‘VAN WAT NEGATIEF IS, MAAK IK IETS POSITIEFS’

© NICK DECOMBEL

Voor sommigen is Knowledge Musona een van de beste flankspelers in onze competitie, in Oostende vindt men hem de nummer een. Sinds zijn komst begin 2015 is hij in één op de twee matchen beslissend. Een gesprek over voetbal, cricket, geneeskunde en de Afrika Cup, waarop hij volgende week aantreedt met Zimbabwe.

Het Club House van KV Oostende, ergens tijdens de feestdagen. De training is net afgelopen. Franck Berrier en Fernando Canesin pluizen de kranten uit, terwijl hun ploegmaats tussen de kerstboom en andere versieringen laveren om een kom broccolisoep te halen.

Een van de architecten van het Oostendse succes in de heenronde is Knowledge Musona (acht goals en drie assists). De Zimbabwaan installeert zich in de comfortabele zetels en praat op zachte toon over zijn afkomst en zijn loopbaan. Het onderwerp ‘gokken op voetbalwedstrijden’ wijst hij evenwel beleefd af – die zaak is nog niet helemaal afgerond.

ZIEKE VADER

Je heet Knowledge. Waar komt je naam vandaan?

KNOWLEDGE MUSONA: ‘Mijn mama heeft me gewoon verteld dat een vriendin van een vriendin me die naam gegeven heeft. (lacht) Ik heb geen tweede voornaam, het is gewoon Knowledge. Niemand heeft me ooit gevraagd waarom.’

Je bent een fervente cricketfan?

MUSONA: ‘Ja, ik speelde het zelf toen ik jonger was. Gewoon voor het plezier, niet om prof te worden. Maar ik zat toen nog niet in een voetbalopleiding en ik verkoos cricket. Ik kijk er nog naar op tv en wanneer ik thuis kom, ga ik nog weleens naar de nationale ploeg van Zimbabwe kijken. In België heb ik er nog niet naar kunnen kijken en mijn ploegmaats zien naast het voetbal liever basket.’

Hoe was je jeugd in Zimbabwe?

MUSONA: ‘Ik ben geboren in Norton, een stad op een veertigtal kilometer van de hoofdstad Harare. Daar ben ik opgegroeid met mijn vijf broers en zussen en mijn ouders. Ik had veel vrienden, we speelden voetbal en kwamen ’s avonds vaak te laat naar huis. Dan kregen we weleens een pak rammel of moesten we een dag binnen blijven als straf. Kattenkwaad waar ik graag aan terugdenk. (lacht) Nadien kregen we het moeilijker. Mijn vader werd ziek, leed aan hoge bloeddruk en kreeg een paar beroertes. Na de eerste kon hij nog lopen, maar na de tweede kon hij niet meer bewegen en zat hij enkele jaren in een rolstoel. Hij overleed toen ik zestien was. Toen werd het erg lastig: mijn moeder was de enige die geld verdiende om het gezin te eten te geven. Sommige dagen hadden we zelfs geen eten…’

En net op dat moment kwam de Aces Youth Soccer Academy van Harare je halen.

MUSONA: ‘Zij zorgden voor alles: logies, eten, schoolkosten… Dat was een echte opluchting voor mijn moeder, die dat allemaal niet zelf had kunnen betalen. Nu ik me heb kunnen opwerken, zorg ik ervoor dat mijn familie niets tekortkomt, want ik weet wat het is om te leven met zorgen. De academie was erg streng: we mochten nooit te laat komen of ongehoorzaam zijn, anders kregen we slaag. Dat was niet simpel, ze wilden ons echt in de hand houden op een leeftijd waarop we verondersteld werden om zotte dingen te doen. Maar daar hebben we discipline door gekregen. Degenen die dat niet konden accepteren, spelen nu geen voetbal meer.’

FASCINATIE VOOR ARTSEN

Hoe was het in Zimbabwe in de jaren negentig, toen Robert Mugabe er al de plak zwaaide?

MUSONA: ‘Veel mensen klagen momenteel over de economie en het functioneren van het land. Die problemen dateren van een tiental jaren geleden. De munt was compleet gedevalueerd, een brood kostte bijna 10.000 Zimbabwaanse dollars (ongeveer 40 euro, nvdr) en je kon maar 50 dollar per dag van de bank halen, een echte ramp (Zimbabwe kende eind jaren negentig een hyperinflatie, nvdr). Tegenwoordig zou je zeggen dat we weer vertrokken zijn voor wat we tien jaar geleden al meegemaakt hebben. Misschien gaan de zaken veranderen, maar ik wil daar niet bij betrokken geraken door dingen te zeggen die zich tegen mij zouden kunnen keren. Ons land heeft een rijke bodem met diamant en goud, dus hoop ik dat we het Zimbabwe van vroeger zullen kunnen terugzien.’

Klopt het dat je arts wilde worden?

MUSONA: ‘Jazeker. Wanneer men me op school vroeg wat ik later wilde worden, antwoordde ik steevast: dokter. Wanneer ik dokters inentingen zag doen en andere injecties geven, dan zei ik altijd: ‘Ik wil zoals jullie zijn, ik wil zieken genezen!’ Omdat ik goeie punten haalde op school, dacht ik daar echt aan. Maar toen ik in het middelbaar kwam en meer en meer begon te voetballen, verzeilde die gedachte op de achtergrond. Ik was meer met de bal bezig dan met de boeken.’

Je was amper vijftien toen je debuteerde in de Second League, de derde afdeling. Dat is erg jong.

MUSONA: ‘Op mijn veertiende speelde ik al met de U17. Nadien kwam ik al heel jong als wisselspeler bij de U19 terecht. Maar ik was bang: ik stond tussen kerels die allemaal veel groter en steviger waren dan ik. Bovendien speelde ik zonder schoenen, want ik vond dat ik dan sneller kon lopen. (glimlacht) Op een dag speelde ik een scholentoernooi en werd ik opgemerkt door de bondscoach van de U17. Die maakte me bijna meteen kapitein van zijn ploeg. Het ging allemaal heel snel. Op een internationaal toernooi scoorde ik een hattrick in de finale tegen Zuid-Afrika. Toen begonnen de mensen te zeggen: die jongen is echt goed!’

Wat later werd je opgemerkt door Zuid-Afrikaanse scouts, die je bij de Kaizer Chiefs onderbrachten. Daar brak je echt door. Hoe gaat het eraan toe bij die legendarische club?

MUSONA: ‘Tussen Kaizer Chiefs en Orlando Pirates heerst er een voortdurende rivaliteit over wie de grootste club is. Wat mij betreft, zowel qua supporters als qua sfeer, is dat Kaizer Chiefs. Waar in het land je ook speelt, elk stadion zit vol met fans van de Amakhosi en niet van de thuisploeg. De supporters zijn echt gek: ze willen gerust de drie matchen vóór de topper verliezen, maar niet die tegen Orlando Pirates. Gelukkig scoorde ik bijna elke keer. Nu nog krijg ik enkele dagen voor de clash berichtjes van fans die me vragen om terug te keren en die match te spelen.’ (lacht)

BUNDESLIGA

Je trok naar Zuid-Afrika een jaar voor het WK. Heb je nadien de gevolgen van dat WK voor het land kunnen zien?

MUSONA: ‘Ik denk dat de wereldbeker de economie van Zuid-Afrika echt verbeterd heeft, al was het maar op het vlak van de sportinfrastructuur. Maar Zuid-Afrika is een rijk land, ze hebben alles wat een Europees land heeft. Ik zou graag zien dat het WK op een dag Zimbabwe op dezelfde manier helpt.’

Je werd in je eerste jaar in Zuid-Afrika verkozen tot beste jongere en nadien werd je topschutter. Dat wekte de interesse van de scouts van Hoffenheim.

MUSONA: ‘Ik heb de kans gekregen om enkele wedstrijden in de Bundesliga te spelen (17 matchen en één goal, nvdr), maar de coach die me het vertrouwen gaf, werd ontslagen en zijn opvolger geloofde niet in mij. Ik werd dus uitgeleend aan Augsburg, waar ik precies dezelfde situatie meemaakte. Terug bij Hoffenheim werd ik vervolgens verhuurd aan Kaizer Chiefs, waar ik weer goed presteerde. Bij mijn derde passage in Duitsland blesseerde ik me en toen besloten ze me te verkopen. Oostende was kandidaat.’

Je bijnaam ‘smiling killer‘ achtervolgt je zowat overal. Hangt daar een bepaalde levenshouding aan vast?

MUSONA: ‘Die bijnaam komt van een communicatieverantwoordelijke van Kaizer Chiefs, omdat ik de hele tijd lachte, zelfs al kreeg ik een gele kaart of zo. Dat overkomt me gewoon als ik me amuseer en met voetballen amuseer ik mij. Daarbuiten lach ik ook wel, maar als ik kwaad word … dan word ik ook écht kwaad! (lacht) Mijn levenshouding is eenvoudig: ik ben iemand die niet te veel piekert. Als ik problemen heb, dan denk ik: oké, als ik een oplossing vind, dan ga ik door. Maar als ik die niet heb, dan ga ik er niet mee in mijn hoofd blijven zitten, want dat maakt je kapot, en dan ga ik met iets anders verder. Idem in het voetbal. Speel ik slecht, dan focus ik daar niet op, maar blijf ik gemotiveerd voor wat nog moet komen. Van al wat negatief is, maak ik iets positiefs, zodat ik verder kan.’

PLAYSTATION

Je lijkt een heel open persoon te zijn. Trek je weleens rond in het land om de Belgische cultuur te leren kennen?

MUSONA: ‘Dat heb ik in het begin zeker gedaan, maar ik ben nogal verzot op PlayStation… Eigenlijk ben ik vrij lui: in de zomer denk ik vaak: ik zou eens naar het strand moeten gaan of wat rondwandelen in Brugge. Maar als ik dan van de club thuiskom, laat ik me verleiden tot een wedstrijdje op PlayStation, en dan nog een tweede, en een derde.’

Je gaat soms wel naar Duitsland om je vriendin te zien?

MUSONA: ‘Ja, zodra ik enkele dagen vrij heb, regelen we het dat een van beiden zich verplaatst. Het is toch gauw vijf à zes uur rijden.’

Heb je de voorzitter nog niet om een privévliegtuigje gevraagd?

MUSONA: (lacht) ‘Neen, dat heb ik nog niet gedurfd. Maar op een dag misschien. Als we de beker winnen zal hij zo blij zijn…’

DOOR EMILIEN HOFMAN – FOTO’S NICK DECOMBEL

‘Mijn moeder was de enige die geld verdiende om het gezin te eten te geven. Sommige dagen hadden we zelfs geen eten.’ – KNOWLEDGE MUSONA

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content