Waarom klaagt Hein Vanhaezebrouck over zijn verdediging?

In Kortrijk, voor de aftrap van de eerste competitiewedstrijd, werd Hein Vanhaezebrouck door Play Sports gevraagd of het voor hem een probleem was dat er in de verdediging geen wisselmogelijkheden waren. Die vraag kwam niet uit de lucht gevallen: de Gentcoach had in de voorbereiding herhaaldelijk zelf aangegeven dat hij veel te krap in verdedigers zat, dat het riskant was om te rekenen op jongens die nog niet klaar waren voor dit niveau, dat er minstens twee verdedigers bij moesten komen en dat er snel gehandeld moest worden. Maar toen, net voor de competitiestart, was het blijkbaar niet het moment om dat nog eens te benadrukken. ‘Neen,’ zei hij, ‘zolang ze allemaal fit zijn, is dat geen probleem. Dus we spreken daar niet te veel over. Je moet het noodlot niet zoeken. Voorlopig kunnen we ons plan trekken met degenen die er zijn.’

VOORLOPIG

Dertien dagen later was er wel een probleem met ‘degenen die er zijn’.

Na het 1-1-gelijkspel in Charleroi op speeldag 3 was de eindafrekening van Vanhaezebrouck in een interview voor Sporza Radio dat er totaal onnodig kansen waren weggegeven. Hij bedoelde: kansen die niet het gevolg waren van een ondertalsituatie na een omschakeling. Het ging om gemakkelijk te verdedigen ballen, ‘stilstaande fasen op de middenlijn’ waarbij iedereen achterin in positie stond en er maar één spits van de tegenstander in de buurt was. ‘Dit kan gewoonweg niet op dit niveau’, zei hij. ‘Ik kan erin komen dat er fouten gemaakt worden, maar dan moet je eruit leren en ik stel vast dat we er niet uit leren, dus… Bepaalde jongens hebben het blijkbaar moeilijk om dingen op te pikken. We blijven dezelfde fouten maken.’ Hij verwees zelfs naar een fase uit een wedstrijd tegen Lierse van twee jaar geleden en naar de veel te makkelijke manier waarop zijn ploeg op speeldag 1 in Kortrijk op achterstand was gekomen, en naar ‘een paar keer’ tegen Genk op speeldag 2.

Bepaalde jongens?

Het ging om Lasse Nielsen, die bij twee fases die zijn coach aanhaalde niet aandachtig genoeg was. En bij het tegendoelpunt was Rami Gershon niet alert. En bij de vroege achterstand in Kortrijk, na een inworp, reageerden achtereenvolgens Renato Neto, Nielsen en Stefan Mitrovic onvoldoende doortastend. Van die ‘paar keer’ tegen Genk viel ons vooral de kwetsbaarheid van Nielsen op links op. De Deen geeft de indruk als rechtsvoetige verdediger fout gecast te zijn in een spelwijze waarin hij geregeld op de positie van linksback terechtkomt. Centrumverdediger en flankverdediger, dat zijn twee verschillende profielen. Nana Asare combineert die twee, maar hij is nog geblesseerd. Voor Nielsen was het tot nu toe behelpen.

SHKËNDIJA

Donderdag tegen Shkëndija (2-1), in de heenwedstrijd van de play-offronde van de Europa League, bleek vooral hoe groot bij Gent het probleem van de opbouw van achteren uit is. De Macedoniërs wachtten de thuisploeg op hun eigen helft op en het was aan Nielsen, Gershon en Mitrovic om initiatief te nemen en het spel te maken. Maar dat leidde vooral tot balverlies. Alle drie leken ze aan pleinvrees te lijden. In plaats van in te schuiven en een tegenstander in het blok uit de dekking te lokken om ruimte te maken voor een ploegmaat, mikten ze vaak vanop afstand de bal in het pak. Onder druk schieten ze snel in een kramp. Het lijkt alsof geen van hen zich goed voelt: mandekkers zonder man en met een bal waarmee ze geen raad weten. Vorig seizoen stonden ze overigens doorgaans in een andere bezetting opgesteld en het is niet duidelijk waarom Vanhaezebrouck hen dit seizoen door elkaar gooide. Dus vroegen we het hem.

HEIN VANHAEZEBROUCK: ‘Ik beschik over één linksvoetige verdediger, Rami, en die speelt centraal. Dus moet ik kiezen tussen twee rechtsvoetigen om op links te zetten.’

Waarom zet je de linksvoetige Gershon niet aan de linkerkant?

VANHAEZEBROUCK: ‘Dat is niet zijn positie. Als Rami daar moet inschuiven … Dat is niet echt zijn stijl. Daar is iemand nodig die iets makkelijker en comfortabeler is aan de bal.’

Waarom niet langer Mitrovic, die in het verleden al vaak aan de linkerkant speelde?

VANHAEZEBROUCK: ‘Dat vond ik ook geen geslaagde zet. Hij voelde zich er linksback. Op rechts voelt hij zich meer centrale verdediger omdat Foket daar op en neer gaat.’

En nu voelt Nielsen zich een linksback.

VANHAEZEBROUCK: ‘Ja, maar Lasse gaat daar iets makkelijker mee om.’

Vind je?

VANHAEZEBROUCK: ‘Oké, het is niet zijn ideale positie. Die is rechts. Lasse wisselt goeie dingen met minder goeie dingen af, maar dat heeft niets te maken met zijn positie. Lasse, Rami en Stefan zijn gewoon drie echte verdedigers van wie er geen enkele heel comfortabel aan de bal is als hij moet inschuiven. Of ze dan links, rechts of centraal staan, maakt niet uit. Daarom zitten we te wachten op de terugkomst van Asare, omdat hij wel heel comfortabel aan de bal is. Met Taravel haalden we intussen iemand die ook iets comfortabeler is aan de bal en met Davidzada komt er binnenkort een linksvoetige bij die perfect de lijn kan doen. Dus de oplossing is er om op termijn met Lasse te kunnen schuiven naar rechts of naar het centrum.’

Dat wordt nog even wachten. Na zijn rugoperatie eind juni maakte Nana Asare pas donderdag zijn wederoptreden in de oefenwedstrijd met de beloften tegen Kalken. Ook centrale verdediger Jérémy Taravel, die conditioneel nog niet in orde is, speelde mee. En de Israëlische linksback Ofir Davidzada komt pas na de Europese terugwedstrijd van Hapoel Be’er Sheva tegen Celtic Glasgow naar Gent.

WESTERLO

En toch maakte Vanhaezebrouck zondagavond in de thuiswedstrijd tegen Westerlo andere keuzes achterin. Hij zette Mitrovic aan de linkerkant en liet aan de rechterkant Siebe Hooremans (18) zijn competitiedebuut maken.

VANHAEZEBROUCK: ‘Ik kan toch Siebe niet tegen zijn voet zetten?’

En waarom Nielsen wel?

VANHAEZEBROUCK: ‘Omdat hij veel meer ervaring heeft.’

Hooremans gaat door voor een beloftevolle verdediger met goeie voeten, maar na ietwat nonchalant balverlies in het begin sluipt de onrust in de jongen en speelt hij allesbehalve zijn beste wedstrijd. Zo laat hij bij het tweede tegendoelpunt opvallend na dekking te verlenen aan Foket. Op de linkerkant doet Mitrovic met infiltraties met de bal aan de voet Westerlo geregeld pijn. Maar wat ook blijft hangen, is een verloren kopduel waarbij hij en Gershon naar dezelfde bal springen en een tegenstrever alleen voor doel komt te staan. Bij het eerste tegendoelpunt mag Filip Daems een hoekschop vrij inkoppen en bij het tweede gaat Foket een duel aan dat hij niet kan winnen. ‘We moeten slimmer worden’, zei Vanhaezebrouck (na de 4-2 overwinning) niet voor het eerst.

Maar dit keer zei hij dat met een brede glimlach. Mogelijks houdt dat ook verband met ‘bepaalde andere uitslagen’ van de vierde speeldag. Want na afgelopen weekend is Gent naar de tweede plaats geklommen. Het staat zelfs twee punten voor op kampioen Club Brugge, de ploeg waarnaar Vanhaezebrouck in het Sporzainterview in Charleroi verwees toen hij zei dat ‘bepaalde teams in België’ verder staan in leiderschap en onderlinge coaching dan zijn eigen team. Het is duidelijk: voor Vanhaezebrouck is de titelstrijd al begonnen. Maar om van een geslaagde seizoenstart te kunnen spreken, moet Gent zich donderdag tegen Shkëndija voor de poulefase van de Europa League zien te plaatsen. Om het met Hein te zeggen: op dat niveau wordt dat een kwestie van slim zijn.

Gewoonweg.

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE – FOTO’S BELGAIMAGE

Het is duidelijk: voor Vanhaezebrouck is de titelstrijd al begonnen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content