Elke week verzamelt Sport/Voetbalmagazine meningen over een pertinente vraag.

Het kampioenschap is aan zijn vijfde speeldag toe en tot op heden hebben we nog niet echt met open mond naar een match in de Jupiler League zitten kijken. De enige uitzondering zagen we in de voorrondes van de Europa League, toen Club Brugge Brøndby inblikte met 3-0. In verhouding tot Anderlecht en Standard, de andere traditieclubs die ook niet bepaald zwierig voetbal op de mat leggen, lijken de troepen van Michel Preud’homme in het voordeel te zijn. Blauw-zwart heeft zijn kern van vorig seizoen min of meer kunnen behouden en kan dus verder bouwen op de fundamenten die toen gelegd zijn. Dat neemt niet weg dat de algemene kwaliteit van ons eersteklassevoetbal ronduit slecht is. Hoe komt dat? En hoe diep zit de malaise?

“Elk jaar verliest ons competitievoetbal op het hoogste niveau tien procent van zijn waarde”, stelt Wilfried Van Moer, ex-icoon van het Belgisch voetbal. “Maar hoe kan het ook anders? Seizoen na seizoen gaan de beste voetballers weg en bijna altijd worden ze vervangen door spelers van mindere kwaliteit. Standard heeft Michy Batshuayi voor zeven miljoen euro naar Marseille laten gaan, maar om hem te vervangen willen de Rouches niet meer dan twee miljoen uitgeven. En aangezien de prijs van een voetballer de weerspiegeling is van zijn waarde, lijkt het me logisch dat dat gevolgen heeft voor het niveau. Deze zomer zijn basisspelers als Imoh Ezekiel, Massimo Bruno en Thorgan Hazard ook weggegaan. En welke ronkende namen zijn erbij gekomen? Sorry, maar kerels zoals Richard Sukuta-Pasu, Fernando Menegazzo en Sergei Milinkovic-Savic zijn voor mij – en voor de meeste volgers van het Belgisch voetbal – nobele onbekenden. Pas op, ik zeg niet dat die jongens waardeloos zijn. Tussen hen zullen er misschien een paar positieve verrassingen zitten, zoals bijvoorbeeld William Vainqueur dat geweest is op Sclessin. En zonder een overvloed aan sterke spelers kunnen natuurlijk ook de jongeren zich gemakkelijker doorzetten. Club Brugge heeft zo Björn Engels, Brandon Mechele en Thomas Meunier kunnen lanceren. En eerlijk gezegd: dat is toch nog wat anders dan een Thomas Høgli, een Jim Larsen of een Fredrik Stenman, niet? Dat mag ook gezegd worden.”

Stroomversneller Defour

“De aanwezigheid van het woord ‘huidige’ in de vraag is waarschijnlijk niet toevallig”, zegt Philippe Albert, ex-voetballer met een lange staat van dienst en nu analist bij de RTBF, BeTV en VOOfoot. “Elke zomer is het hetzelfde liedje: de clubs ontdoen zich meestal zeer snel van hun beste spelers om het geld binnen te laten vloeien, maar wachten dan tot het einde van de transferperiode om een eerste aanpassing aan hun kern te doen. Dan hebben ze namelijk in de eerste wedstrijden al kunnen zien wat er spaak loopt. Op dezelfde manier wachten ze op de solden van januari om ofwel nog een ticket voor play-off 1 uit de brand te slepen, ofwel degradatie te vermijden. Daarom zijn de meeste clubs in deze fase van de competitie nog niet klaar met hun huiswerk.

“Vanaf nu zal de situatie echter wel beginnen te evolueren, omdat er nog maar een goeie tien dagen over zijn om versterking binnen te halen. Anderlecht heeft natuurlijk met de komst van Steven Defour alles in een stroomversnelling gebracht en ik verwacht dat anderen daardoor geïnspireerd zullen geraken. Niettemin blijft voorlopig toch de kwantiteit het halen op de kwaliteit. Bij de grote tenoren is alleen Club Brugge erin geslaagd zijn grootste troeven te behouden, maar het blauw-zwarte bestuur maakt er ook geen geheim van dat VadisOdjidja en Maxime Lestienne bij een goed bod mogen vertrekken. Twee namen die niet zouden misstaan in het indrukwekkende lijstje van uitgaande transfers van Standard en Anderlecht. Als dan straks ook nog Jelle Vossen vertrekt bij Genk, dat al Fabien Camus en Kalidou Koulibaly uitwuifde, hoe kun je dan nog het niveau op peil houden?”

Spitsen zoeken

“Een daling van het niveau is niet nieuw, maar ik stel vast dat de vrije val versneld is sinds de invoering van de play-offs”, benadrukt de eveneens door de wol geverfde Aimé Anthuenis. “Nochtans ging die formule de kwaliteit van ons voetbal opkrikken, door onze beste ploegen meer wedstrijden tegen elkaar te laten spelen, maar uiteindelijk zitten we ver van het vooropgestelde doel. Niet alleen is de reguliere competitie nog slechts een slag in het water, in die zin dat de eerste zes eigenlijk al op voorhand bekend zijn, maar bovendien zorgt play-off 1 niet voor matchen van betere kwaliteit, omdat er te veel op het spel staat. De play-offs hebben er ook voor gezorgd dat het niet meer nodig is om top te zijn in het begin van de competitie, omdat er bij elke match nog maar 1,5 punt te verdienen is.

“Een tweede factor die volgens mij de huidige armoede verklaart, is het vertrek van onze beste schutters. Twee jaar geleden waren dat Kevin De Bruyne en Christian Benteke, vorig jaar waren het Dieumerci Mbokani, Milan Jovanovic, Jérémy Perbet en Carlos Bacca. En nu zijn het Michy Batshuayi, Imoh Ezekiel en Hamdi Harbaoui. De positie van spits is het moeilijkst in te vullen in het voetbal, de inpassing van zo’n speler vraagt tijd. Daarom is het niet verwonderlijk dat heel wat ploegen nog niet draaien en dat het spektakel op dit moment ontbreekt.”

DOOR BRUNO GOVERS

“Elk seizoen verliest ons eersteklassevoetbal tien procent van zijn waarde.” Wilfried Van Moer

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content