Voortaan voetbalt Stein Huysegems voor AZ uit Alkmaar, een transfer waar niet mee gelachen moet worden. ‘Ik moet nog meer een smeerlap worden,’ zegt hij, ‘in Nederland zal ik dat sneller leren.’

S tein Huysegems (21) droomde al lang van het buitenland, leerden vroegere interviews ons. Hij droomde van een topclub en van iedere week een topwedstrijd. Uitgerekend Stein tekende onlangs een contract van vier jaar bij AZ. “Ik was toe aan een nieuwe uitdaging en ik denk toch dat dit een mooie stap vooruit is in mijn carrière”, zegt hij. “AZ is een club met enorm veel ambitie, die Europees wil spelen en wil aansluiten bij de topdrie.”

Alkmaar. Het is toch vooral bekend voor zijn kaasmarkt. AZ eindigde vorig seizoen als tiende in Nederland. Is het beter dan pakweg Sint-Truiden ?

“Ik zie het als een mooie tussenstap,” zegt hij, “om dan over twee, drie jaar nog een stapje hoger te zetten. Belangrijk vind ik dat ze er enorm veel vertrouwen in mij hebben. De manager, de voorzitter en de trainer hebben mij gezien, kennen dus mijn capaciteiten en wilden mij absoluut hebben. Ze zeggen alledrie dat ik in AZ een schitterende voetballer kan worden. Ik kan hier toch ook al tegen Ajax, Feyenoord en PSV spelen in stadions waar misschien 40.000 man zit. Ik denk ook dat de Nederlandse competitie iets hoger staat aangeschreven dan de Belgische en dat er ook meer gescout wordt door buitenlandse clubs.”

Bondscoach Aimé Anthuenis noemde je overgang van Lierse naar AZ een financiële transfer. Omwille van het geld ?

Stein Huysegems : “Lierse had het geld absoluut nodig, maar het is zeker niet zo dat ik naar AZ ga voor het geld. Ik heb kunnen ervaren dat er in Nederland iets meer betaald wordt dan in België, het is mooi meegenomen dat ik een beter contract heb dan in Lierse, maar op een leeftijd van 21 jaar primeert het voetbal op de centen. Ik ga naar AZ om er de komende jaren zoveel mogelijk ervaring op te doen en er trachten sterker te worden. Een stap vooruit in je leven is het sowieso, omdat je alles achterlaat om op eigen benen te staan.”

Hoe zullen ze je er gebruiken ?

“Ze spelen er met drie aanvallers en gaan ervan uit dat ik in het begin op de linkerflank zal spelen, omdat ze daar niet echt iemand hadden. Maar ze zegden ook dat ik er als diepe spits of op de positie achter de diepe spits kan spelen. Ik denk dat het een mooie kans is.”

Is vooral vorig seizoen niet gebleken dat je het best rendeert in het centrum in een systeem met twee spitsen ?

“Ja, maar ook in een systeem met drie spitsen voel ik mij thuis. Dat speelden we bij Lierse ook al. Dan moet er voor mij wel iets meer beweging van de spitsen zijn, maar dat zal in AZ geen probleem zijn, denk ik : in Nederland wordt er toch iets offensiever gevoetbald en worden er ook meer ballen op de flanken gespeeld. Dat moet mij liggen, denk ik. Ik ben toch iemand die het moet hebben van veel balbezit en daar is Nederland de ideale competitie voor, denk ik. Waarschijnlijk is mijn beste positie centraal, maar misschien krijg ik daar wel snel een kans.”

Wat heeft Co Adriaanse je tijdens de onderhandelingen verteld ?

“Dat ik een schitterende voetballer ben en dat hij mij nog veel kan bijleren en dat het belangrijkste is dat ik wíl bijleren.”

Je bent de voorbije maanden met allerlei buitenlandse clubs in verband gebracht. Wat is er van aan geweest ?

“Dat ik het zelf ook niet weet. Ik heb dat ook maar allemaal in de kranten of op teletekst gelezen. Meer niet. Ik heb wel begrepen dat Club Brugge belangstelling had. Een concreet bod is er wel nooit geweest, omdat er naar het schijnt eerst vérkocht moest worden.”

Zat je te hopen op de verkoop van Andrés Mendoza ?

“Ik heb daar toch wel bij stilgestaan, ja, dat ik dan de stap naar Brugge zou kunnen zetten. Elk jaar meespelen voor de titel, Champions League spelen… Dat was natuurlijk ook een mooie stap geweest in mijn carrière. Maar het is niet zo dat ik daar constant mee bezig ben geweest. Het is niet doorgegaan, daar moet je je bij neerleggen. Misschien gebeurt het de komende jaren wel.”

Toch wat spijt ?

“Neen, want ik ben ook heel tevreden met de stap naar AZ. Het is zeker niet zo dat ik zeg : ik was liever naar Brugge geweest.”

De topclubs scoutten Lierse vorig seizoen intensief. Jij stond op het lijstje van Club Brugge, Arouna Kone op dat van Anderlecht. Heb je daar een verklaring voor ?

“Misschien hangt dat af van de wedstrijden die ze gezien hebben, want ik vind dat je Kone en mij een beetje kunt vergelijken. We moeten het alletwee hebben van onze dribbel en onze snelheid.”

Is hij technisch niet beter ?

“Ja, hij is technisch nog iets beter. Arouna is zoals ik destijds enorm snel opgekomen, maar het belangrijkste, heb ik ervaren, is bevestigen het jaar erna. We zullen zien of hij dat kan. In principe kan hij nog een stap hoger, op voorwaarde dat hij straks niet in een put gaat vallen. Ik heb het zelf meegemaakt, ik weet hoe moeilijk het dan is om terug te keren.”

Wat is er van dat hele verhaal met Dinamo Kiev ?

“Eigenlijk weet ik daar helemaal niks van. Ik weet alleen dat er op een dag in de krant is verschenen dat Kiev geïnteresseerd zou zijn in mij en dat ik heb gezegd : daar ga ik niet naartoe. Ze spelen dan wel Champions League, maar gezien de competitie en de leefomstandigheden daar denk ik niet dat dit een goeie carrièrezet zou zijn. Je riskeert er compleet uit beeld te geraken en de stap naar de nationale ploeg niet te kunnen zetten. Maar ik heb nooit iemand van Kiev gezien of gehoord. Ik heb alleen een telefoontje gekregen van Gela Shekiladze, een gewezen ploegmaat bij Lierse. Hij zei dat Kiev geïnteresseerd was. Meer is er niet geweest.”

Heeft Lierse jou onder druk gezet ?

“Neen, helemaal niet. Ik heb niemand van Kiev gezien, maar ook de voorzitter van Lierse heeft daar tegen mij met geen woord over gerept.”

Via de kranten anders wel.

“We zijn tegen elkaar uitgespeeld. Er is in de krant verschenen dat ik het gesjacher van de voorzitter beu zou zijn en dat de voorzitter een smerig spelletje met mij zou spelen, maar dat heb ik nooit gezegd. Ik heb alleen gezegd dat ik die opgeklopte verhaaltjes in de krant beu was, niet het verhaal van de voorzitter. Ik heb altijd een uitstekende relatie gehad met Gaston Vets. Het is zijn recht mij in de kranten tentoon te stellen. Het is positief geweest dat hij mij in de media in de picture heeft gehouden, gezien de transfer naar AZ uiteindelijk. Ik heb altijd geredeneerd : de dag dat er iets concreet uit de bus komt, van Kiev of een andere ploeg, zal hij mij wel bellen.”

Op heel jonge leeftijd al werd je in verband gebracht met Ajax, Barcelona, AS Roma, Feyenoord en Inter. Wat is dáár allemaal van aan geweest ?

“Ik weet het niet, wij hebben die clubs thuis alleszins nooit gezien. Of die interesse waar was, kan ik niet zeggen. De enige club die mij in al die jaren een voorstel heeft gedaan, is AZ.”

AZ heeft het getroffen, nog voor je er een bal had geraakt. Twee dagen nadat je er een contract had getekend, werd je voor het eerst opgeroepen voor de Rode Duivels.

“Ja, daar waren zij enorm enthousiast over. Voor mij, voor mijn evolutie, maar ook omdat zij zo een A-international hadden.”

Voor de prijs van een belofte-international ?

“Ik weet het niet, ik heb geen verstand van marktwaarden (lacht).”

Hoe was het afscheid aan Lierse na 13 jaar ?

“De dag nadat ik bij AZ had getekend, ben ik mijn kastje gaan leegmaken en heb ik afscheid genomen van trainers en spelers. Het is toch wel even slikken, ook als je dan wegrijdt. Je weet : dat is de laatste keer, terwijl je het anders dagelijks deed.”

Was je naamplaatje al van je kastje gehaald ?

“Ja (lacht). De naam Maxence Coveliers stond er al op. Er is niet veel plaats in de kleedkamer, er zijn maar twintig kastjes. Een aantal jongens zitten op een bankje met kapstokken. Vandaar. En er waren ook al nieuwe spelers aangetrokken natuurlijk.”

Wat zijn je mooiste herinneringen aan Lier ?

“Winst in de Supercup in mijn eerste jaar en het schitterende voorbije seizoen. De hechte band die ik met veel spelers heb opgebouwd, de band met de supporters ook. Twee keer na elkaar kreeg ik de prijs van de meest verdienstelijke speler. Dat zijn dingen die je nooit vergeet.”

Wat herinner je je nog van je intrede in de A-kern ?

“Dat er mij gevraagd werd van welk merk het truitje was dat ik droeg, dat ik doodernstig antwoordde dat het van Nike was en dat daarop de hele kleedkamer in een deuk lag, namelijk omdat het in koeien van letters op mijn borst stond (lacht). Het zijn dingen die je snel leert en na een tijd ook zelf doet met jonge spelers die bij de A-kern komen.”

Een iets minder grappige anekdote is wellicht het incident tussen je vriend Karel Snoeckx en trainer Emilio Ferrera. Wat vind je ervan ?

“Ik heb begrip voor de reactie van Karel bij zijn wissel. Onder hoogspanning kan dat gebeuren. Ik had niet zo’n zware sanctie verwacht, ook omdat hij toch een belangrijk figuur is in de ploeg, maar iets anders dan ons neerleggen bij de beslissing van de trainer zat er niet op, denk ik.”

Klopt het dat geen enkele speler hem nadien belde ?

“Neen. Ik heb hem een paar keer gebeld, Stef Wils ook en het zou mij verwonderen als er dat niet nog meer gedaan zouden hebben. Want in mijn ogen lag Karel zeer goed in de groep. Hij was de kapitein en heeft nooit problemen gehad met spelers. Ik denk dat er zijn die er niet voor hebben durven uitkomen dat ze nadien nog contact hebben gehad met Karel, en dat er anderen niet hebben durven bellen, allemaal uit schrik voor reacties die slecht zouden zijn voor henzelf als het aan het licht zou komen.”

Hoe stelt hij het bij Valerengen ?

“Goed. Ik had hem afgelopen weekend nog aan de lijn. Noorwegen valt best mee. Heel enthousiaste mensen, supporters die zoals in Engeland heel kort bij het veld zitten, een schitterend complex om te trainen en met Rekdal een trainer die hij kent. Hij klonk enorm tevreden. Het is goed te horen na wat er is gebeurd.”

Je bent zelf ook een jongen die bij Lier opgroeide. Kan je je zo’n afscheid voorstellen ?

“Ik denk dat het enorm pijnlijk moet zijn. Maar in november, december keert hij normaal terug en wie weet zal er dan niet een mogelijkheid zijn om terug in de A-kern te komen. Misschien moet het tussen Karel en de trainer eerst allemaal een beetje bekoelen. Als ze dan rond de tafel gaan zitten, kan er misschien wel iets uitgepraat worden.”

Hoe sterk sta je in je schoenen om in een andere club in een ander land de strijd aan te gaan ?

“In Nederland is de mentaliteit sowieso iets harder dan in België, omdat ze daar gewoon zeggen waar het op staat en wat er op hun lever ligt. Die mentaliteit moet je daar dus ook hebben, ik zal het moeten leren. Bij Lierse heb ik er in het begin onder geleden, toen er vanalles tegen mij werd gezegd. Die periode heeft bij mij iets te lang geduurd, maar ik denk dat ik ondertussen mentaal toch sterker sta. Toen durfde ik wel eens mijn hoofd te laten hangen. Dat is juist wat er nu niet zal mogen gebeuren. Zeker in Nederland moet je niet alles over je heen laten gaan. Je moet er nog meer smeerlap zijn dan hier. Je wordt er ook sneller in de groep opgenomen als je je mening durft te zeggen, denk ik.”

Van jou werd al vaak gezegd dat je meer smeerlap moet worden. Nochtans, zonen van bouwvakkers, gewezen paracommando’s en motorcrossers zijn doorgaans geen doetjes toch ? Wat is er fout gelopen ?

“Misschien heb ik iets meer het rustige karakter van mijn moeder (lacht). Met het karakter van mijn vader was ik agressiever geweest en had ik iets meer durven zeggen. Hij zegt wel eens dat ik een paar maanden in de bouw had moeten werken of naar het leger had moeten gaan. Ik moet nog harder worden, vind ikzelf ook, want ik heb iets te veel met mijn voeten laten spelen.”

Wat bedoel je ?

“Wegzakken als er iets tegen jou gezegd wordt in plaats van te laten zien wie je bent en wat je allemaal in petto hebt. Misschien zal ik het in Nederland sneller leren, omdat het er bijna constant gebeurt.”

Gebeurt het vaak dat verdedigers je intimideren en uit concentratie proberen te brengen ?

“Het gebeurt, verbaal en fysiek. Bij stilstaande fasen met zes noppen op mijn voet gaan staan, de elleboog tussen de ribben zetten, ergens nijpen waar het vrij pijnlijk is.”

Doe jij het ook ?

“Neen, ik heb het nog nooit gedaan. Ik denk dat verdedigers het iets meer doen dan aanvallers. Bovendien ben ik van het brave type. Eigenlijk zou dat ook nog enorm mogen veranderen, vind ik.”

Hoe knijp ik iemand ongemerkt in de geslachtsdelen ? Is dat dan verplichte stof voor een profvoetballer ?

“Misschien wel (lacht). Het zijn dingen die je moet leren, maar vooral ook moet durven. Maar het belangrijkste voor mij is gewoon harder worden in de duels. Mij niet te laten doen, mij door niemand opzij te laten zetten, mijn lichaam meer te gebruiken. Mij bij het eerste duel zetten, mijn tegenstander laten voelen : hier ben ik, je gaat vandaag tegen mij geen gemakkelijke wedstrijd tegemoet. Ook verbaal moet ik mij nog meer laten gelden. Ik moet al eens iets durven terug te roepen. Je zult het seffens wel zien ! Dan gaat die verdediger misschien denken : oei, ik moet hier oppassen met die spits. In zulke dingen moet ik harder worden.”

Volgens Emilio Ferrera moet je je vooral nog beter leren concentreren. Hoe leer je dat ?

“Onder andere door individuele analyses te maken. Vorig seizoen heeft hij mij na de heenronde gezegd dat ik na iedere wedstrijd de videocassette bij hem kon opvragen, om elke beweging van mezelf te bekijken, om te zien en er mij bewust van te worden wat goed is en wat beter moet. We zijn daar dit seizoen mee begonnen. Patrick Deman (assistent-trainer, nvdr) heeft van de eerste wedstrijden elk balcontact van mij op diskette gezet, zodat ik thuis op de computer alles kan herbekijken. Schitterend dat ze zoiets voor mij willen doen.”

Heeft er je nog nooit iemand gezegd dat je fysiek heel erg op Ronaldo gelijkt ?

“Toch wel. Er is daar zelfs ooit naar aanleiding van een belofte-interland een artikel over verschenen in de Gazzetta dello Sport. Aan de hand van foto’s werd niet alleen de vergelijking gemaakt van het uiterlijk, maar ook van de bewegingen. Ik was toen 17, geloof ik.”

In een Italiaanse krant !

“Ja, ik weet zelf ook niet hoe dat gaat. Misschien was er toen een Italiaanse club in mij geïnteresseerd.”

Wat vind je van de vergelijking ?

“Qua uiterlijk is ze treffend, vind ik, maar ik denk dat hij nog iets sneller is. Voor zijn carrière wil ik alleszins meteen tekenen.”

Succes bij AZ, Stein !

“Bedankt.”

door Christian Vandenabeele

‘Ik heb er toch wel bij stilgestaan, dat

ik de stap naar Brugge zou kunnen zetten.’

‘Ik heb te veel met mijn voeten laten spelen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content