AA Gent won zaterdag voor het eerst sinds 1984 weer de beker. Het klopte Cercle Brugge met 0-3.

Na vijfenvijftig jaar eindelijk nog eens de tweede plaats gepakt in de (hervormde) competitie en nu ook na zesentwintig jaar weer de beker gewonnen: verwijzingen naar de ‘historie’ vielen bij AA Gent zaterdag na afloop meer dan eens. Spelers waren er vooraf door bestuur en trainer op gewezen dat ze dit seizoen voor hun club ‘geschiedenis’ konden schrijven. En zo gebeurde het ook.

Er is nu na jaren dromen van de Belgische top een belangrijke stap gezet naar de realisatie daarvan.

Bernd Thijs, kapitein van de ploeg, noemde Michel Preud’homme zaterdag “megabelangrijk, de belangrijkste factor” in het succes. “Door te blijven hameren op wat niet goed is vanuit zijn ervaring als speler, bestuurslid en trainer heeft hij de gemakzucht die soms een beetje in deze groep zat eruit gekregen.”

Of Preud’homme ook volgend seizoen nog trainer is van AA Gent, bleef zaterdag een onbeantwoorde vraag. Tussen club en trainer is een innige band gegroeid – beiden zetten in de media geen druk op elkaar in de onderhandelingen. Vorige week donderdag hadden trainer en club een lang gesprek, dat nu donderdag wordt afgerond. Maar of dat uitmondt in een contractverlenging, is twijfelachtig. Gent kent alle parameters, gaf Preud’homme mee, en daar hoort het aantrekken bij van een of twee spelers, maar ook de interesse die vanuit het buitenland bestaat voor de trainer. Voor een Belgische club zal hij Gent alvast niet verlaten.

Maar hoe moet het, afgezien van de situatie van de trainer, nu verder met AA Gent na zo’n seizoen?

Voldoet het huidige stadion van AA Gent om straks de voorrondes van de Champions League te spelen?

Michel Louwagie, algemeen manager: “Dat is te zien tegen wie we moeten spelen. Er staat nergens geschreven dat je een bepaald aantal plaatsen ter beschikking moet hebben, maar hoe meer volk er geïnteresseerd is, hoe meer plaatsen je nodig hebt. Maar zover zijn we nog niet. De derde voorronde van de Champions League zal nog wel geen probleem geven, zeker? In geval van een topaffiche zouden we eventueel naar de Heizel kunnen uitwijken. Maar we moeten niet aan dagdromerij doen: eerst gaan we de derde voorronde in ons eigen stadion spelen.

“De groep samenhouden lijkt mij een goede optie en links of rechts een versterking halen. De ploeg is niet zo slecht. Er liggen veel dossiers klaar, voorbereid door de scouting. We gaan dat, zoals we altijd al hebben bewezen, rustig benaderen.

“We hebben een budget van 14 miljoen euro, Anderlecht een van 35 miljoen: waarom moeten wij dan willen kampioen spelen? Elk jaar maakt men zich grote zorgen over AA Gent: na het vertrek van Ruiz, Boussoufa, Gillet, Grégoire en Lom-baerts … De paniek lijkt telkens groter te worden, maar telkens zetten wij dat recht. Als we zouden kunnen spelen met de spelers die we de laatste drie jaar hebben moeten verkopen, waar zouden we dan nu gestaan hebben? En we hebben ze alleen moeten verkopen omdat we geen stadion gekregen hebben zoals veel van onze concurrenten, behalve Anderlecht. We hebben in de loop van de jaren 20 miljoen euro zelf betaald aan ons stadion en het oefencomplex. Als we dat niet betaald zouden hebben, zouden we nu al veel bekers gewonnen hebben.”

Hoe gaat AA Gent deze bekerwinst commercieel verzilveren?

Patrick Lips, commercieel manager: “Ten eerste werken wij qua abonnementen met formules Gold en Silver. Wie voor Gold kiest, engageert zich voor álle wedstrijden, zonder vooraf te weten hoeveel. Die formule is nu door de bekerkwalificaties en de Europese wedstrijd tegen Roma natuurlijk een groot succes gebleken. Wij voelen dat nu bijna iedereen die formule gaat kiezen, omdat men erop vertrouwt dat we weer gaan meedoen. Vorig jaar bestonden daarover nog wat twijfels. Ten tweede krijgen we meer en meer vragen van buiten de Gentse regio: 80 tot 85 procent van onze reclame komt uit Groot Gent, maar de laatste maand is er meer interesse van zelfs buiten de provincie. Ten derde zal de supporter-abonnee minder twijfelen, waardoor het volgend jaar probleemloos altijd vol zal lopen. De laatste wedstrijd tegen Club Brugge was niet uitverkocht – er waren nog honderd kaarten over – dat is waar, maar je zat met de combiregeling, een aanpassingsjaar, de perceptie van play-off 1 zat wat tegen en het werd duurder met play-off 1 erbij. Veel mensen kozen tussen die wedstrijd en de bekerfinale.

“Je spreekt door die bekerwinst het jeugdige publiek aan en die koers moeten wij varen. Met Genk, met alle respect, moeten wij ons niet vergelijken. Genk heeft een ander publiek aangetrokken en is erin geslaagd uit te groeien tot een familieclub. Zij hadden daar ook de infrastructuur voor en die hebben wij nog niet. Bovendien verschilt ook de mentaliteit: Genk werd de club van FC Limburg, maar in Gent hoor je niet zeggen: ‘Ik ben Oost-Vlaming.’ Dat moet onze volgende stap zijn: de provincie en erbuiten veroveren. Genk telt buiten Limburg niet zo veel aanhang, denk ik. Wij willen dat anders doen.

“Gent is voetbalminded, maar nog niet voetbalgek, we gaan ze nu ook voetbalgek maken. Ik verwijs daarvoor naar KV Mechelen: bij ons gaat het er iets gereserveerder aan toe. Maar ik denk dat we met deze bekerfinale de definitieve stap kunnen zetten naar voetbalgekte. Meer dan twee jaar geleden zag je nu al overal in de stad posters en vlaggen. Het komt, dat voelen we.

“Alleen kunnen we in afwachting van ons nieuwe stadion nu nog te weinig comfort bieden voor een moderne club. Mensen willen niet meer in een hoekje in de regen zitten. In een nieuw stadion zullen we ook betere catering kunnen bieden voor families, dat moet veel meer geld kunnen opbrengen. De inkomsten qua horeca moeten maal tien kunnen gaan in verhouding tot hier. Een jaar of vijf, zes geleden hebben we dat eens laten berekenen en we kwamen aan 13 miljoen als budget. Daar zijn we nu al overheen gegaan, maar je kan niet meer blíjven vragen voor hetzelfde.”

Hoe belangrijk is de beker voor de stad Gent?

Daniël Termont, burgemeester: “De omwenteling in onze relatie is tien jaar geleden begonnen, toen Ivan De Witte voorzitter werd. De club had altijd geld te kort: terwijl er voor spelers wel geld was, kwamen ze altijd bij de stad schooien. Toen De Witte en Louwagie overnamen, zijn ze erin geslaagd de schulden weg te werken en bij de top aan te sluiten. Voor de stad zorgt dat voor de interne binding van de Gentenaars. Er ging 22.200 man mee naar Brussel voor de bekerfinale, dat betekent dat er een groot potentieel is. Bovendien geeft het de stad een uitstraling naar buiten uit: er wordt over gesproken. Als stadsmarketing kan dat tellen.

“De resultaten zijn heel bepalend voor de sfeer in de stad: iedereen steekt zijn duim naar je omhoog als Gent wint, maar als ze verliezen, lopen ze met een gezicht alsof ze in een citroen gebeten hebben.

“We zitten in de laatste fase van de onderhandelingen over het nieuwe stadion. Wat de stad betreft zijn we zo goed als rond, volgende week wordt nog gepraat met de investeerders en de club. Ik hoop dat we de gemeenteraad van juni halen en dan in september verder kunnen bouwen. Een van de discussiepunten is nog dat er plaatsen voor 44.000 toeschouwers voorzien moeten worden met het oog op het eventueel organiseren van het WK. Maar wie gaat dat betalen? En wat als het WK er niet komt?”

Hoe moet AA Gent mentaal omgaan met dit succes?

Jef Brouwers, sportpsycholoog: “Michel Preud’homme heeft zijn ploeg ervan kunnen overtuigen dat winnen het enige is dat telt. Ook in het verlies heeft hij zijn mensen scherp kunnen houden, in tegenstelling tot Club Brugge, waar dat niet in de hand is gehouden.

“Michel Preud’homme is een emotionele opbouwer. Hij werkt op de emotie en sleurt daarin als een echte leider iedereen mee. Dat is uitputtend. Als de ploeg bijeen blijft, kan je minder emotioneel tewerk gaan en moet je op het inhoudelijke en technische vlak spelers beter maken. Dat is de opdracht voor volgend jaar. Als je permanent op je tippen loopt, krijg je krampen en dat moet je vermijden. De groep is nu de uitdaging. Als je hoger wil raken, moet je altijd iets aan je prestatie en je optreden toevoegen. Als Preud’homme blijft en hij slaagt erin de groep te houden, dan bouwt hij weer op zoals bij Standard. Je mag zijn kunde zeker niet onderschatten, maar je kan niet nog méér op emotie spelen.

“Twee spelers die vertrekken, dat is niet een ploeg min twee spelers, maar dat is een heel andere ploeg. De uitdaging is om zo veel mogelijk kwaliteit in huis te halen en ervaring te kweken van met elkaar te spelen. Hoe meer je die ervaring hebt, hoe minder complex het wordt. Je mag geen spelers halen die de perceptie hebben van lager niveau te zijn dan wie er was. Dat is wat het probleem van Standard: er is de hele competitie gesproken over weggaan en niet over blijven.

“De kracht van een trainer is de decompressie te laten gebeuren en dan naar een niveau te gaan om weer te presteren. De factor Anderlecht is een bijkomende moeilijkheid om beter te doen: als je die achttien punten voorsprong ziet staan, is dat niet van die aard dat je jezelf als achtervolger al kampioen waant.

“Na elke overwinning in de sport is er een podium, maar in een bedrijf ligt dan de volgende taak al klaar. Als je die beker wint, kan je je laten gaan vanuit een positief oogpunt. De decompressie heeft dan een heel andere smaak: het is makkelijker om vast te houden wat men gepresteerd heeft, want het is een positieve situatie waarin je tot rust komt.”

door raoul de groote

Preud’homme is een emotionele opbouwer.

Jef Brouwers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content