Paul Nagels, vanaf 1989 tot 1997 voorzitter van Beerschot, zegt dat hij het geld terug heeft dat hij vorig seizoen leende aan Patrick Vanoppen, de man die datzelfde Beerschot leidde vanaf februari 2011 tot het faillissement in mei 2013. “Ik stapte naar de rechtbank”, aldus Nagels. “Vooraleer er een vonnis was, betaalde Vanoppen mij al terug. Ik verloor wel een stuk, maar dan spreken we over intresten – die liet ik deels vallen.” De apotheker-bioloog stelde 750.000 euro in hoofdsom ter beschikking van Vanoppen.

Nagels blijft mild voor de vastgoedmakelaar die de club van het Kiel de afgrond in reed: “Alle Belgen die bank speelden voor Beerschot hebben hun geld terug. Vanoppen respecteerde zijn contracten. Ik twijfelde er nooit aan dat ik mijn centen zou weerzien. Je moet in zo’n geval weleens wat dreigen, maar zo gaat dat nu eenmaal. En uiteraard zal hij wat foutjes gemaakt hebben, maar mijn vertrouwen in Vanoppen is niet geschaad.” Ongetwijfeld zijn er veel niet-betaalde schuldeisers die de mening van Nagels niet delen. Een halfjaar geleden was er op het Kiel sprake van een put van zo’n 20 miljoen euro.

Na het faillissement spande Nagels zich in om met de overblijfselen van de Antwerpse eersteklasser een doorstart te maken bij derdeklasser Sint-Niklaas, maar zijn plan mislukte. Beerschot leeft nu op een eigenwijze manier voort in eerste provinciale, waar KFCO Wilrijk werd omgedoopt tot KFCO Beerschot Wilrijk. Begin deze maand zagen zo’n 8000 fans hoe Beerschot Wilrijk de eerste periodetitel pakte. Nagels was daar niet bij: “Ik ging nog niet kijken naar Beerschot Wilrijk.”

Dat neemt niet weg dat Nagels’ naam opnieuw genoemd wordt als een van de mensen bij wie het plan leeft om (de opvolger van) Beerschot sneller dan verwacht terug naar het hoogste niveau te loodsen door een stamnummer van een tweedeklasser over te nemen. Mensen rond het Kiel die doorgaans goed ingelicht zijn, kennen het gerucht.

“Ik heb op dit moment geen enkele actie ondernomen”, reageert Nagels. “Zijn anderen daarmee bezig, zijn er dingen aan het broebelen? Ik weet het niet.” Uit de vlotheid waarmee zijn daaropvolgende uitleg naar boven komt, blijkt evenwel dat hij zo’n scenario ten minste al eens heeft overdacht: “Nu is het volgens mij het beste om eerst een adempauze te nemen. In eerste provinciale zal alles nog makkelijk gaan. In vierde klasse misschien ook. De echte uitdagingen beginnen in de derde klasse. Daar kun je de vraag stellen of het goed is om er elk jaar veel centen in te steken en maar met veel moeite uit die derde klasse weg te raken, of dat je niet beter een club overneemt die aan de top van de tweede klasse speelt.”

In dit verhaal over de overname van een stamnummer valt ook weer de naam Westerlo, leider in tweede klasse en een club die sommigen ook vorig jaar al zagen als een piste om een gezonde eersteklasser in Antwerpen te krijgen. Wim Van Hove, algemeen raadgever in ’t Kuipke, zegt: “Het is geen geheim dat wij al praatten met investeerders, maar dit ligt nu niet op tafel. Het zou wel goed kunnen dat wij al mensen voor ons kregen die zo’n scenario in hun achterhoofd hadden zonder dat wij dat wisten. Eigenlijk weet je zoiets nooit, want met wie praat je soms? Met tussenpersonen die namens iemand anders gesprekken voeren.” ?

DOOR KRISTOF DE RYCK

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content