Luc Ernes (24 februari 1965) speelde eventjes (van 1993 tot 1995) voor RWD Molenbeek, maar we kennen hem toch vooral als boegbeeld van het vroegere Club Luik. In totaal speelde hij daar tien seizoenen.

Ernes stond te boek als een strijdlustige en krachtige flankaanvaller. Hij speelde 334 wedstrijden in eerste klasse en kwam daarin 64 keer tot scoren. Zijn glorieperiode beleefde Ernes eind jaren ’80 en begin jaren ’90. In het seizoen 1988-’89 eindigde Club Luik als derde in het kampioenschap, waardoor het in 1989-’90 Europa in mocht en datzelfde seizoen zelfs de Belgische beker op zijn palmares mocht bijschrijven. “Ik ben tevreden met de carrière die ik maakte”, vertelt Ernes. “Ik mocht van de Europacup proeven en ik won een Belgische beker. Het enige dat mij een beetje verveelt, is dat ik niet op een deftige manier afscheid kon nemen. Een aandoening aan mijn schildklier dwong mij te stoppen. Ik zat bij Charleroi (in 1997, nvdr), waar Robert Waseige mij een comeback in eerste klasse gunde. Na tal van onderzoeken bleek dat ik kampte met een aandoening aan de schildklieren. Ik moest kappen met topsport en medicatie nemen. Nu nog slik ik elke ochtend mijn dosis pilletjes.”

Een jaar lang koesterde Ernes een afkeer van alles wat met voetbal te maken had. Maar ondertussen bindt hij weer geregeld de voetbalschoenen aan voor wedstrijdjes met de vroegere ploegmaats van Club Luik. “Met mannen als Bernard Wégria, Raphael Quaranta, Jean-François De Sart en Didier Quain heb ik nog geregeld contact. Viermaal per jaar spelen we een vriendenwedstrijdje onder elkaar.”

Voorts vult Luc Ernes tegenwoordig zijn dagen met het trainen van Oreye, een Luikse eersteprovincialer, en met het onderhouden van zijn duiven. Duivensport is altijd passie nummer één geweest van de bonkige spits. Het leverde hem de niet erg flatterende bijnaam ‘pigeon’ op, maar erg vindt hij dat niet : “Duivensport is nog altijd mijn grote passie. Elke ochtend sta ik om half acht op en houd ik me tot ongeveer negen uur bezig met de duiven. Ook ’s avond passeer ik meestal nog een uurtje in de duiventil. In de weekends doe ik mee aan wedstrijden. Dit jaar had ik al twaalf keer een winnende duif.” Toch zijn de dagen daarmee niet helemaal gevuld. “En daarom ben ik op zoek naar een job”, aldus Ernes. “Ik heb eventjes iets in de gemeentepolitiek geprobeerd, maar dat was niet mijn ding en moeilijk combineerbaar met mijn trainerschap bij Oreye. De club heeft net het eerste seizoen in eerste provinciale achter de rug, volgend seizoen gaan we voor de kop van het klassement.” (MS)

door Matthias Stockmans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content