Michel Preud’homme, technisch directeur van Standard, geeft tekst en uitleg bij de sportieve keuzes van zijn club.

“Vorig seizoen wilde Standard weer aansluiting vinden met Europa”, zegt Michel Preud’homme. “We kenden een wisselvallige campagne. Bij het ingaan van de winterstop stonden we nog op een tweede plaats. We begonnen stilaan te dromen van de Champions League, maar de tweede ronde verliep stroever. Door ons eigen falen, vijf gelijke spelen op rij, en door de sterke terugkeer van Club Brugge. De ontgoocheling over het verliezen van die tweede plaats was behoorlijk groot. Niettemin werd ons vooropgestelde doel bereikt.

“Wij moeten strijden met de middelen die we hebben. Anderlecht kan rekenen op een budget van 25 miljoen euro, Club Brugge en Genk doen het met drievierde van dat bedrag. Standard draait op slechts 12,5 miljoen euro per jaar. Ondanks die toch wel ruime verschillen konden we rivaliseren met Anderlecht en Brugge. En dat zullen we blijven doen. Het is echter vooral onze taak de club gezond te houden. Wij moeten nu vechten voor elk contract. De cijfers die vroeger circuleerden, zijn nu niet meer van toepassing. We gaan geen twee euro meer uitgeven als we er maar één hebben. We wilden Christophe Grégoire en Frédéric Herpoel, maar ze hadden beiden een te zwaar contract voor Standard. De transfermarkt is helemaal veranderd : spelers die vroeger vijf miljoen euro kostten, worden nu voor amper een vierde van dat bedrag van de hand gedaan. En het geld dat daardoor bespaard wordt, krijgen de spelers in hun contract bijgepast.”

Moeten we het vertrek van Emile Mpenza aan die veranderde situatie toeschrijven ? En hoe verklaar je de andere vertrekkers ?

“We hebben Mpenza een voorstel gedaan, voor één of twee seizoenen, en hij aanvaardde dat. Wat later bepaalden we hem te laten gaan bij een bod dat even hoog lag als datgene wat Standard betaalde aan Schalke 04. Hamburg bleek bereid die som op tafel te leggen, dus gunden wij hem zijn vrijheid. De club heeft aan heel die zaak geen euro over- gehouden, maar we hebben wel gedurende een jaar gebruik kunnen maken van de diensten van een topspeler.”

Hoe heb je Eric Deflandre kunnen overhalen om naar Sclessin te komen ?

“De piste- Deflandre volgden we al langer, na vier sterke seizoenen bij Lyon had Eric nog andere aanbiedingen op zak, maar het project dat wij hem voorstelden, sprak hem aan. Bovendien wilde hij wel naar België terugkeren. Voor Standard een buitenkans : hij is Luikenaar, heeft ervaring, is international, blijft altijd rustig en kan een perfecte voorzet vanop rechts trappen.”

Het verhaal rond Vedran Runje lijkt bijzonder veel op dat van Emile Mpenza, niet ?

Runje werd nooit vervangen bij Standard en we hielden met hem contact terwijl hij in Marseille zat. Bij Marseille was Vedran in een delicate situatie verzeild, net zoals Emile Mpenza bij Schalke 04. Een terugkeer was interessant voor beide partijen.”

Waarom trokken jullie Ogushi Onyewu aan ?

Onyewu heeft vele kwaliteiten : jeugdigheid, lengte en een behoorlijke techniek gezien zijn atletische lichaam. Op links kozen we voor Dennis Souza Guedes, een linksachter of centrale verdediger. De verdediging onderging inderdaad een gedaanteverwisseling, vooral op rechts, maar aan de overzijde zijn Dragutinovic en Van Dooren nog steeds op post.”

Het middenveld werd minder door elkaar geschud…

“We rekenden op een vertrek van Bisconti. Vandaar onze belangstelling voor Geraerts, Dugardein en nog anderen. Met Dugardein hadden we een mondelinge overeenkomst, maar uiteindelijk ging de deal niet door. Te wijten aan privé-problemen, maar ook omdat zijn manager belachelijke financiële eisen stelde. Op links was Mutavdzic lange tijd geblesseerd, Mumlek kende een aantal probleempjes. Zijn techniek is uitstekend, maar zijn snelheid van uitvoering ligt te laag. Ook Dragutinovic of Van Dooren kunnen op de linkerflank spelen. Bovendien wisten we Michel Garbini te strikken. Geen eenvoudige opgave, want Garbini maakte deel uit van de olympische ploeg van Brazilië en speelde bij Atletico Mineiro, hij had tal van aanbiedingen.”

Emile Mpenza maakte een geslaagde entree vorig jaar, maar dat kan niet van alle spitsen gezegd worden.

Kaklamanos en Bangoura hadden een aanpassingsjaar nodig, zelfs al behoorden ze het seizoen voordien bij de beste aanvallers uit onze competitie. Wij rekenen nog altijd op hen. Ze hebben elk hun specifieke kwaliteiten : Kaklamanos zijn présence in de luchtduels en Bangoura zijn gave om met de rug naar doel te spelen. Die kwaliteiten verdwijnen niet zomaar. Bangoura reisde veel heen en weer tussen Afrika en Europa, dat is zijn integratie niet ten goede gekomen. Het is een probleem waar we rekening mee moeten houden bij de Afrikaanse spelers. Datti vertrok naar Bergen omdat hij meer speeltijd wilde. Die wens respecteerden we.

“Met Wamberto kozen we, samen met Garbini, voor een technische input, want daar ontbrak het ons vorig seizoen soms aan. Wamberto speelt attractief voetbal, is intelligent en kan openingen creëren, zoals Moreira. Ze kunnen volgens mij perfect samenspelen. Met Niemi hebben we in de punt iemand lopen die kan wegen op een verdediging. Hij blijft gaan van de eerste tot de laatste minuut. Tot slot lieten we ook Mohammed Tchite de overstap maken naar de A-ploeg. Daniel Boccar heeft anderhalf jaar met hem getraind op kracht en tactiek, hij moet nu klaar zijn voor het grote werk.”

Je haalt Daniel Boccar aan. Die gaat in de toekomst misschien samenwerken met Tomislav Ivic ?

“Er zijn contacten, maar we zien wel. Een duo Ivic-Boccar zou zeker niet te veel van het goede zijn. Ons jeugdcentrum verhuist van Ans naar Sart-Tilman, waar we meer velden ter beschikking krijgen en waar we een klein stadion hebben voor de reservewedstrijden. De jeugd is belangrijk voor ons, maar je kan ze niet allemaal tegelijk in de A-kern droppen. Jongeren moeten veel spelen. Oussalah blijft één jaar langer bij Gent, Werner werd uitgeleend aan Bergen. Gomez zal waarschijnlijk ook verhuurd worden.”

Met welke doelstelling begon Standard aan het seizoen ?

Dominique D’Onofrio krijgt meer middelen in handen om tactisch te variëren. Vorig seizoen was het altijd 4-3-1-2 of 4-3-2-1. Dit seizoen zal Standard vaker kunnen verrassen. Vooral in aanvallend opzicht dan. Maar het gelaat van Standard is niet volledig veranderd. De basispionnen, op Mpenza en Sorondo na, zijn gebleven. Anderlecht en Brugge zijn de favorieten voor de titel. Ons doel voor deze campagne blijft hetzelfde : Europees voetbal halen.”

door Pierre Bilic

‘Eric Deflandre was een buitenkans voor Standard.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content