Volgende week maandag wordt in het casino van Knokke voor de eenentwintigste keer de Profvoetballer van het Jaar gekozen. Voetbal/Sport Magazine toerde met de stembus om na te gaan hoe gewetensvol de profs in eerste klasse hun keuze maken.

Dinsdagmiddag één uur. Op Beveren hebben de spelers net gegeten en buigen zich over de stemformulieren voor de Profvoetballer van het Jaar. Eigenlijk had het stembusteam nu op AA Gent moeten staan, maar daar werd de training verschoven. Elk jaar zijn er last- minute wijzigingen in het trainersprogramma, legt Roger Vanden Broecke uit. Hij coördineert namens de Profliga de stemming. Voor de stembusgang wordt hij twee weken lang ’s ochtends in Oostende opgepikt door een verantwoordelijke van de commerciële dienst van Sport/Voetbal Magazine die hem vergezelt met de stembus. Dagelijks gaat het langs twee tot drie eersteklasseclubs, waar de spelers één tot twee dagen voordien gebrieft worden over wat van hen verwacht wordt.

Een aantal jaar geleden stond het team op Club Brugge voor een gesloten deur. Toenmalig trainer Erik Gerets had in laatste instantie de training geannuleerd en niemand die eraan dacht het stembusteam te verwittigen.

Fier haalt Vanden Broecke aan hoe het referendum éénentwintig jaar geleden werd opgestart met het Engelse model van Player of the Year voor ogen. Aanvankelijk was het de bedoeling dat de genodigden in het casino van Middelkerke in avondkledij hun opwachting maakten. Toen was daar doorgaans maar één speler per club bij, de kapitein, naast een aantal bestuursleden. De kledingvoorschriften sneuvelden zodra laureaat Jan Ceulemans zich zonder das aanbood. Vanden Broecke : “We vroegen hem of hij geen das had, Jan haalde de schouders op. We konden de winnaar toch moeilijk buiten houden ?” Later verhuisde het referendum achtereenvolgens naar Oostende, Brussel en Knokke, waar nu wél alle profs uit eerste klasse welkom zijn. Met of zonder kostuum !

Op Beveren is het gezellig rumoerig. Trainer Herman Helleputte stelt meer beleving vast dan vorig jaar toen de meeste Ivorianen voor het eerst stemden. Bijna alle spelers maken gretig gebruik van het fotoalbum met de scheidsrechtershoofden dat Roger Vanden Broecke heeft meegebracht en dat ook bij de andere clubs druk bekeken wordt. Een paar spelers klampen Helleputte aan. “Wie was weer die scheidsrechter in die match tegen… ?” Eentje vraagt wie de doelman van Club Brugge is. Niet dat die hier veel stemmen zal krijgen. Beveren heeft met Barry Copa ook een getalenteerde keeper en die krijgt in eigen huis flink wat punten, wordt althans mondeling verzekerd. Favoriet ? Daar bestaat geen twijfel over, dat is toch hun voormalig maatje op de Académie, Aruna Dindane.

Marco Né stemt voor het eerst, hij vindt het een aangename verplichting. Niet al zijn punten gaan naar spelers van Beveren. “De Profvoetballer van het Jaar moet een goeie speler zijn met een goeie mentaliteit. Bij de jongeren denk ik wél aan mijn ploegmaats. De scheidsrechters, dat is moeilijker.” Zijn favoriet voor Profvoetballer van het Jaar is Aruna. “Hij kent nu een terugval, maar we mogen niet vergeten wat hij voordien allemaal toonde.”

Na een half uur zijn alle bulletins ingevuld en vertrekken Vanden Broecke en Roulartaman Lieven Van-depitte snel naar Gent. Niet dat snelheid aangewezen is. Bij aankomst horen ze dat de stembeurt na in plaats van voor de training plaatsvindt. Om half- vijf pas dwarrelen de voetballers het spelershome binnen. Of de mensen van het stembusteam niets drinken, toont trainer Herman Vermeulen zich een goed gastheer. “Een pintje !”, roept Frédéric Herpoel guitig. “Moet jij in de categorie scheidsrechters niet op Joeri Van de Velde stemmen die die penaltyfout van jou tegen Standard niet floot ?”, grijnst Jurgen Cavens tegen David Van Hoyweghen. Cavens probeert zich ernstig van zijn taak te kwijten, al herinnert hij zich hoe ooit de spelers afspraken om bij wijze van grap op elkaar te stemmen. Was de stemming niet verplicht, zou hij het nog doen, “maar de helft van de profs zeker niet.” Nooit koos hij voor zichzelf : “In mijn tweede jaar won Walter Baseggio bij de Jonge Prof, ik was tweede. Heel Lierse had voor mij gekozen, behalve ik. Ik zette Baseggio bovenaan het lijstje.” Moeilijk vindt Cavens wie dit jaar Profvoetballer moet worden. “Niemand stak er heel het seizoen echt bovenuit. Terwijl de Doelman van het Jaar een stuk makkelijker is als je Herpoel in je ploeg hebt.”

Linkshalf Mustapha Oussalah gaat als laatste buiten. Hij zat lang over de lijst gebogen. Beste scheidsrechter ? Een makkie : Frank De Bleeckere. De nummers twee en drie in de arbitrage zijn een stuk moeilijker. Beste Jonge Prof vindt hij ex-ploegmaat Joseph Enakarhire van Standard. “Omdat die in één jaar een enorme progressie doormaakte.” Oussalah weet nog wie vorig jaar won : Simons ! Dit jaar is de keuze makkelijk, het is wel even nadenken over wie hij op twee en drie gaat zetten. Vorig jaar stemde hij voor het eerst. Toen koos hij voor Almani Moreira. “Om hem plezier te doen. Nu kies ik bewust.”

Woensdag stapt het miniverkiezingsteam al voor halfnegen het spelershome van Cercle binnen. Na Cercle komen ook Club en Moeskroen aan de beurt, maar de training van Club zal een half uur langer uitlopen, zodat de stembus niet voor één uur op Moeskroen dreigt te raken. In extremis gaat Clubtrainer Trond Sollied akkoord dat de stemming voor de training gebeurt. Dat kan op voorwaarde dat de stembus tijdig op Cercle wegraakt. Om halfnegen al sijpelen de eerste voetballers het spelershome van Cercle binnen, een uur vroeger dan normaal. De dag tevoren hoorden ze van trainer Jerko Tipuric dat de stemming vandaag plaatsheeft.

Verdorie, roept Jan Masureel, die samen met kapitein Dennis Viane als een van de eersten aanwezig is, “Jonge Prof van het Jaar, ben ik daar ook al te oud voor ?” De meeste Cerclespelers kiezen pas voor het eerst voor de Profvoetballer, maar iedereen buigt zich over het stemblad alsof ze het al jaren doen. Dennis Viane moet net als zovele andere spelers enkel het fotoalbum met de gezichten van de scheidsrechters inkijken. “Voor de scheidsrechters had ik één naam in gedachten, maar voor de andere twee had ik het fotoalbum nodig. Op wat moet je je baseren om de spelers van andere ploegen te evalueren ? Op die twee wedstrijden die ze tegen ons speelden, of op tv-beelden van andere matchen ? Onderling hebben we afgesproken dat we elkaar een beetje steunen bij het toekennen van punten.”

Zijn favoriet voor de eindzege is Vincent Kompany. “Maar ik heb wél drie punten gegeven aan Djordje Svetlicic, omdat die zo belangrijk is voor ons, terwijl hij zelden in de spotlights komt en niet altijd voldoende gewaardeerd wordt voor zijn inbreng.” Weet hij nog wie vorig jaar de trofee won ? “Oei ! Geen idee. Simons ? Ha, ja.” Die zou van hem geen punten gekregen hebben. Want Viane is een rasecht Cercleproduct. “Iemand met een groen-zwart hart doet dat niet, op een speler van Club stemmen. Ik ben hier zeker niet de enige die daar zo over denkt.”

Een beetje bedeesd dient ook de jonge Slovaak Tomas Labun zijn formulier in. Of zo’n referendum in Slovakije bestaat, weet hij niet. Wat het verschil is met de Gouden Schoen, evenmin. “Is dit hetzelfde ? Nee ? O, hier stemmen alleen de spelers ! Dat wist ik niet.” Raad ging hij niet bij de anderen inwinnen. “Ik heb zelf de namen in mijn hoofd.” Thomas Buffel is zijn favoriet : “Die is jong en goed.” Of hij naar het verkiezingsfeest komt ? “Denk ik niet, ik ga na de competitie meteen naar huis. Het feestje is voordien ? Dan misschien wel.”

Intussen is ook Nordin Jbari binnengekomen. Hij vraagt even het album met scheidsrechters en gaat dan aan een tafeltje zitten met Harold Meyssen, die het referendum uitermate waardeert. “Omdat het door spelers gebeurt. Daardoor krijg je een beter zicht op wat gepresteerd werd dan bij de Gouden Schoen. Een tweede pluspunt is dat voor de Profvoetballer een heel seizoen geëvalueerd wordt, dat vind ik beter dan twee keer stemmen over een half seizoen.” Wie vorig jaar won, weet Meyssen zonder nadenken. Dit jaar is zijn favoriet Philippe Clement. Tiens ! Is dat geen speler van Club ? Meyssen : “En dan ? Dat maakt mij niet uit. Maar het zal wel iemand van Anderlecht worden, zij steken er dit jaar echt boven uit.”

Als laatste schuift Vital Borkelmans binnen. Het is de laatste keer dat hij vijftien namen opschrijft. “Net zoals ik alles deze weken voor het laatst doe als actief profvoetballer. De Profvoetballer van het Jaar vindt Vital de mooiste prijs die een speler kan winnen. Zijn favoriet is Kompany, maar het kan ook Clement worden. “Dat is iemand van Club, maar dat mag toch ?” Veel jongere spelers informeerden vooraf bij hem hoe het er bij zo’n verkiezing aan toeging, “maar ze vragen niet op wie ze moeten stemmen, dat doet iedereen voor zichzelf.” Om kwart over negen wordt de stembus opgehaald.”

De verplaatsing van Cercle naar Club neemt maar vijf minuten in beslag doorheen de catacomben van het stadion. Als oud-Cercleman kent Vanden Broecke de weg. Om vijf voor halftien kunnen de eerste binnensijpelende Clubspelers hun documenten al halen. Kapitein Timmy Simons zit als eerste aan de bar, samen met Gert Verheyen, Philippe Clement, Gaetan Englebert,Tim Smolders en Olivier De Cock, die als eerste zijn stemformulier deponeert. Clement hoorde pas die ochtend dat er die dag gestemd zou worden. Maar dat is geen probleem. “Na vier vijfde van het seizoen weet je wel wie goed en wie slecht was. Alleen voor de Jonge Prof met die leeftijdsgrens en de scheidsrechters moet ik nog even de lijst inkijken.” Zijn favoriet ? “Aruna.”

Rune Lange kent dit soort van verkiezingen uit Noorwegen. Hij vindt het een goed idee. Wat vindt hij moeilijk ? “( Grijnst.) De goeie scheidsrechters eruithalen. Dan bedoel ik : zowel qua naam en gezicht als qua prestaties.” David Rozehnal wil even een woordje uitleg in het Engels, Dany Verlinden licht een tip van de sluier op wat betreft zijn intenties. “Als Gerets mocht stemmen voor drie spelers van Lierse toen ze kampioen werden, mag ik er ook drie van ons aanduiden.”

Het fotoalbum van de scheidsrechters moet Timmy Simons niet inkijken, hij weet op wie te stemmen, aarzelt enkel even voor de Jonge Prof van het Jaar. Ook als de stemming niet verplicht was, zou hij spontaan kiezen. Voor wie hij dat nu deed, wil hij niet zeggen. “Principieel heb ik er geen enkele moeite mee voor een concurrent te kiezen, maar de stemming is geheim, net als voor de politieke verkiezingen. Een aantal namen kies ik vanzelfsprekend voor de kwaliteit en de uitstraling van die mensen.”

Als voorbeeldig kapitein haalt Simons op verzoek van Roger Vanden Broecke de buitenlanders die hun stem nog niet uitbrachten, uit de kleedkamer. Opvallend is dat een aantal onder hen géén naam bij de Trainer van het Jaar invult. Victor oogt een beetje hulpeloos : wat stelt dit voor, kan iemand hem dit in het Portugees uitleggen ? Clement komt hem even helpen, ook Simons informeert even bij Andrés Mendoza. Om vijf voor tien komt Tomislav Butina in trainingspak en op voetbalschoenen vragen waar het om gaat. Om drie over tien, drie minuten na het afgesproken aanvangsuur van de training, haast hij zich naar buiten.

Alleen Alin Stoica heeft nog niet gestemd. Maar Stoica is niet meer degene die twee jaar geleden op Anderlecht achteloos het formulier bekeek, gauw zijn eigen naam invulde en het meteen in de bus deponeerde. Terwijl de andere spelers al naar het oefenveld trekken, komt hij vragen of hij moet stemmen. “Je moet niet, je mag”, antwoordt Roger Vanden Broecke. Waarop Stoica, kort : “Als het niet moet, dan stem ik wél.” Hij doet het nauwgezet, wil ook even het album met foto’s van de scheidsrechters inkijken en deponeert om twaalf over tien zijn formulier, terwijl hij op voetbalschoenen het spelershome uitrent. Roger Vanden Broecke glundert. “Toen hij vorig jaar vroeg of hij moest stemmen, antwoordde ik bevestigend. Hij liep de kleedkamer in en keerde niet meer terug. Nu hij hoorde dat het niet verplicht is, kiest hij wél. Hij is in elk geval vriendelijker geworden.” Waarop het duo zich met de stembus naar de auto haast, richting Moeskroen.

Dinsdagmorgen is er file tussen Oostende en Brussel. Net op tijd, om negen uur, arriveert de bus op Anderlecht waar ze aanvankelijk op maandag werd verwacht. Maar een paar dagen voordien verplaatste Hugo Broos de training naar dinsdag, voor het geval Anderlecht al een week eerder kampioen was geworden.

In de perszaal, die voor de training als spelershome gebruikt wordt, staat de koffie al klaar. Een paar dagen tevoren kregen de begeleiders van de stembus op Standard zelfs taart en deed sportief manager Michel Preud’homme extra zijn best om het hele gebeuren optimaal te laten verlopen, al ontbrak de geblesseerde Moreira.

Extra zijn best doet bij Anderlecht ploegafgevaardigde Pierre Leroy, maar dat is een vast jaarlijks gegeven, weet Vanden Broecke de inzet te waarderen. Even na negen zitten Pär Zetterberg, Glen de Boeck en Besnik Hasi al over de papieren gebogen. Ex-winnaar Pär Zetterberg deponeert het eerst zijn brief in de bus. Alleen voor de scheidsrechters moest hij eens kijken, daar zijn veel nieuwe gezichten bij in vergelijking met zijn vorige verblijf in België.

Zetterberg blijft het referendum hoog aanslaan. “Ook als is de Gouden Schoen veel meer gemediatiseerd. Dit blijft een sterk referendum omdat voetballers niet altijd hun collega’s beoordelen vanuit hetzelfde oogpunt als journalisten.” Volgens Glen De Boeck hechten spelers zeker zoveel belang aan de Profvoetballer als aan de Gouden Schoen. “Omdat appreciatie vanwege de collega’s toch een mooie prijs is.” Wie het moet worden, is voor hem vrij duidelijk. “Over een heel seizoen wijst dat zichzelf uit. Mijn favoriet is Aruna. Bij het profiel waarvoor ik kies, spelen gedrag en het sportieve belang voor een team allebei mee. Iemand die op hoog niveau presteert, maar zich gedraagt als een eikel zal weinig appreciatie krijgen van zijn collega’s.”

Welgeteld drie minuten kostte het De Boeck om de vijftien namen voor de prijzen in de vijf categorieën (Profvoetballer van het Jaar, Trainer van het Jaar, Jonge Prof van het Jaar, Doelman van het Jaar, Scheidsrechter van het Jaar) te selecteren : “Alleen voor de Jonge Prof moest ik eens kijken wie binnen de gestelde leeftijdscategorie valt.” Ook de buitenlandse spelers dwarrelen binnen. Christian Wilhelmsson gaat bij Roger Vanden Broecke uitleg vragen over het referendum. Hannu Tihinen neemt hem mee aan tafel en geeft toelichting. De dag voordien hoorde Wilhelmsson dat er een stemming zou plaatsvinden. “In Noorwegen kenden we dat ook. Daar moest je niet deelnemen, ik zie dat iedereen het hier wél doet. Alleen de referee vind ik moeilijk, de rest weet ik zo.” Of hij het verschil kent met de Gouden Schoen ? Oprecht : “Nee. Hoe zit dat ? Alleen spelers die mogen stemmen ? Dat is pas interessant. Hangt er een feestje aan vast ? Daar kom ik zeker naar toe !”

“Trainer van het Jaar : daar moeten we toch Hugo Broos voor pakken ?”, grijnst Nenad Jestrovic. Hasi wil weten hoe die keeper van Beveren nu weer heet, alvorens hij zich geduldig naast Ki-Hyeon Seol zet die hulp nodig heeft met de vertaling. Om twintig voor tien duiken Baseggio en Kompany binnen, Kompany krijgt net als Anthony Vanden Borre uitleg. Om tien voor tien betreedt Aruna als laatste het lokaal, in vijf minuten is hij klaar. Terwijl Vanden Borre en Goran Lovre als laatsten hun stem deponeren, komt Pierre Leroy vragen of alles naar wens verlopen is. “Zoals alle jaren”, complimenteert Vanden Broecke hem. Alleen Jan Van Steenberghe ontbrak, hij werd vandaag niet op training verwacht. Twee van de drie genomineerden waren er wél. Zouden ze op 10 mei een pak met das dragen ?

door Geert Foutré

Bijna alle spelers maken gretig gebruik van het fotoalbum met de scheids-rechtershoofden.

‘Iemand met een groen-zwart hart stemt niet op een speler van Club.’ (Dennis Viane)

‘Hangt er een feestje aan vast ? Daar kom ik zeker naar toe !’ (Christian Wilhelmsson)

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content