Op de Spelen wil Kim Gevaert haar grenzen verleggen. In afwachting ging S/VM op zoek naar haar roots in Kampenhout. Van Berdien Steinberg naar Athene.

Nog geen plannen voor komend weekend ? Van 13 tot 16 augustus wordt in het Burgemeester Cloetens-stadion aan den Dijk naast de sporthal in Wespelaar de jaarlijkse voetbalkermis georganiseerd. Thuisploeg KV Olympia Haacht Wespelaar ontvangt er andere Haachtse voetbalploegen en u kan er tussendoor ook een hapje eten. Of een blik gooien op de atletiekpiste met vier banen rond het voetbalveld, die er dit weekend ongebruikt bij ligt. Hier, waar de sporters van Haacht en Regio Atletiek (Hera) trainen, legde Kim Gevaert (sinds vorige week 26) de basis voor haar eerste olympische selectie. Omdat ze op een dag toch niets beters te doen had, vergezelde de toen 15-jarige Kim haar oudere broer Marlon naar de atletiekbaan. Niets gepland, gewoon stom toeval. Maar Kim had talent, zag men in Wespelaar. Meteen het einde van een andere hobby waar ze zich tot dan intensief mee bezighield : dwarsfluit spelen. Mama Gevaert : “En ik had haar nog net een nieuwe zilveren dwarsfluit gekocht !”

Acht kilometer rijden is het van Wespelaar naar Kampenhout-centrum, waar de Gevaerts wonen, over de Leuvensesteenweg die Leuven met Mechelen verbindt. Aan de andere kant, verderop de Haachtstesteenweg richting Brussel, is de controletoren van de luchthaven van Zaventem al zichtbaar. Even verderop ligt Melsbroek, waar Gevaert tegenwoordig woont. Op de grens van de Brabantse Kempen ligt Groot-Kampenhout, met de andere deelgemeenten Buken, Nederokkerzeel en Berg, tezamen 10.838 inwoners. De helft woont in het kerndorp dat wat fier is op zijn naam als het centrum van de witloofteelt. Verder verschilt Kampenhout niet van een ander dorp, het leeft met zijn eigen ritmes en gewoontes. Op dinsdagmiddag is er de wekelijkse markt tegenover de Onze-Lieve-Vrouwekerk, die in de steigers staat. Trots maakt de lokale voetbalploeg, met ex-KV Mechelenspeler Geert Deferm als trainer en blauw-geel als kleuren, zich na de kampioenenviering in eerste provinciale op voor een seizoen in vierde klasse C.

Kampenhout eert ook zijn ereburgers. Hier is het, meldt de gemeentelijke website trots, dat de voorvaderen van Ludwig Van Beethoven tot de eerste helft van de zeventiende eeuw woonden tot ze in 1641 via Mechelen naar Bonn trokken waar Ludwig in 1770 geboren werd. Aparte verwijzingen zijn er naar Will Tura, die hier van 1961 tot 1967 woonde, of wielrenner Raymond Impanis, zesde in de Ronde van Frankrijk in 1947 en winnaar van de Ronde van Vlaanderen, de Waalse Pijl en Parijs-Roubaix, naar wiens trainingsparcours een heuse fietsroute werd uitgetekend. Sport en muziek zijn ook de belangrijkste invloeden op Kim Gevaert, ereburger sinds 28 maart 2002. Die twee talenten moet ze uit de Kampenhoutse leemgrond hebben meegekregen : geen van beide ouders deed aan sport of volgde muziekonderwijs.

Net voorbij de weg naar het centrum van Kampenhout, komende van Brussel, ligt links van de Haachtsesteenweg een verkaveling, het Rood Klooster. Hier vestigden zich drieëndertig jaar geleden Marc en Mieke Gevaert toen Marc verkoos dichter bij zijn werk in Diegem te komen wonen. Uit het accent van de Gevaerts valt hun Brugse afkomst niet meer af te leiden. Mieke Gevaert : “Soms proberen onze kinderen met hun grootouders West-Vlaams te praten, maar dat lukt niet écht goed. Onze kinderen zijn échte Brabanders.” Heimwee naar Brugge heeft Mieke Gevaert niet. “Ik zou overal kunnen wonen, ik begrijp niet dat mensen zich alleen maar in één dorp of stad thuis voelen.”

In de woonkamer zijn de vier kinderen in de foto’s even vaak aanwezig. Op tv staat een repli-ca van een Oscarbeeldje : een Oscar voor Best Mom. Kim bracht het mee uit Hollywood, haar moeder koestert het : “Een van de mooiste dingen die ik ooit cadeau kreeg.” In de familie Gevaert wordt talent gestimuleerd : vanaf de bovenverdieping klinkt pianomuziek, de erfenis van Beethoven. Het is de jongste broer, John (20) die straks aan het Antwerpse conservatorium zijn derde jaar aanvat en aan zijn dagelijkse training bezig is. Onlangs woonde Kim op de plaatselijke muziekschool een pianorecital van haar broer bij. Het werd een gezellige avond, zegt Mieke Gevaert : “‘Kim met de snelle benen en John met de snelle vingers’, werd de avond ingeleid, waarop John werk van Beethoven en Rachmaninov speelde. Ook naar de balletvoorstellingen van haar zus wil ze. Dan vraagt ze : ‘Mama, je hebt toch kaartjes?’ ”

De vier kinderen Gevaert hebben zich altijd vrij mogen ontplooien. Dat geldt voor de oudste, Marlon (28), maar ook voor Kim (26), Sigrid (24) en John. Mama Gevaert : “Ze heeft alles mogen proberen en doen wat ze wou. Er is zo veel talent, maar het moet ook ontdekt worden. Dat wordt bij veel kinderen niet opgevangen of begeleid, en gaat verloren. Dat vind ik zonde. In de jaren vijftig en zestig schreven meisjes zich niet in bij een sportclub of een muziekschool. Geen van mijn toenmalige vriendinnen deed dat. De meesten gingen na het middelbaar de Brugse horeca in. Ik had het geluk dat ik verder mocht studeren, drie jaar vertaler-tolk. Heel graag had ik pianoles gevolgd, maar dat was weggelegd voor dochters van rechters en advocaten. Al mijn opgekropte energie heb ik doorgegeven aan mijn kinderen. Onze kinderen mogen van alles proeven. Kim volgde eerst notenleer, dan dwarsfluit en piano. Haar zus deed judo en ballet, haar oudste broer schildert, deed judo, voetbalde bij Kampenhout, is net voor de scholieren overgeschakeld naar atletiek. Haar jongste broer bleef de muziek trouw.”

Dat de vier jonge Gevaerts van zo veel hobby’s proefden, komt door de talrijke faciliteiten die een kleine gemeente als Kampenhout toch biedt, vertelt Mieke Gevaert enthousiast. Alleen een atletiekpiste hebben ze daar niet. Wél een voetbalclub, een sporthal, een uitstekende balletschool én een steengoede muziekschool. Allemaal op korte afstand van thuis en makkelijk met de fiets te bereiken. Via een zijweg hoefden de kinderen op weg naar het centrum zelfs niet met de fiets langs de drukke Haachtsesteenweg. Naast hun hobby’s speelden de vier vooral buiten in het bos dat vlak achter de verkaveling ligt. Van tv kijken was nauwelijks sprake. Zo gauw het weer goed was, gingen de kinderen de deur uit, ravotten, een boomhut bouwen : “Ik vond dat zalig, dat ze niet de hele tijd naar stomme tv-programma’s keken.”

Sport volgt Mieke Gevaert minder : “Het is mijn wereld niet. Ik ga voor onze Kim, maar op zich vind ik het saai. Zoef, en het is gedaan ! Daarom ga ik ook niet naar Athene. Het duurt maar een paar seconden en het is voorbij. Kim loopt gewoon veel te snel. Dan zie je ze beter op tv. Waarschijnlijk neemt ze wel haar oude knuffel mee, een eend.”

Bij atletiekclub Hera kwam Kim op een dag toevallig terecht, weet mama nog : “Stom toeval. Naast Marlon zaten ook Sigrid en John bij Hera. Het lidgeld bij de atletiekclub bleef hetzelfde, of je nu met drie dan wel vier kinderen van hetzelfde gezin ging. Dus zei Kim op een dag dat ze mee wilde, omdat het toch in de prijs inbegrepen was. Die eerste keer was ze bang dat ze al degenen die al zo lang liepen niet zou kunnen volgen. Maar ze liep meteen voorop, ze deed het graag en bleef gaan. En we hadden haar nog net een nieuwe, zilveren dwarsfluit gekocht ! Vanaf haar zevende speelde Kim dwarsfluit. Berdien Steinberg had toen een enorme hit met een nummer op dwarsfluit. Kim hoorde dat graag. Toen ze in de muziekschool een instrument moesten kiezen, wilde ze eerst een harp. Maar dat was zo groot en duur, je moest al een aanhangwagen hebben om dat te vervoeren, dat ik op haar inpraatte : ‘Kimmeke, neem dan liever een dwarsfluit.’ Toen ze overschakelde op atletiek, vond ik dat een beetje jammer van die nieuwe dwarsfluit. Ook haar leraar vond het spijtig, maar het was haar keuze. Nu zegt ze dat ze opnieuw dwarsfluit gaat spelen eens ze kinderen heeft.”

Dik tien jaar geleden is het dat atletiektrainer Rudi Diels (40) voor het eerst tegenover Kim Gevaert stond, toen in haar voorlaatste jaar van de humaniora. Gevaert kwam met haar broer opdagen voor een van de federale trainingen die hij gaf aan het sportkot in Leuven. “Alle atleten in Vlaanderen die aan een norm voldoen, krijgen een uitnodiging voor zo’n training. Al gauw vroegen Kim en haar broer om op permanente basis samen te werken. Dat doen we nu nog. Haar broer, ook een rasechte sprinter, nam het initiatief. Hij had toen meer ambitie, zij volgde hem.”

Wat Diels zag in de jonge sprintster ? “Iemand met heel veel achterstand, maar die wél een goeie tijd had neergezet die niet gebaseerd kon zijn op techniek. Kim was een ruwe diamant. Starten kon ze bijvoorbeeld helemaal niet, dat heeft ze van nul moeten leren. Neemt haar broer haar niet mee, dan was haar talent in atletiek waarschijnlijk nooit ontdekt en had ze zich in iets anders onderscheiden, want het is een familie waarin iedereen gestimuleerd wordt om zich helemaal te ontplooien. Wat mij meteen opviel, was dat het iemand is waar je mee kon praten. Iemand die niet in een hoekje ging staan en ja of nee knikte. Van in het begin merkte ik dat ze intelligent was.”

Naar de universiteit in Leuven trok Kim met een vriendin die samen met haar de humaniora in Haacht had gevolgd. Ilse Devrieze werkt nu in Brussel, evenmin als Kim als logopediste, maar ze kozen wél samen voor die richting, zegt ze op een terras op de Brusselse Grote Markt. “Ik deed Latijn-Wiskunde, Kim Latijn-Wetenschappen. Een aantal vakken hadden we samen, de meeste apart. Samen trokken we naar de infodag voor logopedie in Leuven. In die aula hadden we allebei het gevoel : ‘Dit is wat we willen.’ We beslisten toen samen om dat te studeren, omdat we allebei heel graag met kinderen wilden werken. Kim deed haar stage ook met kinderen die stotterden, ik werkte met volwassenen.”

Tijdens de humaniora hadden de vriendinnen buiten de school minder contact, maar nu is de band heel hecht. Een paar weken geleden zakte Kim nog eens af naar Gent voor het Blue Note Jazzfestival. “Wij zijn altijd erg close gebleven.” Zo close dat Ilse Devrieze, die in 2002 ook al mee trok naar het EK in München, ook naar Athene afreist om haar vriendin te steunen : “Eerst spraken we nog af dat ik een last-minute naar Kreta zou boeken en van daar naar Athene zou zwemmen, maar tot mijn verbazing kon ik nog een betaalbaar ticket boeken naar Athene.” Er is een hele weg afgelegd naar de Olympische Spelen vanuit die ene les in de eerste kandidatuur nadat Kim net een Belgisch record had gebroken, herinnert Devrieze zich. “Bij die les toonde de prof zonder commentaar het krantenartikel waarin dat werd vermeld op slide, voor de hele groep. Toen viel het mij écht op dat Kim wel iets betekende in atletiek. Vanaf toen was ze Kim-de-loopster.”

Al in het eerste jaar logopedie aan de universiteit haalde Kim Gevaert grote onderscheiding. Het laatste jaar splitste ze wél op in twee jaar. Rudi Diels maakte als coach elk examen van dichtbij mee. “Als ik haar student-zijn negeerde, had dat een conflict kunnen opleveren. Het is belangrijk dat ze altijd bij mij terechtkan, niet alleen als het over atletiek gaat.” Dat hij zelf doceerde aan een hogeschool, hielp : “Ik weet wat dat is, een atleet die zijn studies wil afmaken. Niet alle sportdisciplines leveren hier voldoende geld op om het te maken, een diploma is hier niet onbelangrijk.”

Kim, benadrukt Diels, is iemand die uit een warm nest komt. “Zonder haar natuurlijke omgeving zou ze niet overleven. Ze heeft haar ouders, broers en zus nog nodig. Als Marlon slecht loopt, voelt zij zich ook slecht.”

Mieke Gevaert : “Kim is heel eerlijk. Als iemand achterbaks is, snapt ze dat niet, daar wordt ze treurig van. Ze haat haar tegenstanders niet, ze vindt het zo zielig als concurrentes geen goeiedag zeggen. Als klein meisje was ze vaak stout, vermoeiend. Ze kon nooit stilzitten. Later had ik het gevoel dat ik haar moest beschermen. Kim was vroeger veel te lief. Ooit overwoog ze zelfs eens iemand anders te laten winnen. Eén jaar heeft ze in Leuven op kot gezeten, met Marlon. Het jaar daarna had ze ook een kot, maar toen zat ze toch meestal thuis. Nu is ze heel zelfstandig. Alleen de wereld rondreizen, dat durft ze, maar één nacht alleen thuis slapen, daar was ze een paar jaar geleden bang voor. Dat had te maken met het post- Dutroux-tijdperk.” Of ze nog een normaal leven kan leiden ? “Onlangs ben ik met haar gaan winkelen. Ze vroeg om eens niet naar Leuven of Brussel te gaan, want daar wordt ze vaak aangegaapt. Ook in Maastricht keek men naar haar, maar ze werd er niet aangesproken.”

Als Kim in Athene een finale haalt, weet Mama Gevaert, zal een van haar grootste dromen uitkomen. Maar het moet niet : “Wat ze ook doet, ik heb al een cadeautje klaar voor als ze terugkeert. Voor mij moet ze daarvoor geen medaille winnen, ze krijgt het toch.” door Geert Foutré

Geert Foutré

‘Kim was een ruwe diamant. Starten kon ze bijvoorbeeld helemaal niet, dat heeft ze van nul moeten leren.’

Al in het eerste jaar logopedie aan de universiteit haalde Kim Gevaert grote onderscheiding.

‘Kim is heel eerlijk. Als iemand achterbaks is, snapt ze dat niet, daar wordt ze treurig van.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content