Sergeant is na vijftien jaar niet langer profspeler.

Terwijl Okapi Aalstar zich gemakkelijk handhaaft bij de eerste zes, moet Kris Sergeant noodgedwongen zijn profcarrière beëindigen. “Mijn knieën zijn kapot”, zucht de amper 31-jarige forward. “Ik vond nooit meer het niveau van vroeger terug. Mijn sprongkracht en explosiviteit raakte ik verloren. Dit seizoen speelde ik enkel op ervaring. Bij de competitiestart had ik al voor mijzelf uitgemaakt dat het mijn laatste seizoen kon zijn. Het is nu vroeger geëindigd omdat er een nieuw kraakbeenletsel werd ontdekt. De eerste keer aan deze knie, eerder werd ik al geopereerd aan de andere. Binnen zes maanden zou ik eventueel opnieuw kunnen spelen. Maar enkel op amateurniveau: er is geen sprake van nog twee keer per dag te trainen, de chirurg verbood me dat uitdrukkelijk. Een profcarrière van vijftien jaar is beëindigd.”

De mooie herinneringen blijven echter over. “Ik koos vrijwillig een carrière in België”, stelt Sergeant. “Okapi is de ploeg van mijn hart. Elke week voor mijn familie en vrienden spelen, dat was fantastisch.” Hij speelde ook voor Pepinster. “Dat viel ongelooflijk goed mee. Ik ontdekte daar het Okapi van Wallonië. Familiale sfeer, fantastische supporters … en twee keer vicekampioen.” Vervolgens trok hij naar Charleroi. “Ik kreeg aanbiedingen uit Frankrijk, Duitsland en zelfs Spanje. Maar Charleroi bood me een lucratief contract van vier jaar. Ik koos daarmee voor zekerheid. Charleroi is het Anderlecht van het basket.”

Zijn tocht door België vervolgde Sergeant bij Antwerp. “Alles ging goed tot in februari, maar daarna begonnen de problemen”, herinnert hij zich. “Zowel fysieke als andere problemen.” In het seizoen 2008/09 vertrok hij naar Oostende. “Een nachtmerrie van een seizoen”, beweert hij. “Niets lukte, ik speelde er bijna niet. Daarna raakte ik geblesseerd. Ik werd in maart geopereerd. Toen ook al aan de knie.” Uiteindelijk keerde hij dit seizoen terug naar Aalst. “Een manier om de cirkel rond te maken. Toen ik geopereerd werd bij Oostende dacht men dat alleen de meniscus geraakt was. Wel, het kraakbeen was ook geraakt: men had een slechte diagnose gesteld. Ik leed eerst aan kraakbeenslijtage, vervolgens aan een kraakbeenletsel. Toch kon ik nog enkele maanden spelen bij Aalst, ook al zat ik slechts aan zestig procent van mijn mogelijkheden. Tot aan deze nieuwe operatie dus.”

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content