‘WE LIETEN ONS NIET BEÏNVLOEDEN DOOR MAKELAARS EN BONDSLEDEN’

© BELGAIMAGE

Hugo Broos won zondagavond in de Gabonese hoofdstad Libreville met underdog Kameroen tegen Egypte als eerste Belgische coach de finale van de Afrika Cup. Vijftien vragen aan zijn rechterhand Sven Vandenbroeck.

1 Wat is het eerste dat door je hoofd schiet als je terugdenkt aan de finale?

‘Wat een dag! We zijn nu zes uur na de match en ik zit nog vol emotie. Egypte begon in een hoog tempo. Hun overwicht duurde 25 minuten en ze kwamen verdiend 1-0 voor omdat ze telkens iemand slim in de ruimte tussen ons middenveld en onze verdediging vonden. Door ons middenveld te herschikken kregen we de match in handen. De tweede helft zijn we in een blok van vier gaan spelen – twee centrale verdedigers en twee verdedigende middenvelders – met onze flanken en vleugelverdedigers hoger. We drukten hen weg en via de flanken maakten we het verschil. De statistieken zeggen genoeg: 62 procent balbezit tegenover 38 procent, 15 doelpogingen tegen 4 en 6 hoekschoppen versus 0 voor hen. Bij de gelijkmaker kregen we heel het stadion achter ons. Op de bank voelden we dat de Egyptenaren het fysiek moeilijk kregen en vanaf de zijlijn vroegen we onze gasten om te blijven domineren. De tweede goal net voor tijd was een explosie van vreugde. Iedereen stond op het veld. Prachtig! In groep de gouden medaille afhalen en nadien de ereronde lopen: fantastisch!’

2 Wat is jullie grootste verdienste in dit onverwachte succes?

‘Onze verdienste is zeker dat we de spelerskern vernieuwden. Sinds onze aanstelling in februari van vorig jaar is 75 procent van de kern veranderd. We waren het op één na jongste team van het toernooi. Van een oude, statische ploeg zijn we geëvolueerd naar een jonge, dynamische groep. Een tweede aspect is dat we voor onderling vertrouwen en eenheid zorgden, in combinatie met een duidelijk tactisch systeem – 4-3-3 met twee verdedigende middenvelders en twee creatieve flanken. Dat was absoluut noodzakelijk. We namen gedurfde beslissingen en lieten ons niet beïnvloeden door makelaars en bondsleden. Dat maakte onze positie ten opzichte van de spelers heel sterk. Ze beseften dat er geen andere weg was dan te presteren. Voorheen bleek niet altijd de bondscoach de kern samen te stellen. Wij maakten zuivere keuzes, schoven de beschermde spelers beetje bij beetje aan de kant en kozen voor nieuwe, jongere spelers. Vanaf de eerste selectie kregen we het gevoel dat het geraamte van de groep veel bepaalde. Ik weet nog dat Hugo in zijn eerste meeting de spelers meegaf wat hij van elke positie verwachtte en er meteen de reactie kwam van: ‘Moeten we dat allemaal gaan doen?’ In die mentaliteit moest iets veranderen. Daar zijn we in geslaagd.’

3 Zeven spelers uit de preselectie zegden af: moet je hen daar achteraf dankbaar voor zijn?

‘Ik vond al die afzeggingen een goede zaak voor ons. Daardoor zijn we met een zeer jonge, maar hypergemotiveerde groep naar de Afrika Cup getrokken. Met die zeven erbij waren we kwalitatief zeker sterker geweest, maar als groep minder één. Dat laatste hielp ons enorm om dit resultaat tot stand te brengen. In Kameroen gaan nu op sociale media foto’s rond waarin de zeven spelers worden bedankt voor hun afzegging.’

4 Wat is er uiteindelijk op het toernooi zelf cruciaal geweest?

‘Dat alle spelers er elke dag op het veld stonden. Zo konden we dagelijks aan automatismen werken en bleef iedereen fit. We versterkten de medische staf met Gert Vandeurzen, een topper die jarenlang voor Genk werkte, en hij is heel belangrijk geweest voor de behandeling van blessures en de revalidatie van spelers. Cruciaal is ook onze winst tegen Guinee-Bissau geweest. Dat was een match die we moesten winnen, maar we gingen de rust in met een achterstand. In de tweede helft dwongen we de zege af op power. De power die we daar konden ontwikkelen sterkte ons, zeker ook in de kwartfinale tegen de grote favoriet Senegal.’

5 Voor de halve finale tegen Ghana hekelde Hugo Broos openbaar de volgens hem te lage kwalificatiepremie voor de finale: waarom deed hij dat en wat haalde het uit?

‘Mentaal hielp ons dat wel een stukje. De coach die zijn groep beschermt en een gemeenschappelijke vijand creëert, daardoor werd de groep nog hechter dan ze al was. Het probleem was dat er nooit onderhandelingen zijn geweest over de premies. Het ministerie had alles in handen en pas de avond voor de afreis zijn ze ons hun voorstel komen meedelen.’

6 Welke rol speelde de arbitrage in de afloop van het toernooi?

‘Dit was een item waar we ons zorgen over maakten, maar we kunnen niet klagen. Onze laatste poulematch was tegen het thuisland Gabon, dat zich zelf ook nog kon plaatsen voor de kwartfinales, en er gingen geruchten rond. Het was in de geschiedenis nog maar twee keer gebeurd dat het thuisland in de groepsfase werd uitgeschakeld. Dus het thuisland moest doorgaan, dat kon niet anders en daar zou de scheidsrechter bij helpen. Maar de Zuid-Afrikaanse scheids Daniel Bennett was zeer goed en correct. Ze geven wel minder snel geel dan in Europa. Op heel het toernooi is ook maar één rode kaart gevallen. Dat hadden er enkele meer mogen zijn.’

7 Waarin verschilde het voetbal van dat in Europa?

‘Er werd in Gabon heel gesloten gespeeld. Het voetbal is anders dan op het EK, maar toch van een hoog niveau. De meeste spelers voetballen buiten Afrika en hebben een degelijke tactische bagage. Het verschil is dat de totale loopafstand per speler anderhalve kilometer lager ligt dan in Europa, maar dat het aantal sprints en explosieve acties veel hoger ligt. Het voetbal is hier veel intensiever.’

8 Wat waren de grootste problemen waarmee jullie geconfronteerd werden?

‘Het was niet makkelijk om een goede voorbereiding in elkaar te steken. Ook omdat het geen officiële FIFA-periode is en we enkel oefenmatchen konden spelen tegen landen die deelnamen aan de Afrika Cup. We kozen ervoor om de voorbereiding in Equatoriaal-Guinea te houden omdat de klimatologische omstandigheden daar dezelfde zijn als in Gabon. Maar tien van de zestien landen hielden hun stage in Marokko en onze federatie deed er alles aan om onze stage naar daar te verplaatsen. Maar Hugo hield voet bij stuk.’

9 Wat onthoud je vooral van je eerste Afrika Cup?

‘De sfeer rondom onze selectie. De jongens hebben constant muziek op staan. AmbroiseOyongo, linksback van Montréal,loopt zelfs overal met een grote luidspreker in de hand rond. Ze zijn allemaal opgegroeid met ritme, zingen en bewegen op muziek. Het plezier dat er in deze groep heerste, was enorm mooi om mee te maken. Rondom de selectie speelt politiek een grote rol. Zo kwam de minister van Sport ons voor elke match aanmoedigen met een speech van een halfuur. In alles merk je dat er meer propaganda wordt gevoerd om hun positie te kunnen behouden. En hoe verder we in het toernooi kwamen, hoe meer mensen er hun zegje wilden komen doen. Heel apart was dat. Ook de toewijding van alle spelers op het toernooi was bijzonder. Elke minuut wordt hier intens beleefd, zowel op als naast het veld.’

10 Wat is dé anekdote die je van dit toernooi je leven lang zal bijblijven?

‘In de eerste groepsmatch liep onze flankspeler Christian Bassogog een scheurtje in de enkelband op, een letsel dat speciaal behandeld en getapet werd door Gert Vandeurzen. Voor de halve finale had onze dokter tegen die speler gezegd: ‘Als je scoort, loop je naar Gert om hem te bedanken.’ In de laatste minuut maakt hij de 2-0, maar door de emotie vergeet hij Gert te gaan groeten. Waarop de dokter het veld op rent om Bassagog bij zijn trui te pakken en hem naar Gert te begeleiden. Het was een spurt van vijftig meter, want Gert zat aan de overkant van het veld in de tribune. Dat kan hier dus allemaal en dat heeft zijn charme. Toen we ’s avonds die beelden op tv zagen, moesten we hard lachen.’

11 Op menselijk vlak is coachen in Afrika een enorme verrijking, zei je voor de afreis naar Gabon: in welke zin verrijkte de Afrika Cup jou nog meer?

‘De CAN in Gabon bevestigde wat ik de afgelopen maanden in Kameroen ontdekte. Ze nemen er elk moment in dank aan en maken van alles een plezierig gebeuren. De busrit naar het stadion voor een wedstrijd gebeurt niet in stilte, maar al zingend en dansend. Dat is hun manier om eenheid te creëren en om hun concentratie te vinden. Is het dan aan ons om dat te veranderen? Je wordt er als coach helemaal uit je vertrouwde situatie getrokken en verplicht om na te denken over hun manier van leven en om dit toe te passen in het beheren van je groep. Bij KV Mechelen en Roda JC had ik een aantal Afrikanen als ploegmaat en vroeg ik me vaak af hoe sommige van hun handelingen mogelijk waren. Zo kwamen ze op vrijdag vaak in speciale kleding naar de club, omhangen met veel gouden juwelen. Bij regenweer organiseerden ze weleens een barbecue in huis in plaats van buiten; en ze parkeerden hun wagen eender waar, zodat die een keer of vier per jaar werd weggesleept. Tactisch waren ze erg ongeschoold. Nu kan ik dat inschatten en dat is een enorme verrijking. Zij komen in eerste instantie niet naar Europa om een betere voetballer te worden. Ze komen om te winnen en geld te verdienen voor een heel dorp.’

12 Sébastien Siani, jullie controlerende middenvelder van KV Oostende, vertelde onlangs in Sport/Voetbalmagazine: ‘Ik zeg soms tegen Vlaamse ploegmaats: ‘Ga eens een tijdje in Afrika leven en kom mij dan eens vertellen wat je er leerde.” Wat bedoelt hij daar volgens jou mee?

‘Ik denk dat hij het vooral heeft over geduld oefenen, over het ongestructureerde, over de armoede bij het merendeel van de bevolking en over de nog sterk aanwezige hiërarchie. Mijn vrouw en kind zijn in november een week mee geweest naar Kameroen. Mijn dochter van acht kon haar tablet niet overal opladen, ze zag jongere kindjes bij 35 graden te voet water halen en ook de chaos en de slechte wegen vielen haar op. En ze vroeg mij: ‘Papa, waarom toetert iedereen en rijdt iedereen hier door elkaar?’ Ze besefte dat het leven ginds heel anders is. Maar toch lachen ze en maken ze er het beste van. Zij zijn gelukkig met wat ze hebben, en wij klagen zo snel.’

13 Van bij zijn aanstelling was er in de media en de entourage veel kritiek op Hugo Broos: wat betekent dit succes voor zijn toekomst als bondscoach van Kameroen?

‘Je merkt dat de media hem nu enorm appreciëren. Ze benadrukken zijn goede tactische keuzes, zijn rechtlijnigheid en zijn kalmte. De entourage deelt deze mening, maar vertelt er rustig bij dat een deel van het succes toch aan hen te danken is. Dat is het politieke spel dat erbij hoort om aan populariteit te winnen. Dit succes geeft ons enkele maanden krediet: tot aan de Confederations Cup in juni. Bij onze aanstelling werd gezegd dat we tijd kregen om een team te bouwen voor de Afrika Cup 2019 in Kameroen. Mooie woorden, maar dat proces dat ze toen omschreven bleek enkel via overwinningen te lopen. Iets wat niet altijd samengaat. Het enige dat voor hen telt, is winnen en daardoor hun post behouden.’

14 In jullie WK-kwalificatiepoule staan jullie vier punten achter op Nigeria en alleen de eerste plaatst zich voor het WK 2018 in Rusland: wat leerden jullie tijdens dit toernooi dat van pas kan komen in de komende kwalificatiewedstrijden?

‘Ik denk dat we vooral een stap zetten op mentaal vlak. Het geloof bij spelers, media en entourage is terug dat Kameroen beter kan dan de voorbije jaren. Het was van 2010 geleden dat het nog een match kon winnen op een groot toernooi. De laatste jaren was het een en al kritiek. Verhalen werden verzonnen om spelers in een slecht daglicht te stellen. Ze werden met de grond gelijk gemaakt en iedereen in en rond de selectie werd afgeschilderd als een luie poenpakker. Nu zijn ze weer helden, die een heel land gelukkige momenten bezorgen. Op sportief vlak bouwden we een heel solide verdediging op met MichaelNgadeu van Slavia Praag en AdolpheTeikeu van Sochaux. Voorin ontdekten we enkele spelers die het verschil kunnen maken. Zoals Bassogog van Aalborg, die zelfs tot beste speler van het toernooi werd uitgeroepen.’

15 Wat zijn jouw adviezen voor de organisatie van de Afrika Cup 2019 in Kameroen?

‘Er was hier heel weinig aan te merken op de organisatie. Alles was tot op de seconde getimed en verliep vlekkeloos. Helaas leidde de vroege uitschakeling van Gabon ertoe dat de toeschouwers afhaakten. Een minpunt was dat er voor ons tussen de halve finale en de finale maar twee dagen rust zaten. Dat is te weinig om fris aan de finale te beginnen. Kameroen moet er in 2019 vooral voor zorgen dat de faciliteiten goed zijn. Dan spreek ik over de hotels, het openbaar vervoer en de wegen, en over minder files in Yaounde en Douala en vooral over betere velden dan in Gabon. Er zal ook aandacht moeten worden besteed aan andere speelsteden dan alleen maar die waar Kameroen zal spelen. Die stadions zouden ze meer moeten kunnen vullen dan in Gabon het geval was. Een werkpunt is ook de toegankelijkheid van het land: dure vliegtickets, weinig rechtstreekse verbindingen en de visaprocedure houden veel mensen tegen om de trip te maken.’

DOOR CHRISTIAN VANDENABEELE – FOTO’S BELGAIMAGE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content