Na een lange tocht door de woestijn behoort hij plots opnieuw tot de topfavorieten voor het WK. Waardoor kwam het dat Philippe Gilbert in zo’n diep dal belandde en hoe klauterde hij er weer uit?

Negen jaar geleden, tijdens de wereldkampioenschappen in het Canadese Hamilton, leerden ze elkaar beter kennen. Journalist Stéphane Thirion en de toen 21-jarige neoprof Philippe Gilbert. Allebei Ardennees, wat een band schiep. In de loop der jaren groeide de wederzijdse waardering. Als bevoorrechte getuige stelde Thirion vorig jaar de onwaarschijnlijke prestaties van zijn streekgenoot te boek. Het werd een verkoopsucces: van Mijn droomjaar gingen inmiddels 32.000 exemplaren over de toonbank.

Midden november ligt het vervolg in de boekhandel: The year after. “Het is moedig van Philippe dat hij zijn verhaal ook wil vertellen wanneer het niet allemaal rozengeur en maneschijn was”, vindt Thirion, die verbonden is aan het Brusselse dagblad Le Soir. “Het wordt een boek over een kampioen die erin geslaagd is om zijn moeilijkheden te boven te komen. Hopelijk staat hij op de cover in de regenboogtrui.”

Zoals hij presteerde in de afgelopen Vuelta, was dat weer de Gilbert van 2011?

Stéphane Thirion: “Dat denk ik, ja. Bij zijn eerste ritzege gaf hij al blijk van een goeie conditie. Maar Joaquim Rodríguez was met het algemene klassement bezig en sprintte vermoedelijk niet voluit. Bij zijn tweede ritwinst daarentegen leverde Philippe een supermooie sprint, zoals zo vaak vorig jaar. Hij zat van ver op kop, stelde vast dat het nog te vroeg was, maar dacht: tant pis. Hij trok zich opnieuw op gang en versloeg la crème. Alejandro Valverde, Daniel Moreno, Joaquim Rodríguez: drie favorieten voor het WK. Gilbert was ongenaakbaar.”

Helemaal anders dan in het voorjaar. Hoe verklaart u dat niveauverschil?

“Het is een lang verhaal, dat teruggaat tot vorig seizoen. In 2011 heeft Philippe heel diep in zijn reserves getast. Vorig najaar, toen we in Canada waren voor de wedstrijden in Québec en Montréal, vertelde hij me hoe hij de hele maand augustus gestreden had om de eerste plaats in de WorldTourstand te heroveren. Na de Tour al voelde hij zich moe. Maar voor de punten trok hij naar de Eneco Tour. In Canada was hij naar eigen zeggen gaar. Maar daarna nam hij nog deel aan de GP van Wallonië om organisator Yves Vanassche een plezier te doen. Het WK in Kopenhagen was mentaal heel zwaar, omdat hij wist dat hij op dat parcours toch niet kon winnen. En daarna is hij nog eens heel diep gegaan voor een achtste plaats in Lombardije. Hij wilde absoluut met Lotto het ploegenklassement in de WorldTour winnen. Mijns inziens heeft hij vorig jaar te veel gekoerst en die overdaad niet op tijd ingeschat. Wie in de winningmood is, heeft zin om te blijven winnen.”

En heeft hij na het seizoen ook te veel gefeest?

“Nee, integendeel. Het nachtleven boeide hem in het verleden niet en nu als vader zegt het hem nog minder. Hij leeft heel serieus voor zijn vak. Eén glas wijn, geen twee. Wat de geruchten ook waren, Philippe woog bijvoorbeeld begin dit jaar minder dan begin 2011. Als hij wil ontspannen, trekt hij de bossen in om te jagen.

“Na zijn zware seizoen lag hij een kleine maand stil. Hij had beter wat meer vakantie genomen. Philippe is honkvast en erg gehecht aan zijn familie en gewoontes. Hij zegt me vaak hoe blij hij telkens is thuis te kunnen komen bij zijn vrouw en zoontje. Maar misschien was hij na het seizoen beter op reis gegaan, want hij heeft veel van zijn vrije tijd opgeofferd aan tv-uitzendingen, prijsuitreikingen en recepties. Door al die verplichtingen stapelde hij de vermoeidheid verder op.

“Hij was nog niet hersteld van zijn droomseizoen of de eerste stage met zijn nieuwe ploeg stond al op het programma. Dat was begin december. Daarbij komt dat bij BMC de gewoonte bestaat om op die eerste stage al heel zwaar te trainen. Ik ben niet zeker of dat de beste aanpak is. Thor Hushovd liep later een virus op. Cadel Evans stond er niet in de Tour. Het was een collectief probleem.”

Moest Gilbert na die stage gas terugnemen?

“Dat had hij misschien moeten doen, maar Philippe is een renner die zijn eigen programma heeft en er ook aan houdt om dat te volgen. Een Ardennees is koppig, weet je wel. Achteraf kan je zeggen dat het allemaal wat te veel was. In maart, tijdens de Strade Bianche, doken dan zijn tandproblemen op. Tijdens Tirreno-Adriatico zat ik telkens in hetzelfde hotel gelogeerd als Philippe. Het was echt meelijwekkend om te zien hoeveel pijn hij leed. Ik wist dat hij de avond voor de ploegentijdrit nog bij de tandarts langs was geweest. ’s Nachts had hij de slaap niet kunnen vatten. Dan mag je niet verwonderd zijn dat hij zijn ploegmaats niet kan volgen. Beter hadden ze vooraf beslist dat hij geen enkele kopbeurt voor zijn rekening mocht nemen.

“Maar wat me wel verbaasde, is dat die tandproblemen zo lang aansleepten. Renners kunnen hun tanden niet op dezelfde manier laten behandelen als wij, want een aantal stoffen staat op de verboden lijst. Door dat euvel was ondertussen wel zijn hele voorbereiding om zeep. Op een cruciaal moment had hij een aantal trainingen moeten overslaan.”

Minder warmte

Sloeg hij in paniek?

“Nee, dat nooit. Ongerust was hij wel. Maar hij bleef er altijd in geloven en ervoor vechten. Dat is zijn grote sterkte en ook dat moeten we onthouden van zijn seizoen. Hij slaagt er onmiddellijk in de bladzijde om te slaan. Als hij een doel mist, maar ook als hij succes heeft. Andere renners – ik noem maar Andy Schleck – zijn geneigd na een tegenslag de schouders te laten hangen of rusten na een overwinning op hun lauweren. Ik weet één ding zeker: als Philippe zondag wereldkampioen wordt, wint hij de week nadien ook de Ronde van Lombardije.

“Bovendien wist Gilbert dat hij in 2011 diep in zijn reserves was gegaan en dacht hij dat zijn conditie wat later zou komen. Want wat er ook over geschreven is, hij heeft nooit zijn doelen opgeschoven. Van bij het begin was de afspraak binnen de ploeg dat de Ardennenklassiekers zijn eerste doel vormden dit jaar, niet Milaan-Sanremo of de Ronde van Vlaanderen.

“Het moeilijkste moment dit seizoen op mentaal vlak voor hem was de E3 Harelbeke. Die dag kwam hij ten volle tot het besef dat hij ook voor zijn klassiekers niet klaar zou raken. Toch had hij voor hetzelfde geld nog de Waalse Pijl gewonnen, hé. In Luik-Bastenaken-Luik was hij goed tot kilometer 235, maar daarna was het op. En bij hem niet alleen. Diep in de finale stond hij er alleen voor van zijn ploeg.”

Ook dat was ongetwijfeld een vreemde gewaarwording, terwijl iedereen bij de start van het seizoen BMC had vergeleken met FC Barcelona.

“Philippe was in een sterrenploeg terechtgekomen. Maar het is niet omdat je de beste renners koopt dat je van de ene dag op de andere een ploeg hebt. Wellicht heeft Philippe onvoldoende een eigen ploeg rond zich gebouwd. Ook al bewees Alessandro Ballan twee keer het tegendeel in de jongste Vuelta, het is en blijft moeilijk voor een ster om zich in dienst te stellen van iemand anders. Philippe vond bij BMC ook Greg Van Avermaet terug, met wie hij geen goed contact had bij Lotto en die ook individualistisch is. Hij heeft lang geprobeerd om Bjorn Leukemans naar BMC te halen, maar die lag nog onder contract. Voor Philippe beantwoordt Bjorn aan het profiel van de ideale ploegmaat: bijna even sterk als hijzelf, maar geen afwerker.

“Je moet weten dat het pas voor de tweede keer in zijn carrière was dat Gilbert van ploeg veranderde. Toen hij na zes jaar Française des Jeux bij Lotto terechtkwam ( in 2009, nvdr), had hij ook moeite om zich aan te passen. Hij moest toen tot eind mei wachten op zijn eerste seizoenszege, in de Giro. Ook de overstap naar BMC vergde een aanpassing.”

Op welk vlak?

“Op verschillende punten. Wat ik al eerder vertelde over de trainingsaanpak bijvoorbeeld. Maar ook had Philippe in het begin wat problemen met zijn nieuwe materiaal. Onder andere het zadel stond volgens hem niet zoals het moest. Het heeft weken geduurd voor zijn fiets en tijdritfiets afgesteld waren zoals hij het wilde. Hij is daar maniakaal mee bezig. Maar ondertussen vloog de tijd voorbij. Hij heeft het nooit met zo veel woorden gezegd, maar ik ben zeker dat het hem geërgerd heeft.

“In iedere ploeg heerst ook een andere sfeer. Philippe heeft altijd van de Vlaamse mentaliteit gehouden, waar hij als jeugdrenner al van geproefd had. Bij BMC belandde hij in een Amerikaanse ploeg. Het ging er minder ontspannen aan toe, minder gastvrij. Zeker in het begin voelde hij minder warmte en beleefde hij minder lol. Dat kwam pas later. Bovendien werden alle conversaties voortdurend in het Engels gevoerd. Dat was niet eenvoudig voor hem.

“Uiteindelijk valt zijn teleurstellend voorjaar te herleiden tot twee oorzaken: het slopende seizoen 2011 en de aanpassingsproblemen aan zijn nieuwe ploeg. Maar hij weet nu welke fouten hij niet meer mag begaan. Bovendien kan hij straks veel frisser de winter in dan vorig jaar. Daarom ben ik ervan overtuigd dat we in 2013 een Philippe Gilbert zullen zien die opnieuw grote koersen wint. Op voorwaarde natuurlijk dat hij gespaard blijft van gezondheidsproblemen. Al weet en zegt hij zelf ook dat hij nooit meer zal kunnen herhalen wat hij in 2011 presteerde.”

Geen moeten

Wat was uiteindelijk het kantelpunt dat leidde tot dubbele ritwinst in de Vuelta?

“Het feit dat hij in mei zijn seizoen eigenlijk herbegonnen is, vanaf nul. Na de klassiekers nam hij een pauze en begon hij zijn conditie geleidelijk weer op te bouwen. Ik heb nog het beeld voor ogen van de hellende finish van de laatste rit in de Ronde van België, eind mei. Carlos Betancur won de rit en Philippe werd er geklopt door ik weet niet wie nog allemaal ( ook Kevin Pauwels en Sergei Firsanov gingen hem vooraf, nvdr). Op dat moment dacht ik bij mezelf: Gilbert bevindt zich conditioneel in de maand januari. Hij stond nog nergens. Bij de start van de Tour was zijn vorm al behoorlijk, zoals je kon zien in de rit naar Seraing. Maar er bestaan geen mirakels. Die drie weken Tour deden hem goed, maar hij had nog de Ronde van Spanje nodig om zijn conditie te perfectioneren.”

Terwijl Gilbert op zoek was naar zichzelf, nam Tom Boonen de scepter over. Hoe ging de voormalige Belgische kampioen daarmee om?

“Heel goed. Het zijn twee jongens die het goed met elkaar kunnen vinden en vooral elkaar respecteren, als grote kampioenen. Bovendien is Boonens terrein niet dat van Gilbert. Aan Parijs-Roubaix zal Philippe misschien nooit meer deelnemen. De Ronde van Vlaanderen ligt hem wel, maar hij mag er nog niet in topconditie zijn om voor de overwinning te kunnen gaan in Luik-Bastenaken-Luik. Boonen en Gilbert zouden zonder probleem in dezelfde ploeg kunnen rijden. Het scheelde trouwens niet veel of het was dit jaar al het geval. Ze zijn ook allebei heel tevreden dat ze het kopmanschap in Valkenburg niet in hun eentje hoeven te dragen.”

Vindt Gilbert dat hij wereldkampioen moet worden? Alleen de wereldtitel kan zijn seizoen nog redden.

“Nee. Falloir of devoir zijn woorden die in zijn geest niet bestaan. Hij weet dat als hij in die termen redeneert, hij op voorhand verloren is. Maar het is juist dat als hij zondag wereldkampioen wordt, iedereen zal vergeten wat hem de voorbije maanden overkwam. Zijn uitgangspositie lijkt dezelfde als twee jaar geleden. Toen had hij ook op autoritaire wijze twee Vueltaritten gewonnen. Blaast de wind in Geelong niet in het nadeel, dan was hij al wereldkampioen. Maar zijn situatie nu is comfortabeler. Twee jaar geleden was hij de enige topfavoriet, nu deelt hij dat statuut met anderen. Bovendien maakt hij deze keer kans in de spurt. Op de Cauberg zullen de sprinters uitgeschakeld worden, terwijl in Geelong het parcours daarvoor te makkelijk was en er een sprinter won ( Hushovd, nvdr).”

Heeft hij het gevoel dat hij dit jaar kostbare tijd verloor?

“Nee, maar hij beseft wel dat de klok tikt en er met Peter Sagan een renner aankomt op wie er binnen afzienbare tijd in de klassiekers geen maat zal staan. Al geloof ik persoonlijk zelf niet in Sagan voor komende zondag. Hij is jong en lijkt me nog niet helemaal hersteld van de Tour. Het gevaar op het WK komt van de Spanjaarden, met Valverde als gevaarlijkste klant. Dat Philippe maar zijn wiel viseert.”

DOOR BENEDICT VANCLOOSTER

“Vorig jaar heeft hij te veel gekoerst en die overdaad heeft hij niet op tijd ingeschat.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content