Elke week verzamelt Sport/Voetbalmagazine meningen over een pertinente vraag.

Nog geen halfjaar was Aleksandar Jankovic hoofdtrainer van KV Mechelen toen in oktober 2014 Standard al aan zijn mouw snokte. De Serviër hapte niet. Het zou zijn geloofwaardigheid aantasten, zei hij, als hij een pas opgestart project zo snel zou verlaten. Nadien zakte hij met een nog amper scorend Malinwa weg, tot net boven de degradatiezone, maar de hele tijd bleef hij gespaard van een wankele stoel en van kritiek van de fans. Intussen praat iedereen bij KV over de finale van play-off 2. Op de achtergrond weergalmt almaar meer lof voor Jankovic. Terecht?

Aad de Mos

“Op basis van wat krijgt hij die lof?”, vraagt Aad De Mos, die in zijn trainerscarrière Europacup II won met KV Mechelen en nu als analist werkt. “De negende plaats in de reguliere competitie? De deelname aan play-off 2? Het voetbal? Sprankelend vind ik dat niet. Het is wat geënt op de counter, met drie centrale verdedigers en backs die oprukken. Het is vooral geschikt om topploegen last te bezorgen. Zo herinner ik me de eerste confrontatie met Club Brugge in de beker van België, toen Davy De fauw als linksback problemen had om oplossingen te vinden. Maar ik vond KV in die bekermatchen tegen Club te onderdanig. Ik zag Jankovic ook verkeerd wisselen, hij haalde met Ibrahima Cissé zijn beste speler naar de kant.

“Het probleem van KV is dat ze het zelf lastig hebben tegen de kleinere ploegen. Tenzij dan in play-off 2, nu er geen druk meer is. In aanvallend opzicht zie ik geen automatismen. De basis van hun spel is een goede verdediging, met lange, sterke jongens. Jankovic spreekt graag van een systeem met drie verdedigers, maar het zijn er vijf. De afstanden worden vaak niet meer te belopen voor Glenn Claes, Sofiane Hanni en Dalibor Veselinovic. Terwijl die gasten het creatieve gedeelte moeten verzorgen. Ik heb niks tegen een trainer die speelt op basis van het materiaal dat hij ter beschikking heeft, maar warm word ik niet van wat Mechelen dit seizoen bracht.”

Pierre Denier

Pierre Denier is assistent-trainer bij Racing Genk, dat dit seizoen vier keer tegen KV speelde. Denier vindt niet dat Jankovic zijn team louter laat counteren. “Die jongens spelen bij momenten gewoon goed, met een prima balcirculatie en flankvoorzetten voor Veselinovic. Ik zie heel positief voetbal. En ze doen het met voetballers die ergens anders soms niet brachten wat van hen verwacht werd, Veselinovic bijvoorbeeld. Als spelers hun beste niveau halen, zoals ook Tim Matthys, dan zie ik daar toch de hand van de trainer in.

“Voor mij is KV een combinatie van enthousiasme en een uitgebalanceerd elftal, met een mix van gestalte, loopvermogen en technische bagage. Met Hanni, die goed tussen de linies kruipt. En met een variërend spelsysteem: met drie achteraan of met vier. Lukt het allemaal niet, dan kunnen ze bij een achterstand nog altijd teruggrijpen naar de lange bal.”

Gert Van Dyck

Gert Van Dyck, de voorzitter van het Supportersorgaan, zegt: “Vanaf dag één presenteerde Jankovic zich hier als een gentleman. Hij behoudt altijd zijn kalmte en beleefdheid. Dat vinden wij schitterend. Ik zag hem in het tv-programma La Tribune praten nadat Joachim Van Damme een zware overtreding had begaan. Het typeert hem dat hij daar met valabele, rationele argumenten de verdediging van de speler opnam, zonder de fout van Van Damme te verdoezelen. Nog iets: toen hij aangaf binnen de drie maanden Nederlands te zullen spreken, deden wij het voorstel om ook Nederlandse lessen te voorzien voor de anderstalige spelers. Daar ging hij meteen in mee.

“Op voetbalvlak zag iedereen dat er wat tijd nodig zou zijn. Je krijgt in Mechelen ook wel wat krediet als het slecht gaat. Anderzijds duurt het ook even eer de fans met lof gaan zwaaien. Pas bij de eerste match tegen Genk in play-off 2 scandeerde het stadion Jankovic’ naam. Maar over het spel was iedereen meteen tevreden. In de terugmatch van de kwartfinale van de beker maakten we het Club heel moeilijk, en niet met afbraakvoetbal. Dat er anderzijds af en toe ook eens een lange bal richting Veselinovic vliegt, is niet zo onlogisch als je achteraan iemand hebt met een hele goede linker, zoals Milos Kosanovic. In het begin sukkelden we misschien wat, omdat er niemand naast Veselinovic stond. Nu zijn Jens Naessens en Nicolas Verdier er, en ook de backs rukken mee op. Het is dus niet zo dat we niet meer kunnen voetballen na zo’n lange bal.”

Aleksandar Jankovic

Zelf zegt Jankovic tevreden te zijn, maar tot euforie laat hij zich niet verleiden. “In het voetbal zijn er hoogtes en laagtes. Je bent verplicht om altijd kalm te blijven, want het is kalmte die je punten oplevert.

“Eerst was het niet gemakkelijk om resultaten te boeken. We misten stabiliteit en automatismen. Niet onlogisch, we hadden bijna alles veranderd: de manier van werken, de animatie in het spel, het systeem, de spelers. Bovendien haalden we jongens die vorig seizoen niet vaak speelden, zoals Claes en Mats Rits, Van Damme en zelfs Ivan Obradovic. Er kwamen ook jongens uit de tweede klasse: Laurens Paulussen, JasonAdesanya,Hanni. En we speelden met een jong middenveld: Cissé, Van Damme, Claes, Rits, allemaal jongens die nooit eerder titularis waren. Vergeet ook niet dat Mechelen vorig jaar moest knokken tegen de degradatie. Het is normaal dat er na zo’n seizoen weleens twijfels zijn. Soms was ons spel mooi, soms minder. Maar in het begin speelden we goede matchen zonder punten te pakken, nu pakken we soms punten in een match met weinig spektakel. We proberen om altijd excellent te spelen, maar het doel is om ook iets te rapen als dat niet lukt. Onze eerste betrachting is altijd om te bouwen, naar voren gericht, om de bal op de grond te houden en de technische kwaliteiten van onze spelers in de verf te zetten. Maar soms geraken we in moeilijkheden. Dan moet je een plan B hebben. Dan zijn we verplicht om ‘lang’ te spelen. We hebben een spits die heel groot is, die kan wegen op een defensie. Op een manier moeten we ons spel dus ook wat afstemmen op hem.”

DOOR KRISTOF DE RYCK