECA in hun presentatie een veranderende wereld, waarin zonder vernieuwingen groei niet meer vanzelfsprekend zal zijn. Zelf noemen ze nog drie mogelijkheden om de waarde van de Champions League verder op te krikken:

1. Spelen in het weekend, vooral om de potentie in Oost-Europa te verzilveren.

2. Meer vaste plaatsen voor de clubs met de hoogste attractiviteit op de wereldmarkt.

3. Extra mogelijkheden creëren om livewedstrijden ook via andere (online) kanalen uit te zenden, zodat het kijkerspubliek toeneemt.

De UEFA erkent dat de belangen enorm uiteenlopen. De kop bestaat uit twaalf multinationals die de wereld willen veroveren, de groep eronder moet alle zeilen bijzetten om nog relevant te blijven en de overgrote meerderheid van de Europese clubs heeft moeite om te overleven. Bij het ontwerpen van toekomstige modellen worden zeven uitgangspunten gehanteerd:

1. De best mogelijke competitie organiseren in een speelveld waarin de clubs buiten de vijf toplanden steeds moeilijker kunnen concurreren.

2. Een adequate afspiegeling van Europa op de been brengen.

3. Ervoor zorgen dat er stabiliteit is door deelname te verzekeren.

4. De voorsprong behouden op andere concurrenten in een veranderend medialandschap.

5. Een oplossing vinden voor het beperkte aantal mogelijkheden voor live-uitzendingen en het gebrek aan toegang tot tijdstippen die aantrekkelijk zijn voor niet-Europese landen.

6. Het respecteren en koesteren van de nationale competities.

7. Het belonen van de nationale bekerwinnaars.

Opzet

Na deze schets van de huidige situatie komt het konijn van de UEFA en de ECA uit de hoed: een piramidemodel met promotie en degradatie (zie figuur 1). Laten we eerst kijken naar de plannen met de Champions League. Gedacht wordt aan een semibesloten competitie waarin 24 van de 32 deelnemers zich plaatsen voor de editie in het volgende seizoen. Er zouden vier groepen van acht komen, waarmee het aantal groepswedstrijden toeneemt van zes naar veertien.

De nummers één tot en met vijf kwalificeren zich voor de volgende editie. De nummers acht degraderen rechtstreeks en komen het volgende seizoen terecht in de play-offs van de Europa League. De nummers zes en zeven spelen tegen elkaar om lijfsbehoud. De winnaar mag blijven en de verliezer heeft in het volgende seizoen de groepsfase Europa League als vangnet. Met andere woorden: zit je eenmaal in de Champions League, dan is de kans minimaal dat je in het seizoen erna geen Europees voetbal speelt.

UEFA broedt op revolutionair plan met de Champions League

Aangezien 24 clubs in de Champions League doorgaan naar het volgende seizoen, zijn er nog acht plaatsen open. In dit voorstel worden er vier gereserveerd voor de halvefinalisten van de Europa League. Zij promoveren. Daardoor zijn er slechts vier plaatsen over voor de kampioenen uit de nationale competities, die zich via kwalificatiewedstrijden naar de Champions League moeten zien te knokken (figuur 2).

Dan de Europa League. Ook hier worden volgens de eerste schetsen meer zekerheden ingebouwd. Naast de vier halvefinalisten die promoveren, ligt er ook een beloning voor de vier verliezende kwartfinalisten: zij mogen het jaar erna opnieuw in de Europa League uitkomen. Aangezien er ook vier promoveren uit divisie drie en er vier degradanten instromen vanuit de Champions League, zijn er nog twintig plaatsen over die ingevuld worden via de nationale competities. Bovendien zijn ook hier extra wedstrijden op het menu gezet. Het idee is om na de groepsfase alleen de nummers vier te laten afvallen. De nummers twee en drie spelen play-offs om te bepalen wie er naar de knock-outs mag (figuur 3).

Voor het derde niveau wordt gedacht aan een indeling in regionale divisies. Elke regio telt vier poules met vier clubs. Zowel Noord-, Zuid-, West- als Oost-Europa speelt zijn eigen toernooi met groepsfase en knock-outs. De vier uiteindelijke winnaars spelen vervolgens tegen elkaar om de cup, maar belangrijker: alle vier promoveren ze naar de Europa League (figuur 4).

Deelnemers

Dan de hamvraag: hoe willen de UEFA en de ECA straks de 32 gelukkige deelnemers aan de Champions League gaan selecteren? Ook daarover hebben ze al nagedacht. De suggestie is om het gemiddelde te nemen van de nationale resultaten in de vier jaar voorafgaand aan de start. Zo moet worden voorkomen dat clubs in het seizoen 2023/24 onverantwoorde risico’s gaan nemen in een ultieme poging om kampioen te worden en kwalificatie af te dwingen. De belangen zijn immers enorm. Hoor je erbij in 2024, dan is de kans groot dat je tot in lengte van jaren Europees voetbal kan spelen. Hoor je er niet bij in 2024, dan is het moeilijk om er nog tussen te komen.

Ik zie een model voor me waarin ze met U21 in de tweede klasse zitten en met de U23 in de eerste klasse.

Jacco Swart

Het aantal deelnemers per land in de Champions League zou volgens deze presentatie worden gemaximeerd op vijf. Het aantal plaatsen voor ploegen uit landen als Rusland, Nederland, Oekraïne, Turkije, Portugal en België zal daardoor beperkt zijn. Toch stelt de UEFA dat met dit systeem de droom voor iedereen levend blijft.

De voordelen voor de UEFA en de superclubs zijn duidelijk. Het Europese wedstrijdenpakket zal zo in waarde vermeerderen en de grootmachten hebben alsnog hun supercompetitie, maar dan onder de vlag van de UEFA. De vele topaffiches zullen over de hele wereld aanspreken en Barcelona en Real Madrid zijn de ideale wapens om nieuwe, jonge markten open te breken. Pluspunt is ook dat het zal leiden tot meer financiële stabiliteit bij clubs, die al eerder zeker kunnen zijn van deelname en niet langer volledig afhankelijk meer zijn van de eindstand in de nationale competitie.

Met de U23 in eigen competitie

Toch hebben de UEFA en de ECA zich behoorlijk misrekend. Toen zij deze plannen de afgelopen maanden presenteerden, ontplofte bom na bom. Competitiebazen, bondsbestuurders en vele clubvoorzitters hadden er geen goed woord voor over. De voornaamste kritiek is dat de nationale competities de nek worden omgedraaid. Het belang van Ajax of Barcelona zal vooral komen te liggen in de Champions League. Ze zouden daar veel meer groepsduels gaan spelen en kwalificatie kunnen afdwingen voor de volgende editie. Dus waar gaan zij hun beste spelers opstellen?

‘Ik zie een model voor me waarin ze met U21 in de tweede klasse zitten, met de U23 in de eerste klasse en met hun topelftal in de Champions League’, zei Jacco Swart, directeur van de verzamelde Europese competities, de European Leagues. In theorie kan het zo zijn dat de nummer drie van de Jupiler Pro League Champions League speelt en de kampioen niet. De waarde van een nationale titel zal afnemen en de inkomsten uit tv-rechten, sponsoring en ticketverkoop zullen onder druk komen.

Dat Ajax, vorig seizoen halvefinalist tegen Tottenham, dit seizoen nog voorrondes moet spelen in de Champions League vinden ze in Amsterdam niet kunnen.
Dat Ajax, vorig seizoen halvefinalist tegen Tottenham, dit seizoen nog voorrondes moet spelen in de Champions League vinden ze in Amsterdam niet kunnen.© SHUTTERSTOCK

Vandaar ook dat tal van competities al met ferme statements kwamen. Van de competities in Denemarken en Zwitserland was dat wel te verwachten, maar verrassender waren de unanieme afkeuringen door de Bundesliga en de Premier League. ‘Wij zijn onverdeeld van mening dat de voorstellen schadelijk zijn voor de nationale competities op het hele continent’, stelden de Engelse clubs gezamenlijk.

De voorzitter van de Bundesliga, tevens preses van Borussia Dortmund, had het over ‘onacceptabele gevolgen’. Opvallend, want daardoor werd duidelijk dat binnen de ECA kennelijk ook volop onenigheid is over het plan dat voorzitter Agnelli met de UEFA-top had uitgedokterd. De ECA is een organisatie met ruim tweehonderd aangesloten clubs, maar Agnelli lijkt vooral de belangen te behartigen van zijn eigen Juventus en een beperkte groep superclubs uit Spanje en Italië.

Geen nood aan ondermijning

Tekenend was dat voorafgaand aan de laatste vergadering de ECA-leden Schalke 04, Lazio, AS Monaco, Saint-Étienne en FC Basel felle kritiek uitten op de Agnelliplannen. Ook grote clubs als Manchester City en Liverpool staan niet te springen. In de Premier League wordt de komende drie jaar tien miljard euro aan tv-gelden opgehaald. Waarom zouden zij hun eigen competitie, de sterkste ter wereld, gaan ondermijnen door een concurrent op te richten?

Bij Ajax stelde directeur Edwin van der Sar, die ook vicevoorzitter is van de ECA, in juni tijdens een persconferentie met Agnelli dat de voorgestelde piramide een betere en bredere basis heeft dan het huidige systeem. ‘In het algemeen is het idee om meer Europese wedstrijden te spelen. Dat is waar clubs, groot en klein, om vragen.’

De ECA en Ceferin ontkennen dat het plan is gemaakt om de superclubs tevreden te houden en ze gebruiken Ajax nu als voorbeeld om uit te leggen waarom de piramide een goede zaak zou zijn. ‘Het gaat erom dat we stabiliteit creëren’, zei Agnelli. ‘Ajax bereikte de halve finales en pakte in eigen land de dubbel. Maar zij staan slechts in de voorronde van de Champions League. Hoe moet een club als Ajax dan groeien?’

Maar inmiddels is iedereen in de loopgraven gedoken. De UEFA zelf lijkt geschrokken van alle kritiek. Via een spervuur aan brieven en persverklaringen is de vloer behoorlijk aangeveegd met de bestuursleden, die dit omstreden model hebben bedacht. Voorzitter Ceferin noemt de presentatie inmiddels luchthartig ‘een discussiestuk’. Gezien het feit dat er maar één model is gepresenteerd, zet iedereen daar vraagtekens bij. Het lijkt eerder op een panklaar ontwerp dat snel groen licht had gekregen als er niet zoveel oppositie zou worden gevoerd.

Afgesproken is nu dat alle partijen binnenkort opnieuw aan tafel gaan om te discussiëren over de Europese toernooien na 2024. De tegenstanders vrezen nog altijd dat de UEFA en de ECA de piramide als basis blijven gebruiken en hooguit wat gaan sleutelen aan het aantal degradanten en het aantal kampioenen dat via de nationale competities mag instromen. Op 11 september staat de volgende vergadering op de agenda.

Ajax, hier met Dusan Tadic, moet vandaag nog aan de bak in de play-offs van de Champions League tegen APOEL.
Ajax, hier met Dusan Tadic, moet vandaag nog aan de bak in de play-offs van de Champions League tegen APOEL.© SHUTTERSTOCK

Tom Knipping.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content