Een zee-egel zou als één groot oog beschouwd kunnen worden

© EPA

Zee-egels kunnen zien. Dat was op zich een vreemde vaststelling, want zee-egels lijken nergens iets te hebben dat zelfs maar van ver op een oog gelijkt.

Toch ontdekten wetenschappers dat zee-egels in staat zijn om op lichtprikkels te reageren.

Dat vergde nader onderzoek, en met succes, want volgens de Proceedings of the National Academy of Sciences vonden de wetenschappers lichtgevoelige cellen op de top van de vele voetjes waarmee een zee-egel kan voelen en zich kan vastzetten – voor hun verplaatsingen gebruiken de diertjes bij voorkeur de vele stekels die ze verspreid over hun lichaam hebben.

Er werden zelfs genen ontdekt die de informatie over de lichtgevoelige cellen bevatten, en die nogal wat gelijkenis vertonen met wat elders in het dierenrijk aangetroffen wordt, zelfs bij gewervelden. Lichtgevoelige cellen moeten zo vroeg in de uitbouw van het dierenrijk ontstaan zijn, dat ze bijna allemaal op elkaar gelijken.

De lichtcellen van de zee-egel zijn rechtstreeks aan zijn zenuwsysteem verbonden. Omdat er voetjes over het hele lichaam van de zee-egel verspreid staan, kan het diertje in feite als één groot primitief oog beschouwd worden. Er wordt zelfs verondersteld dat het, door het inschatten van de positie van bijvoorbeeld zijn eigen schaduw, ook over een vorm van oriëntatie zou beschikken. (DD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content