Strijd tussen de grote drie

© GETTY IMAGES

In de Turkse Süper Lig vechten Fenerbahçe, Besiktas en Galatasaray om de titel. Er zijn nog zes wedstrijden te gaan.

Ankara mag dan wel de Turkse hoofdstad zijn, maar voor voetbal moet je in Istanbul zijn. Al vanaf het begin van de Süper Lig in 1957 domineren de drie grootmachten – Galatasaray (22 landstitels), Fenerbahçe (19) en Besiktas (15) – het Turkse voetbal. Vorig jaar leek er even verandering in te komen. De Istanbulse nieuwkomer Basaksehir, een club gesteund door president Recep Tayyip Erdogan, klom het voorbij decennium op en won zijn eerste landstitel.

Het is van 2014/15 geleden dat de titelstrijd nog écht tussen de grote drie ging. Basaksehir mengde zich regelmatig in de debatten, Galatasaray of Fenerbahçe stelde enkele keren teleur en eigenlijk was Besiktas de enige club die ieder seizoen meedong naar het kampioenschap. Ook dit seizoen leiden De Zwarte Adelaars momenteel de dans. Zes speeldagen voor het einde heeft Besiktas een voorsprong van 3 punten.

Schuldenlast

De drie grote clubs hebben een gecombineerde schuldenlast van ongeveer anderhalf miljard euro. Clubvoorzitter zijn is er een emotioneel gebeuren en een absolute erezaak. Het gevolg daarvan is dat de korte termijn primeert: nu investeren om snel succesvol te zijn en te worden herinnerd als ‘een grote’. Fenerbahçe, aan de Aziatische zijde van Istanbul, heeft al zo’n half miljard aan schulden. Onbetaalde spelerslonen zijn geen zeldzaam fenomeen.

Toch weerhield dat de club er niet van om na een teleurstellende zevende plek vorig seizoen te investeren: onder meer Ally Samatta (Aston Villa), Diego Perotti (AS Roma), Enner Valencia (Tigres) en Caner Erkin (Besiktas) kwamen er in de zomer bij. Afgelopen winter haalde Fenerbahçe, met supporterssteun via een sms-actie, ook Mesut Özil van Arsenal. ‘Er zit geen logische verklaring achter de strategie van Fener’, wist voetbaleconoom Tugrul Aksar bij Forbes. ‘De club wil niet achterblijven in de competitie, maar het beleid is rampzalig.’

Voorzitter zijn is bij de drie topclubs een erezaak. Het gevolg daarvan is dat de korte termijn primeert.

Na het 1-1-gelijkspel tegen Besiktas werd coach Erol Bulut ontslagen. Hij begon het seizoen goed en stond comfortabel derde, maar amper drie overwinningen in zijn laatste negen wedstrijden deden hem de das om. Sportief directeur Emre Belözoglu nam tijdelijk het roer over. Hij greep terug naar voornamelijk Turkse spelers en haalde in zijn eerste drie wedstrijden 67 procent balbezit, een duidelijke intentie om weer dominant te voetballen.

Cyle Larin

Met een hoop transfervrije en gehuurde spelers bleven Gala en Besik rustiger aan de Europese zijde van de Bosporus, nadat ook zij de voorbije jaren tonnen geld uitgaven. Bij Galatasaray zwaait de Turkse legende Fatih Terim al sinds 2017 de plak. De 67-jarige trainer, die al aan zijn vierde passage bezig is bij De Leeuwen, beschikt over voormalige sterren zoals Arda Turan en Radamel Falcao. Die tweede startte het seizoen, maar raakte zijn plaats kwijt aan winteraankoop Mostafa Mohamed, die al vijf goals maakte in tien wedstrijden. Na een zwakke reeks van 9 op 24 vergrootte de kloof met Besiktas van één punt naar zes punten en zakte Gala terug naar de derde plek.

Besiktas presteert het meest constant de laatste jaren en ook dit seizoen tonen ze dat met goalgetter Cyle Larin (15 goals, ex-Zulte Waregem). Coach Sergen Yalcin is tactisch flexibel, waardoor zijn ploeg zowel zelf het spel kan maken als erg efficiënt kan counteren. Een kwaliteit die in de Champions League handig zou kunnen zijn. De zwart-witten ontmoeten Galatasaray nog één keer, terwijl Fenerbahçe het alleen nog tegen middenmoters moet opnemen. De Turkse titelstrijd is zes speeldagen voor het einde dus nog lang niet gestreden.

Degradatiestrijd

In 2014 promoveerde Istanbul Basaksehir naar de Turkse SüperLig. Al in zijn eerste seizoen eindigde het vierde, waarna het nog eens vierde, dan tweede, daarna derde, nog eens tweede en uiteindelijk vorig seizoen kampioen werd. Het was enigszins toepasselijk dat een club met amper fans tijdens de supporterloze pandemie de landstitel won.

De snelle opmars lijkt enerzijds atypisch Turks door de goede aan- en verkopen van spelers als Stéphane Badji, Cengiz Ünder of Irfan Can Kahveci. Anderzijds passeerden ook al een hoop voormalige sterren de revue, onder wie ook onze landgenoot Nacer Chadli. Na een verhuurperiode bij RSC Anderlecht, die eindigde met een hamstringblessure, zat zijn tijd bij AS Monaco erop. Een transfer naar de Turkse kampioen en een stabiele topclub in wording leek geen slecht idee. Veel spelen is wat Chadli nodig had om zichzelf fit te houden en in aanmerking te blijven komen voor de Rode Duivels.

Tegen alle verwachtingen in vecht Basaksehir dit seizoen echter tegen de degradatie en Chadli heeft amper de kans gehad om dat te verhelpen. Wederom spelen blessures hem parten. Onze landgenoot miste mede door een nieuwe hamstringblessure al 28 wedstrijden. Om matchritme op te doen was zijn optreden met de nationale ploeg tegen Tsjechië ideaal, maar sindsdien bleef het bij Basaksehir in de laatste twee wedstrijden bij één korte invalbeurt. Als daar niet snel verandering in komt, kan bondscoach Roberto Martínez het dan verantwoorden om de geroutineerde WK-held van 2018 deze zomer ook te selecteren?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content