Vorige week organiseerde Belgisch landskampioen Rapide Wezemaal de eerste ronde van de Uefa Women’s Cup, de vrouwelijke tegenhanger van de Champions League. Als het dat nog eens doet en er zijn ploegen uit Oost-Europa bij, komen er alvast géén frietjes meer op het menu. Het is één van de lessen die Wezemaal trok uit het evenement dat een week lang het openbare leven in de Rotselaarse deelgemeente beheerste. De Servische ploeg, de sterkste van het kwartet, kreeg vooraf het menu doorgefaxt, maar liet ter plaatse weten dat onder meer het eten hen niet beviel. “Ze hebben ons echt het leven moeilijk gemaakt”, zucht secretaris Louis Van Geel. Bovendien landden de Serviërs in Parijs, de Schotse deelnemers in Charleroi, “terwijl het reglement zegt dat je de dichtst bijzijnde luchthaven moet gebruiken, Zaventem dus”.

Op sportief vlak hoopte de Belgische kampioen op een eervolle tweede plaats (alleen de eerste is rechtstreeks geplaatst voor de tweede ronde), maar na evenveel nederlagen in de eerste twee wedstrijden kon het daar al een kruis over maken. Toch is Wezemaal tevreden dat het de eigen accommodatie gebruikte, nadat contacten met KV Mechelen, Westerlo en Beveren niets opleverden. Het idee om thuis te organiseren, kreeg Van Geel van de Nederlandse kampioen die vorig jaar hetzelfde deed. “Voor de Uefa volstond onze accommodatie, op een paar details na : de bank langs het veld moest dertien man kunnen bevatten, en er moesten meer vlaggenmasten zijn. Zulke dingen.”

Wezemaal scheurt zijn broek niet aan de organisatie. Van Geel : “Integendeel. Als je het geld niet door ramen en deuren buiten gooit, sluit je af met winst. De Uefa betaalt een flink stuk van de kosten en we konden rekenen op de logistieke steun van de gemeente Rotselaar en de voetbalbond en zijn sponsors. Zo moest elke ploeg tien ballen hebben voor de warming-up. Daar zorgde Nike voor. En Peugeot gaf ons drie monovolumes voor de shuttledienst. Als we dat zelf moeten betalen, redden we het niet. De totale organisatie kost toch vijfduizend euro. Ons kleine clubbudget kan dat niet dragen.”

Volgend jaar wil Wezemaal zich opnieuw kandidaat stellen voor het evenement, dat gemiddeld vijfhonderd (niet-betalende) toeschouwers per avond lokte. “Want als je op verplaatsing moet, kom je niet uit de kosten”, weet Van Geel. Wezemaal moet dan wel eerst opnieuw landskampioen worden. Dat is ook de ambitie van de club, die vrijwel ongehavend aan het nieuwe seizoen begint. Eigenlijk had Wezemaal vorig jaar al kunnen deelnemen aan de Women’s Cup, omdat toenmalig kampioen Lebeke-Aalst afzag van deelname. Van Geel : “Maar dan hadden we alles moeten improviseren op een paar dagen tijd.” Na het forfait van Lebeke-Aalst legde de KBVB aan de clubs een overeenkomst voor, die bepaalde dat de kampioen of de bekerwinnaar verplicht moeten deelnemen, op straffe van een boete van vijfduizend euro. Behalve Wezemaal gingen alleen Anderlecht en Veltem daarmee akkoord. (GF)

GF

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content