Na een overgangsseizoen wil de Algerijnse middenvelder Nasredine Kraouche eindelijk zijn stempel drukken op het spel van Charleroi.

Vorig seizoen werd Nasredine Kraouche (26) net voor afsluiten van de transferdeadline ingehaald door Charleroi. De Zebra’s draaiden een superseizoen, maar als Kraouche zich daarin al liet opvallen, was dat vooral dankzij zijn duidelijke overgewicht. 86 kilogram woog hij, zeven maanden nadat AA Gent hem had ontslagen wegens een ernstige beroepsfout (te lang bij de nationale ploeg gebleven). Charleroi gaf hem een nieuwe kans, al rekenden ze pas vanaf de tweede ronde op een fitte Kraouche. Door een blessure van Majid Oulmers moest de Algerijn echter al in december weer het terrein op, uiteindelijk behield hij zijn basisplaats tot het einde van het seizoen.

De Kraouche die we vandaag voor ons zien, weegt 75 kilogram en staat zo scherp als een mes. Na een ingekorte vakantie, te wijten aan een intensieve stage met de Algerijnse nationale ploeg, is de creatieve middenvelder klaar om dit seizoen zijn stempel te drukken op het spel van Charleroi.

Twee maten, twee gewichten

Nasredine Kraouche : “Ik werd in 2004 naar Charleroi getransfereerd met minstens acht kilo overgewicht. Zeven maanden inactiviteit eisten hun tol. Sowieso is het voor een topsporter niet goed om zo lang stil te liggen en bovendien heb ik altijd al moeten opletten voor overtollige kilo’s. Door veel te trainen kon ik vermageren tot 79 kilo en zo speelde ik het seizoen uit. Tijdens de voorbije vakantie kwam ik geen grammetje bij, integendeel, ik verloor er nog. Ik weeg nu 75 kilo, mijn competitiegewicht, zoals ik in Gent aan de aftrap verscheen. Ik voel me opnieuw goed in mijn vel en ben volledig klaar voor een nieuwe campagne.

Jacky Mathijssen

“Het was niet voorzien dat ik zo snel in de basis zou staan bij Charleroi, ik had het die eerste maanden geweldig moeilijk. Ik wist dat ik veel beter kon en dikwijls raakte ik na de wedstrijd niet in slaap. Ik twijfelde eraan of ik wel in eerste klasse thuishoorde. Dan was er ook nog eens de druk van de supporters, die de Kraouche van Gent verwachtten. Ik liep enorm nerveus rond. Gelukkig kon ik rekenen op de steun van Jacky Mathijssen. We waren van meet af aan heel open tegen elkaar. Ik vertelde hem dat ik de ploeg iets kon bijbrengen, maar dat ik niet in staat was om het verschil te maken. Hij posteerde me op een plaats waar ik af en toe kon uitblazen. Ik moest niet te veel verdedigen en door de ploegtactiek kon ik rustmomenten inbouwen.

“Mathijssen ging ervan uit dat ik de ploeg iets bijbracht zonder daar veel voor te hoeven doen. Omdat de meeste ploegen mij kenden van bij Gent zouden ze mij in het oog houden, waardoor er meer ruimte kwam voor de anderen. Afhankelijk van de wedstrijd liet Mathijssen me een uurtje spelen of hield hij me op de bank. Ook op training was hij minder veeleisend voor mij. Ik ben er 26 en bezit een bepaalde ervaring, hij zei me dat ik voor mezelf moest instaan. Dat was goed voor mijn vertrouwen. Wanneer ik ontevreden was over mijn eigen prestatie nam hij me apart in zijn bureau en discussieerden we soms een uur lang.”

De groep

“Ondanks mijn voorkeursbehandeling heb ik nooit enige jaloezie ervaren in de groep. Zelfs niet van Laurent Macquet, nochtans mijn rechtstreekse concurrent. Na verloop van tijd werd hij zelfs mijn grootste steun. Iedereen wist dat mijn situatie niet evident was. Achteraf bekeken kon ik niet beter kiezen dan voor Charleroi. Toen ik ontslagen werd bij Gent bestond er interesse uit de Zwitserse en de Oostenrijkse competitie, maar die landen schat ik minder hoog in dan België. Frankrijk was geen optie, de clubs besteden daar uitzonderlijk veel aandacht aan de rekrutering en ze zullen nooit iemand aanwerven die ontslagen werd bij zijn vorige club. Op het einde van het seizoen kreeg ik enkele aanbiedingen van Belgische clubs, maar ik kwam nooit tot een financieel akkoord. Nadat je twee of drie voorstellen hebt afgewimpeld, komt er natuurlijk een moment dat je nog weinig opties hebt en dan neem je wat er komt. Dat was Charleroi.”

AA Gent

“Op 6 september trek ik naar de rechtbank, want ik vind mijn ontslag daar alles behalve fair. Ik eis 270.000 euro schadevergoeding aangezien ik nog anderhalf jaar contract te gaan had. Los daarvan bewaar ik goede herinneringen aan de club. Ik heb er nog altijd goede vrienden, alleen met het bestuur boterde het niet. Als je de gevallen Lukunku û Cherrad û Oussalah in acht neemt, kan je wel stellen dat de club het moeilijk heeft op het sociale en humane vlak. Op het sportieve vlak is het een bijzonder ambitieuze instelling, met een bestuur dat geen schrik heeft om zijn spelers of trainer te vervangen. Dat botst soms. Gent ligt qua budget voor op Charleroi, maar stilletjes aan groeit Charleroi. De voorzitter, Abbas Bayat, verkondigde al dat hij de topvijf ambieert.”

Algerije

“De situatie is nog slechter dan die in België. Al twintig jaar verkeert ons voetbal in crisis, het is al van 1986 geleden dat Algerije zich nog eens kon plaatsen voor een WK. Naar alle waarschijnlijkheid zullen we voor het eerst sinds lang ook niet deelnemen aan de Afrikacup, we staan voor een mission impossible. Ik ben vice-aanvoerder van de ploeg en ondanks de slechte resultaten blijven de supporters mij waarderen. Dat is vooral omdat ik, in tegenstelling tot sommige andere landgenoten die in Europa actief zijn, altijd inga op een selectie voor de nationale ploeg. Het ontbreekt ons aan vele zaken. In de eerste plaats een geschikte trainer. Met Georges Leekens waren we even op de goede weg, met Robert Waseige was dat veel minder het geval. Hij leek me niet gemotiveerd. Georges leefde honderd procent voor zijn job, terwijl Waseige… Niet dat hij in vakantiestemming verkeerde, maar toch een beetje fin de carrière, me dunkt. Ik blijf hoe dan ook voorstander van een buitenlandse bondscoach.”

En Charleroi dit seizoen ?

“Het zal moeilijk worden om te bevestigen. We zijn geen verrassing meer en elke ploeg zal ons met getrokken messen ontvangen. Daarnaast voelen we nu lichte druk om een goed klassement neer te zetten. Ik denk niet dat het veel invloed zal hebben op ons spelsysteem. Onze ploeg steunt op een van de beste verdedigingen van België en als slot op de deur kunnen we rekenen op de beste doelman uit de competitie. We gooien onze speelwijze niet radicaal om omdat we vorig seizoen vijfde eindigden. Niettemin houden we er rekening mee dat we vaker tegen defensieve ploegen zullen staan, daarom trainden we tijdens de voorbereiding veel op het opleggen van ons spel. Met jongens als Gregory Christ, Majid Oulmers, Toni Brogno, Sébastien Chabaud en Orlando beschikken we over voldoende materiaal om mooi voetbal te serveren. Met Ibrahim Kargbo verloren we wel een belangrijke pion, maar verdedigen doe je met elf en onze grootste kracht blijft het collectief. De basis staat er nog altijd. We zijn nog steeds een moeilijk te ontwrichten blok met weinig zwakheden. Ik kan de andere ploegen al waarschuwen dat het niet makkelijk wordt om te winnen van ons.”

Stéphane Vande Velde

‘Ondanks mijn voorkeursbehandeling heb ik nooit enige jaloezie ervaren in de groep.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content