Atalanta Bergamo, de nieuwe club van Joakim Mæhle, beleeft woelige weken.

Het goede sportieve nieuws van de week in Bergamo is dat Atalanta op de rechterflank de ideale versterking vond als back-up voor de Nederlander Hans Hateboer. Voor de Deense international Joakim Mæhle betaalde het naar verluidt 11 miljoen euro aan KRC Genk, een bedrag dat met bonussen kan oplopen tot 15 miljoen.

Het slechte nieuws is dat het helemaal scheef zit tussen de club en kapitein Alejandro Gómez. De oorzaak is een tactisch dispuut tussen trainer Gian Piero Gasperini en de 33-jarige Argentijn, die meeschreef aan het sportieve sprookje van de voorbije jaren (één vierde en twee derde plaatsen, plus twee CL-deelnames). Tot begin december stond Papu Gómez elke match in de basis, meestal als tweede spits. Maar Gómez ziet zichzelf liever in een vrije rol: half spits, half spelverdeler. Dat vond Gasperini niet meer haalbaar voor een 33-jarige. Na een wedstrijd waarin Gómez slechts invaller was, escaleerde de situatie. Toen hij als bankzitter tegen Juventus voor de aftrap de Juve-hymne meezong, maakte zelfs de altijd rustige voorzitter Antonio Percassi zich boos.

Gómez wil in januari gratis weg, maar Atalanta vraagt 10 miljoen euro. Vorige zomer zei de speler neen tegen een aanbod van Al-Nassr: een jaarloon van 5 miljoen euro (het dubbele van wat hij bij Atalanta verdient) en een transfersom van 10 miljoen voor de club. Een vervanger heeft Gasperini naar eigen zeggen al: Aleksej Mirantsjoek, die in september van Lokomotiv Moskou overkwam maar door blessures en covid-19 amper speelde, of Roeslan Malinovski, na anderhalf jaar Bergamo nog steeds een (gewaardeerde) invaller.