Op 24-jarige leeftijd stopte Francky Dury met voetballen om te worden wat hij in feite al was : trainer.

Nog altijd is ondervoorzitter Adriano Courtens afgevaardigde van het eerste elftal van vierdeprovincialer Hulste Sportief. Tot zijn 52ste voetbalde hij er in de spits, hij trainde er scholieren en junioren. Toen Francky Dury er voetbalde (hij kwam als speler nooit voor een andere club uit) was Hulste Sportief een stevige tweedeprovincialer : “Francky liet zich zoals de meeste jongens uit het dorp bij de club aansluiten. Technisch vond ik hem zeer bekwaam. Zijn balcontrole was goed, zijn fysiek ook. Nooit had hij ruzie met de scheidsrechters, maar heel veel heeft hij niet in het eerste elftal gespeeld.

“Toen hij vijftien was, vroeg hij eens aan mij wat hij moest doen. Op dat moment wist ik al dat hij later trainer zou worden. Als hij tijdens de match of bij een andere ploeg iets zag op het veld, zei hij dat meteen. Zijn ploegmaats luisterden ook naar hem. We zetten hem ook altijd een categorie vooruit, hij was een paar jaar voor op zijn leeftijdgenoten. Hij had als jon- ge snaak al een goed oog en een goeie visie. Daarom is hij ook weggegaan : Francky wilde vooruit, verder dan wij konden. Toen al was iedereen voor hem gelijk, het was niet zo dat hij mild was voor de één en streng voor de ander.”

Henk Coucke belandde als spits bij Hulste Sportief en speelde een jaar of drie met Dury samen : “Francky heeft nooit op een andere positie dan die van rechtsback gespeeld. Hij was geen wereldvoetballer, maar ook toen al een winnaar. Als we twee tegen twee speelden, moesten de verliezers de winnaars trakteren. Francky heeft veel pintjes gedronken op kosten van anderen.

“Dury kwam uit de jeugd, hij was geen geldspeler, maar besefte wel dat we met die jongens die geld kregen beter werden en meer punten pakten. Iedereen profiteerde daarvan.”

Hoe omschrijft Coucke de speelstijl van de toenmalige rechtsback ? “Francky was geen type Borkelmans dat de hele tijd als een brommertje de lijn op en af ging. Maar hij koos zijn momenten wel uit om mee in te schuiven als hij geen spits in zijn zone had. Omdat hij toen al het voetbal zag.” Echt sterke of zwakke punten herinnert Coucke zich niet : “Hij kon alles even goed, maar muntte in niets uit. Hij was geen goeie, maar ook geen slechte kopper. Hij was niet snel, maar ook niet traag. Er zijn spelers die geen versnelling hebben, maar die wel vol blijven gaan. Van alles had hij iets, maar je kon niet zeggen waarin hij zich onderscheidde. In alle aspecten haalde hij vijfenzeventig procent. Hij is ook vroeg gestopt : hij begon al jong met de trainersschool en moest voor zijn politieopleiding ook vaak weg in de weekends.”

Of hij Dury ooit heeft weten scoren ? “Ik denk het niet. Maar hij kreeg bij mijn weten ook nooit een rode kaart. Francky was hard maar fair in de match. De leider van de ploeg was hij niet. Dat waren een paar spelers van boven de dertig die uit bevordering en de derde klasse kwa-men. Als we op stap gingen of bleven plakken in de kantine, deed Francky wel mee, maar je hebt dan altijd een moment waarop de meesten naar huis gaan en alleen de echte plakkers overblijven. Francky behoorde tot de eerste categorie.”

door Geert Foutré

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content