Wanneer de zee zich in Bredene terugtrekt, laat het water in het zand afdrukken na die op de maskers van James Ensor lijken. En als je goed luistert, hoor je de noordenwind een deuntje van Adamo fluiten, dat bekend werd in de versie van Arno: “Z’étaient chouettes les filles du bord de mer.” Peter Crève (53), de ex-rechterflank van SK Beveren en Club Brugge, is een zoon van de zee. Voor hem, en voor vele anderen, is het hier een paradijs op aarde: “Ik zou nergens anders willen wonen, niet voor al het geld van de wereld. Alles is zo anders hier, zo helder, licht, zonnig, tof…”

In januari 1994, wanneer zijn knie door veertien seizoenen eerste klasse geruïneerd is, veranderde Crève het geweer van schouder. Met zijn toenmalige vrouw opende hij een mooi restaurant in Oostende, de Cromwell. De koningin der badsteden kwam zo in de plaats van het voetbalstadion, waar hij zo veel tijd doorbracht. Jarenlang werkte hij dan zeven dagen op zeven voor de liefhebbers van de goede maritieme Belgische keuken. En toen in 2005 het Cultureel Centrum Staf Versluys – genoemd naar de beroemde avonturier die met de Rucanor Tristar (1992-1995) over de wereldzeeën voer – de deuren opende, stelde de gemeente Bredene hem voor om commercieel directeur te worden. Voor Crève betekende dat alle zeilen bijzetten, maar hij is nooit bang geweest om hard te werken. Als kind stroopte hij al de mouwen op om zijn grootouders te helpen in hun groeten-en-fruithandel.

Staf Versluys was net zoals ik afkomstig van Bredene”, legt hij uit. “Een eerbetoon aan hem was logisch. Dat cultureel centrum houdt de herinnering aan een groot man levendig en bewijst bovendien Bredene een goeie dienst. We organiseren verschillende activiteiten: concerten, tentoonstellingen, galabals, huwelijksfeesten, zakenmeetings en presentaties, zoals de voorbije seizoenen die van de nieuwe ploeg van Club Brugge. Het cultureel centrum, vlak bij de zee, is een van de mooiste plekjes van Bredene. Er is hier geen dijk, maar zes kilometer duinen en natuur. Ik hou van de job omdat die zo veelzijdig is.”

Het voetbal blijft voor hem een gespreksonderwerp en hij is blij dat het sympathieke en dynamische Oostendse scheepje zich bij de vloot van de Jupiler League heeft gevoegd. “We kunnen alleen maar bewondering opbrengen voor de inspanningen en het succes van zo’n kleine club. De bijdrage van Marc Coucke zit daar natuurlijk voor veel tussen. Ikzelf verliet AS Oostende in 1980 voor SK Beveren – dat was nog voor de fusie met VG Oostende. In de club van mijn jeugd heb ik nog samen gespeeld met een echte legende van het Belgisch voetbal, Wilfried Puis. Op mijn zeventiende werd ik al gevolgd door de grote clubs, maar ik heb er goed aan gedaan bij Beveren te tekenen, een familieclub vol talent, met Jean-Marie Pfaff, Paul Theunis, Erwin Albert, Heinz Schönberger en anderen. Die laatste was een klasse apart, hij wist me perfect in de diepte te sturen. Ik zette dan voor en Albert werkte af met het hoofd: dat was een klassiek patroon bij Beveren, dat een echte vriendengroep was. De Poolse international Marek Kusto had zelfs moeite om in de basis te geraken, zo veel goeie spelers had Beveren toen.”

Crève wint één titel (1984) en één Belgische beker (1982), vooraleer hij in 1986 bij Club Brugge tekent. Met blauw-zwart wordt hij drie keer kampioen (1988, 1990, 1992) en pakt hij één beker (1991). Hij is niet te stoppen wanneer hij vertelt over de Europese exploten van dat grote Club, met onder meer de fameuze 5-0 tegen Dortmund in 1987/88. De goedlachse Crève verzamelde drie A-caps en speelde 360 wedstrijden in eerste klasse (30 goals). Staf Versluys had ongetwijfeld goedkeurend geknikt als hij had gezien hoe Crève zijn bootje over de voetbalzee navigeerde.

DOOR PIERRE BILIC

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content