Te breed voetballend, te apathisch, overschat… Zo dachten velen over Lucas Biglia in zijn Anderlechtperiode. Maar ondertussen werd hij een vaste waarde bij Argentinië en klopt hij aan de poort van Real. Kroniek van een foute casting.

Er waren bij Anderlecht mensen die zeiden dat ik te hoog mikte, dat ik bij de Argentijnse nationale ploeg alleen aan de bak zou komen als terreinverzorger.’ De bekentenis van Lucas Biglia in het Argentijnse magazine Gráfico vat perfect de paradox samen van een speler die in elke ploeg goed kan spelen, maar die nooit schittert. Na zeven seizoenen Jupiler League vond men hem nog vaak ‘overschat’, maar nadien had hij amper 24 maanden nodig om de finale van het WK en de Copa América te spelen, de metronoom van Lazio te worden en zijn naam bij te schrijven op de shoppinglijstjes van Rafael Benítez en Louis van Gaal. En in Bernabéu of Old Trafford hebben ze tot nader order geen tuinier nodig…

De déclic bij Biglia kwam er aan de andere kant van de Atlantische Oceaan. Als titularis tegen België in de WK-kwartfinale werd hij door het middenveld van de Duivels nooit in de problemen gebracht. Aan de zijde van Javier Mascherano nestelde hij zich in feite in de schaduw van… de man in de schaduw. Daardoor lijkt de titel Principito ook wat overdreven, want wat is er prinselijks aan een speler die het WK afsloot met een gemiddelde van 23,7 passes per wedstrijd? In Brazilië toonde Biglia zijn waarde vooral bij balverlies. Samen met Mascherano opereerde hij onder bondscoach Alejandro Sabella in een doble cinco (twee verdedigende middenvelders). ‘Zij maken vieze ballen weer schoon en bespeelbaar, zodat de offensieve talenten ermee kunnen schitteren’, schreef La Gazzetta dello Sport.

Biglia heeft een beperkt gevoel voor initiatief, dat klopt, maar moet een middenvelder per se verticaal spelen als er ook een Javier Pastore, Lionel Messi, Angel Di María en Sergio Agüero in de ploeg staan? Bij een vaak ongestructureerd Argentinië dicht de ex-Anderlechtkapitein de gaten die anderen laten vallen én brengt hij de tegenaanval op gang. Dat plan B wordt overigens meer en meer in de praktijk gebracht, want Biglia haalde op de Copa América een gemiddelde van 49,8 passes per match. Ook al is dat nog ver van de 72,8 van Mascherano, het toont dat hij groeit in balbezit.

Misverstand

Als er één cijfer in het oog springt van huidig bondscoach Tata Martino, dan is het wel het percentage geslaagde passes van Biglia: 92 procent op de Copa. Niemand die beter doet. Criticasters zullen zeggen dat het gemakkelijk is om een geslaagde breedtepass te geven, maar die ingebouwde zekerheid maakt wel dat Martino een fan is. Na de vriendschappelijke wedstrijd tegen Duitsland, met Di María in een glansrol, zei Tata: ‘Biglia heeft me echt verrast, hij was de beste man op het veld.’ Eenzelfde geluid na de Copa: ‘Zijn groot vermogen qua balcirculatie heeft ons geholpen. Zijn samenspel met Mascherano garandeert ons evenwicht.’

In een ander systeem en omringd door andere spelers is Biglia voor Argentinië wat Axel Witsel was voor België (toen hij nog voor de verdediging speelde). Iemand die voor evenwicht zorgt wanneer de offensieve spelers de ploeg uit balans brengen, die de passlijnen van de tegenstander afsnijdt en vooral geen balverlies lijdt.

Is het probleem van Biglia niet het misverstand rond zijn bijnaam en de voorbarige vergelijkingen? In eigen land werd Il Principito al snel vergeleken met Fernando Redondo, dé referentie qua cinco (in Zuid-Amerika komt de positie van een nummer 5 overeen met de nummer 6 bij ons). En zodra hij in België neerstreek, verwachtte men van hem dat hij een tweede Pär Zetterberg werd, hoewel de voorste dertig meter nooit zijn favoriete domein waren.

De Argentijn is een speler die de vedetten in staat stelt te schitteren. Een echte regisseur met andere woorden. ‘Het was bijzonder gemakkelijk om met Lucas samen te spelen’, zegt Tom De Sutter tegen ieder die het wil horen. Is de Biglia die onmisbaar geworden is voor Argentinië dan dezelfde als de breed voetballende kapitein van Anderlecht? Dat zou een onderschatting zijn van het effect van een WK-finale. Want ondanks de nederlaag keerde Biglia terug naar Italië met meer zekerheden en met het etiket regista, hem opgespeld door een coach die hem volledig het vertrouwen schonk. Of het nu in een 4-3-3 of een 4-2-3-1 is, Biglia is de strateeg van een heroplevend Lazio.

Alomtegenwoordig

In zijn eerste seizoen in de Serie A oogstte de Argentijn nochtans meer twijfels dan applaus. Sommige analisten waren niet mals voor hem. Maar ondersteund door zijn WK-finale en een wekelijks niveau dat hoger ligt dan bij Anderlecht werd Biglia de sterkhouder van de Romeinse biancocelesti. Zijn defensieve statistieken zijn ongeveer stabiel gebleven (een gemiddelde van 3,7 tackles en 2,4 intercepties per match, het beste van de Serie A) maar zijn evolutie qua spelopbouw is opmerkelijk.

Zijn percentage geslaagde passes blijft schommelen rond de 88, maar hij neemt daarbij meer risico’s. Zijn passes liggen aan de basis van gemiddeld anderhalve kans per wedstrijd. Dat is iets meer dan bij het begin van zijn Italiaanse avontuur, maar vooral het dubbel van wat hij bij Anderlecht in de Champions League presteerde.

En de onopvallende Biglia is met name ook alomtegenwoordig geworden. In zijn eerste seizoen bij Lazio gaf hij 49,8 passes per match, afgelopen seizoen waren dat er 70,8. Daarmee was hij de op drie na beste in Italië (na Medel, Valdifiori en Pirlo) en de onbetwiste meester van de Romeinen. Parolo, die vaak aan zijn zijde speelt, komt maar aan een gemiddelde van 46 passes, Lulic aan 33 en Felipe Anderson aan 29. Die spelen meer in de diepte dan op balbezit en hebben een Biglia naast hen nodig om hun acties in te leiden. ‘Lucas geeft de bal aan mij en ik maak het verschil’, zei Mbark Boussoufa destijds. Daar mag de Argentijn ook bij Lazio prat op gaan.

De vraag is nu of de oud-Anderlechtenaar dat niveau kan behouden aan de wereldtop, bij Real Madrid of Manchester United. Van Gaal, nog onder de indruk van de nederlaag in de halve finale van het WK, stuurde naar verluidt een scout naar Lazio-Napoli met het oog op een transfer van Biglia naar Old Trafford, een jaar na Rojo en Di María. In zijn Belgische periode zeiden degenen die het voor de Argentijn opnamen dat hij bij de meeste Europese clubs onopvallend en op het gemakje zou kunnen doorbreken.

Of dat inderdaad zo is, weten we misschien binnenkort, want zowel Real als United zou zijn portemonnee willen opentrekken voor Biglia. Voorlopig nog wel niet ver genoeg, vinden ze bij Lazio. De club heeft een fameus bedrag gezet op het hoofd van zijn spelmaker: 30 miljoen euro. Te veel?

Real Madrid

Kan Biglia dat cijfer van 70 passes per match met een slaagpercentage van 88 procent ook volhouden bij een club met het prestige van Real? Voor 30 miljoen euro wil men de meester-schoonmaker zelf, niet zijn hulpje. ‘Ik recupereer ballen en verdeel het spel’, vertelde Biglia aan Marca in 2012, toen zijn naam voor het eerst aan Real Madrid werd gelinkt. ‘Mijn rolmodel is Xabi Alonso, hij is degene die Real en La Roja stabiliteit geeft.’

Drie jaar later – en met Xabi Alonso vertrokken naar München – moet Biglia beseffen dat hij nooit een Xabi zal zijn. El Principito is nochtans ook een speler con pausa, iemand die een wedstrijd kan pauzeren en de gebeurtenissen vervolgens kan versnellen. Maar om tot de categorie van de Pirlo’s en Alonso’s te behoren mist Biglia die lange bal die het spel kan verleggen of de ploeg op het doel af kan sturen. Zijn sterkte is evenwel dat hij zich daarvan terdege bewust is: waar Pirlo zich aan 7,9 lange ballen per match waagt, stelt Biglia zich tevreden met de helft (4,3). Hij zal dus nooit een Alonso worden. Maar misschien wel een Thiago Motta.

Net als de Italiaan moet Lucas Biglia een laatste stap voorwaarts zetten en zo de onmisbare man in de schaduw worden van een nog betere ploeg. Dat betekent iets minder in de aandacht staan dan nu bij Lazio. Bij het Inter van José Mourinho leek Motta niet meer dan een soldaat in dienst van het genie Esteban Cambiasso. Twee ‘witwassers’ met goede voeten die doen denken aan het duo Biglia-Mascherano bij Argentinië. ‘Elke bal die hij aanraakt, wast hij schoon en levert hij netjes weer in’, zegt Blaise Matuidi over Motta. Een metafoor die ook op het lijf geschreven lijkt van Biglia.

Thiago Motta zal wel nooit meer voor Real Madrid uitkomen. En Biglia? Het gerucht lijkt te gek om waar te zijn. Nochtans: Rafael Benítez is bezeten van zijn 4-2-3-1 en zou de diensten van de Argentijnse soldaat dus wel kunnen gebruiken. Als plichtbewuste speler met serieuze voeten en een uitstekend positiespel heeft Biglia de nieuwe coach van Real alleszins al enkele keren kunnen bekoren in de wedstrijden van Lazio tegen Napoli. Bijkomende troef voor Biglia: Benítez kent Mascherano nog uit hun beider tijd bij Liverpool. ‘Het zou me niks verbazen mocht Rafa bij Mascherano advies hebben ingewonnen over Biglia’, zegt Diego Borinsky, een gerenommeerde journalist van Gráfico. ‘En dan heeft Javier allicht geantwoord met een opgestoken duim.’ De duim die de gladiatoren in de arena het leven redde. De duim die Biglia misschien naar een club stuurt waar niemand hem ooit zag belanden. Maar zeg nu zelf: de withemden van Real zouden toch ideaal zijn voor een ‘witwasser’.

DOOR GUILLAUME GAUTIER

“Biglia maakt vieze ballen weer schoon en bespeelbaar zodat de offensieve talenten ermee kunnen schitteren.” La Gazzetta dello Sport

“Het zou me niks verbazen mocht Benítez bij Mascherano advies hebben ingewonnen over Biglia.” Diego Borinsky

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content