West Ham betaalde vorige zomer veel geld aan Anderlecht voor Cheikhou Kouyaté, die in Londen helemaal ontbolstert.

De zeventienvoudige international is net terug uit Dubaï, waar Cheikhou Kouyaté (25) in totaal vijf dagen verbleef met West Ham. We bevinden ons voor zijn building, wanneer de Senegalees er arriveert met gsm en koffer in de hand. “De eerste verdiepingen van dit gebouw zijn die van een hotel, de rest appartementen”, vertelt de oud-speler van FC Brussels, KV Kortrijk en Anderlecht vol trots. We bevinden ons ook niet zomaar ergens, want het gaat om hartje Londen, in de gemoderniseerde dokken van Canary Wharf. Zijn woonplaats is een baken van licht, en hangt vol met religieuze voorwerpen en veel foto’s. Er slingert ook een… voetbal rond. “Er zijn hier al wat dingen gesneuveld”, bekent Kouyaté ootmoedig.

Klop van Coulibaly

We zijn ver weg van het moment dat je in Senegal uit een boom viel en op een kip terechtkwam?

Cheikhou Kouyaté: “Nee, dat klopt niet. Ik ben inderdaad een keer uit een boom gevallen omdat ik het bewustzijn verloor, maar nooit op een kip. Er bestaat wel een verhaal over een kip toen ik nog bij FC Brussels zat: bij de invallers zaten we eens op restaurant. En aangezien ik geen niet-halalvlees eet, had ik gevraagd wie mijn kip wilde. Iedereen lachte daarmee, vanwege mijn Senegalees accent. Sindsdien werd ik door mijn ploegmaats aangesproken als ‘mijn kip’.”

In Dakar speelde je wedstrijden tussen de verschillende wijken, maar die duels zijn niet altijd goed afgelopen…

“We hadden een heel sterk team, met meer getalenteerde spelers dan ik. We wonnen vaak het toernooi. Maar op een keer, na een nieuwe zege, werd ons gezegd: ‘Jullie gaan zo niet vertrekken!’ Dus kwam het tot een gevecht, waarbij ik een steen op het hoofd kreeg – ik hou er nog altijd een litteken aan over – en we snel naar huis moesten terugkeren.”

Het was een zekere Philippe Kontostavlos die ervoor zorgde dat jij Europa kon ontdekken via een eerste test in Griekenland…

“Hij merkte me op bij een match waar ik echt top was met de nationale juniorenploeg. Mijn toenmalige voorzitter zei: ‘Je vader is ziek, jij zal voor hem moeten zorgen. Je moeder moet stoppen met werken door jou. Probeer te slagen in Europa, dat je ouders fier op je kunnen zijn.’ Die testen in Griekenland en Frankrijk draaiden uiteindelijk op niks uit, om diverse redenen. Terwijl Philippe me liet slapen bij een onbekende waar ik niet uit de zetel durfde te komen, behalve om naar het toilet te gaan, kreeg ik een telefoontje van mijn Senegalese voorzitter. Hij zei me dat ik naar Brussel kon vertrekken om er in eerste klasse te gaan voetballen. Mijn huidige makelaar regelde de overgang. Twee jaar later tekende ik bij Anderlecht, dat me meteen verhuurde aan Kortrijk. Daar moest ik wachten op de derby tegen SV Zulte Waregem om een basisplaats te veroveren. Ik werd uitgeroepen tot man van de wedstrijd, ik won de gunst van de supporters, het was de eerste keer dat ik gekust werd door mannen, de mensen bleken gek van mij. Vanaf dat moment ben ik niet meer uit de typeploeg gegaan. We verloren eens tegen Standard, maar ik had goed gespeeld. Dus stapte Laszlo Bölöni achteraf naar me toe en zei: ‘Hoeveel jaar lig jij nog onder contract bij Kortrijk?’ Ik vertelde: ‘Ik ben een speler van Anderlecht…’ Hij reageerde met: ‘Merde!'”

Een beetje later stond Philippe er terug…

“Alles ging goed. Op het einde van een training bij Kortrijk, kwamen twee gewapende mannen op Sven Kums en mij toegestapt. We werden ‘uitgenodigd’ om hen te volgen. Toen we bij hun wagen kwamen, werden we erin geduwd. Ik zag Philippe die luidop begon te lachen: ‘Gaat het wat? Denk je zo snel aan mij te kunnen ontsnappen? Het feit dat je hier vandaag bent, dat heb je aan mij te danken’, antwoordde hij. Terwijl hij het was die mij destijds had laten zitten. Bovendien wilde hij 30.000 euro incasseren omdat zijn vriend, die me onderdak had gegeven, was bestolen. Dat hij me daarvan beschuldigde, zal ik hem nooit vergeven. Op datzelfde moment was mijn ‘grote broer’ Elimane Coulibaly ervan op de hoogte gebracht dat ik werd lastiggevallen. Ik zal nooit het moment vergeten waarop hij eraan kwam, de eerste lijfwacht neersloeg: bam. En dan de tweede: bam. Philippe wilde nog iets regelen, maar Couli werd er alleen maar nerveuzer van en zei: ‘Sven en Cheik, in de wagen! En jij, naar huis!’ Ik zag hen nooit meer terug. (lacht) De daaropvolgende dag scoorde ik tegen Roeselare. Hein Vanhaezebrouck moest er eens goed om lachen. Hij grapte dat hij die mannen elke week ging bellen aan de vooravond van een wedstrijd. Coulibaly riskeerde toen wel zijn leven voor mij. Ik zal dat nooit vergeten, want evengoed hadden die gasten op hem geschoten.”

Terug bij Anderlecht speelde je er op het middenveld en in de verdediging. Veranderde je loopbaan door de beslissing van Hasi vorig jaar om je opnieuw als stofzuiger op het middenveld te gebruiken?

Besnik Hasi maakte van mij de beste middenvelder. Na de eerste wedstrijd van PO1, die we verloren van Standard, kreeg ik van hem de boodschap dat ik opnieuw naar het middenveld zou verhuizen. Hij wilde dat ik ervoor zorgde dat Youri Tielemans de ploeg kon dirigeren. Ik moest eens goed lachen, omdat hij iets in me zag dat ik zelf niet kon inschatten. Maar ik wilde hem niet teleurstellen. Hij kende me en wist dat ik alles kon geven als ik fysiek op punt stond. Daarvoor moest ik naar het middenveld, waar ik meer kon bewegen dan in de verdediging. Hasi nam risico’s, maar hij was de belangrijkste coach die ik al had.”

En naast het veld is hij aangenaam?

“Wanneer alles erop zit, dan bouwt Hasi een feestje. Dan is hij daar met zijn vrouw, amuseert hij zich en kan hij zich ontspannen. Hij houdt wel van provocerende grapjes: wanneer ik bijvoorbeeld een foute pass geef, stuurt hij een berichtje: ‘Dat is normaal, je komt van Senegal!’ Hij weet heel goed wanneer je moet dollen en wanneer je iedereen tot de orde moet roepen.”

Giraf in de box

Anderlecht probeerde je in 2013 richting Kiev te duwen.

“Het was het enige ogenblik waarop ik er niet tevreden was. Als ik geen zin heb om iets te doen, dan gebeurt dat ook niet. Oost-Europa, dat was uitgesloten. Ik kwam terug na een operatie in de zomer van 2013 en kreeg te horen ‘Waar is je paspoort om naar Kiev te gaan?’ Ik wilde me daar niet in opjagen, maar ik denk toch dat mijn makelaar me nog nooit zo zag. Ze wilden me ‘enkel’ de infrastructuur daar laten bezoeken, maar ik weigerde!”

Je kende geldproblemen in het begin van je carrière. In Oekraïne had je enorm veel kunnen verdienen…

“In mijn hoofd was Engeland de volgende etappe. Als ik het grote geld had aanvaard, zou dat betekenen dat mijn carrièreplan volkomen verkeerd zat.”

Een Belgisch paspoort maakte ook deel uit van je plan om naar Engeland te gaan?

“Ja, natuurlijk. Er waren mensen die zeiden dat ik het niet mocht krijgen omdat ik anders direct mijn biezen zou pakken. Maar ik heb zes à zeven jaar in België gewoond, sommige mensen krijgen dat paspoort al na drie jaar. Ik heb veel gekregen van mijn club, maar ik heb ook veel gegeven.”

Met welk doorslaggevend argument werd je naar West Ham gehaald?

“De salarissen die me werden voorgesteld bij West Ham en Valencia, dat had ik nog nooit gezien. Ik zou er een huis mee kunnen betalen voor mijn ouders. In Senegal kreeg ik een telefoontje van clubmanager Sam Allardyce, die op vakantie was in Spanje. Hij wilde me twee dagen later zien in Londen. Toen ik dat vertelde aan mijn vader, zag ik hem voor de eerste keer in mijn leven wenen. Hij was heel blij, dus ging ik naar Londen. Allardyce kortte zijn reis in, enkel en alleen voor mij. Bij mijn bezoek aan Upton Park begreep ik al snel dat het bestuur me niet zou laten vertrekken vooraleer ik mijn overeenkomst tekende. (grijnst) Ik kon mijn verlanglijstje doorgeven en onderging twee dagen later al een medische keuring. Ongezien, want niks werd aan het toeval overgelaten. Ik was zelfs bang dat er iets niet oké zou zijn en dat mijn contract zou vervallen. Maar ik mocht toch tekenen. Tien dagen later had ik een afspraak met de coach. ‘Je had toch gezegd dat ik meer vakantie zou krijgen’, reageerde ik. ‘Nee, je hebt nu vooral nood aan hard werken, ik wil dat je klaar bent want je komt toch van een minder hoog aangeschreven kampioenschap’, zo luidde zijn repliek.”

Teddy Sheringham

Hoe verliep je debuut bij West Ham?

“In het begin moest ik veel trappen incasseren, op training en in wedstrijden, om te ervaren wat het Engels spel exact inhoudt. Maar iedereen was gecharmeerd, ik werd uitstekend opgevangen door spelers als Mark Noble en Kevin Nolan. Ze probeerden heel langzaam Engels te spreken, zodat ik hen zou begrijpen. Als het niet lukte, dan riepen ze Guy (Demel, nvdr) of Momo (Mohamed Diamé, nvdr) erbij. Dat hielp wel.”

Eerlijk: wat kende je van deze club voor je tekende?

“Niet veel, hé. Ik zag wel dat de Hammers het elk jaar moeilijk hadden: het ging telkens om het behoud, met ruw spel. We hebben nu spelers die over de grond willen spelen, die niet noodzakelijk lange ballen hanteren. Ex-international Teddy Sheringham, een monument van het Engels voetbal, werd in dienst genomen om zich bezig te houden met de aanvallers. Verder is er het feit dat de club het Olympisch Stadion vanaf het seizoen 2016/17 zal betreden. Ik denk dat West Ham binnen twee jaar voor de top vier zal spelen.”

Is dit voor jou een nieuwe stap qua professionalisme?

“We hebben alles wat we willen binnen handbereik: wil je bellen naar je moeder, hop, dat wordt snel geregeld. Er is iemand die zich bezighoudt met de voeding, die onze facturen betaalt, enz.”

In juli maakte je nog kennis met het Engelse voetbal door het incasseren van een tackle met de twee voeten vooruit, amper een maand later werd je verkozen tot speler van de maand door de supporters. Wat een omschakeling!

“Ik hou wel van uitdagingen. Toen ik hier toekwam, zei ik aan Sam Allardyce: ‘Coach, hier ga je geen spijt van krijgen.’ Hij antwoordde: ‘Ik hoop het.’

“Bij Anderlecht vertrok ik meteen na de training. Hier is dat veranderd: bij mij thuis doe ik al voor en na de training buikspieroefeningen en wat powertraining. Ik werk dus meer. Na mijn eerste oefenduel werd ik door de fans al verkozen tot man van de match. En de eerste competitiewedstrijd was meteen de derby tegen Tottenham.”

Is het waar dat je iemand vroeg om je in de arm te knijpen, zodat je het echt geloofde?

“Ja hoor. Die dag werd ik ook opnieuw uitgeroepen tot man van de match. Veel mensen hebben me ooit gezegd dat mijn droom onmogelijk te realiseren was. Maar sinds dat moment tegen Tottenham beleef ik mijn droom. Ik ben niet in Engeland alleen om te zeggen dat ik er geraakte, want er zijn veel spelers uit de Belgische eerste klasse die kwamen maar snel ook weer vertrokken. De Engelsen houden niet van wachten. Als je twee à drie maanden niet goed speelt, zoeken ze meteen een vervanger.”

Toen een journalist je bij Anderlecht sprak over Engeland, zei je: ‘Stel je voor: spelen tegen Wayne Rooney…’ Nu is het zover en maakte je tegen Manchester United zelfs een fantastisch doelpunt!

“Acht jaar geleden, in Senegal, spraken we al dromend over Rooney. Nu is die droom werkelijkheid geworden. Ik praatte achteraf niet met Rooney, omdat mijn Engels niet top is. Ik wisselde wel van shirt met Marouane Fellaini.” (lacht)

Arsenal kwam je al bekijken bij de invallers. Dat was jouw kinderdroom.

“Dat kan niet. Ik zit hier goed bij West Ham.” (lacht)

Heb je nog een leuke anekdote over Londen?

“Ik had de wagen van de club nog maar tien minuten of ik was al betrokken bij een ongeval. Dat links rijden, weet je wel. (grijnst) Godzijdank was de stoep leeg, maar de banden waren wel gesprongen.”

DOOR EMILIEN HOFMAN IN LONDEN – FOTO BELGAIMAGE / IK ALDAMA

“Hasi nam risico’s, maar proficiat, want hij was de belangrijkste coach die ik al had.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content