Ondanks zijn niet vlekkeloze reputatie blijft Laurent Denis bijzonder actief in de voetbalwereld. Kan dat blijven duren?

De omkopingszaak ( Ye) in het Belgische voetbal veroorzaakte vorig seizoen flink wat opschudding. Ondertussen lijken de stallen schoongemaakt, en iedereen wiens naam in het dossier werd genoemd, verdween (op zijn minst een tijdje) naar de achtergrond. Voor één man lijkt de hele affaire op het eerste gezicht weinig te hebben veranderd. Die man heet Laurent Denis. Nadat hij korte tijd uit beeld verdween om zijn wonden te likken, drukte hij, het leek wel als vanouds, zijn stempel op de recentste meest hete dossiers in het Belgische voetbal. Hij speelde overduidelijk een rol in de affaire- Zola Matumona, hij rondde de transfer van Mémé Tchité af, toen die naar Santander verdween, en als raadsman van vader en zoon Henrotay, de managers van Marouane Fellaini, stuurde hij afgelopen zomer aan op een contractbreuk van de lange Luikse middenvelder. En ten slotte is hij ook de raadsman van Georges Leekens, de coach die afgelopen zomer zowel Moeskroen als Gent liet geloven dat hij bij hen aan de slag zou gaan alvorens zijn lot te verbinden aan dat van Lokeren.

Het minste wat men dus van de 36-jarige Brusselse advocaat kan zeggen, is dat hij niet stil heeft gezeten. In de zaak van de gokchinees is zijn naam net als die van Filippo Gaone en Pietro Allatta heel vaak genoemd, maar Laurent Denis is op geen enkele manier in verdenking gesteld. Helemaal zuiver op de graat is hij echter niet, want in een nevendossier – de boekhouding van La Louvière – is hij in verdenking gesteld voor het onrechtmatig aanwenden van fondsen. In dat dossier wordt ook verwezen naar bedreigingen aan derden.

Ereloon

Dat verhaal zit zo in elkaar. Begin juni 2005 staat Trond Sollied op het punt om een contract te ondertekenen bij het Griekse Olympiacos. Hij neemt zijn trouwe luitenanten Chris Van Puyvelde en Cedomir Janevski mee. Hij vraagt Laurent Denis om het juridische luik van het contract nauwgezet na te kijken. Denis vraagt daarop of hij naar Athene mag reizen “om zich ter plekke rekenschap te geven van de situatie.” Hij blijft vier dagen in de Griekse hoofdstad, uiteindelijk op kosten van Trond Sollied, die zijn rekening moet betalen. “Die vroeg zich af waarom de advocaat zo veel tijd nodig had. Het navlooien van de juridische spitsvondigheden van het contract moet voor iemand die zo goed de FIFA-reglementen kent een routineklus zijn. Hij had dat evengoed vanuit Brussel kunnen doen”, vertelt iemand die het dossier van nabij volgde.

Maar dat is nog maar klein bier. Enkele weken later ontvangt de manager van de Noor de onkostennota met het honorarium dat Denis vraagt: 30.000 euro, onderverdeeld in 25.000 euro voor het contract van Sollied, 3000 voor dat van Van Puyvelde en 2000 voor dat van Janevski. Die bedragen wijken fors af van de gebruikelijke tarieven, want normaal vragen advocaten 150 à 500 euro per uur voor zoiets. En een advocaat die op de hoogte is van de transferreglementering spendeert hooguit enkele uren aan het verifiëren van een dergelijk contract.

Sollied is, mede gezien de hotelrekening, dan ook hoogst verontwaardigd over dit gigantische bedrag en weigert te betalen. In september stuurt Denis Allatta en twee lijfwachten naar het Belgische adres van de manager van Trond Sollied. Samen met zijn echtgenote krijgt die bedreigingen. De manager dient klacht in bij de politie van Rixensart.

Laurent Denis probeert de daaropvolgende dagen de woede van de manager te bedaren. Die trekt zijn klacht niet in. De Brusselse onderzoeksrechter Sylviana Vestreken heeft Denis voor deze bedreigingen niet in staat van beschuldiging gesteld, maar ze heeft er hem ook niet van vrijgepleit.

Belangenconflicten

Deze feiten zorgen voor een nieuwe smet op een reputatie die al lang niet meer vlekkeloos is. “Op een blauwe maandag kwam hij mijn kantoor binnen om een speler te verdedigen. Ik wist niet wie ik voor mij had: de manager van de speler of zijn advocaat. Ik stelde hem de vraag en hij antwoordde dat hij advocaat was. Dat was ook het enige antwoord dat hij kon geven, want anders had hij dadelijk mijn kantoor moeten verlaten”, vertelt Alain Lommers, algemeen directeur van Bergen. “Denis beweegt zich steeds op het randje van de deontologie en de belangenconflicten”, voegt een van zijn confraters eraan toe. “Als men raadsman is van een club kan het toch niet dat men ’s anderendaags die club aanvalt.”

Dat is nochtans verschillende keren gebeurd. Zo heeft hij goede relaties bij Anderlecht, maar in de zaak van de ontplofte bal verdedigde hij wel La Louvière. Hij verdedigde Sergio Brio tegen Bergen en de volgende dag in naam van Bergen de speler Dennis Souza de Guedes. Hij trad op als raadsman van AA Gent, maar verdedigde wel Ali Lukunku tegen die club. “Hij vroeg me eens waarom ik hem niet aanstelde als vaste advocaat van Bergen, en ik zei dat ik niet inzag hoe dat kon aangezien hij de advocaat was van al wie in conflict lag met onze club”, vervolgt Lommers.

“Belangenconflicten gaan samen met de man als pannenkoeken en suiker”, bevestigt spelersmakelaar Nenad Petrovic. “Soms treedt hij op als makelaar voor de spelers, maar om dat vak uit te oefenen zou hij zich van de balie moeten laten schrappen. Dat heeft Gunter Jacob indertijd ook laten doen. Het is niet de taak van een advocaat om de financiële voorwaarden van een contract onder de loep te leggen, hij moet wel kijken naar de rechtsgeldigheid. De vraag die zich natuurlijk opdringt, is waarom hij altijd opduikt bij het begin van de contractbesprekingen. In de zomersoap rond Leekens deed Denis volop mee aan de onderhandelingen. Het is niet zo dat zijn tussenkomst er pas op het einde kwam.”

Dat hij zo veel reist, pleit ook al niet in zijn voordeel. “Een advocaat kan toch makkelijk in zijn kantoor in Brussel de rechtsgeldigheid van een contract navlooien en het per fax terugsturen. Waarom gaat hij dan voor de transfer van Nenad Jestrovic naar de Verenigde Arabische Emiraten en voor die van Sambegou Bangoura naar Turkije?”, vraagt een andere spelersmakelaar zich af.

De tuchtraad wacht af

Waarom kan Laurent Denis ondanks dit alles het beroep van advocaat blijven uitoefenen? “Bij zeer ernstige feiten neemt de tuchtraad soms preventieve maatregelen, maar zolang er geen definitieve veroordeling is, gaat de raad over het algemeen bijzonder voorzichtig te werk”, legt advocaat Jean-Pierre Deprez uit. Die is raadsman van Charleroi en hij maakte vroeger deel uit van de tuchtraad van de Orde aan de balie van Charleroi. “Bij een veroordeling kan een advocaat het recht ontzegd worden om zijn beroep nog uit te oefenen, maar voordien kan de stafhouder ook nog voor andere sancties kiezen. Hij kan bijvoorbeeld de advocaat tot de orde roepen of hem een officiële vermaning geven, indien hij van oordeel is dat de advocaat de deontologie met voeten heeft getreden.”

“Als een advocaat wordt vervolgd, wordt gewoonlijk gewacht op wat op strafrechtelijk niveau wordt beslist”, geeft Philippe Humblet, secretaris van de stafhouder van de Brusselse balie waartoe Laurent Denis behoort, aan. “Het is niet omdat hij fouten begaan zou hebben dat hij de andere dossiers waarmee hij belast is, niet meer zou mogen behandelen. Als de stafhouder het nodig acht, opent hij een dossier en verwijst hij de advocaat naar de tuchtraad. Normaal gezien worden de sancties die de tuchtraad uitspreekt niet openbaar gemaakt. Maar er is onlangs een nieuwe wet gestemd die bepaalt dat personen die klacht hebben ingediend tegen een bepaalde advocaat wel op de hoogte worden gebracht als er tegen die advocaat een sanctie wordt uitgesproken.”

Om te weten of Laurent Denis van zijn stafhouder een sanctie heeft gekregen, zou men dus eigenlijk een klacht tegen hem moeten indienen. Anders is de stafhouder de enige die van eventuele sancties op de hoogte is, terwijl de betrokken advocaat toch mag blijven werken zonder dat iemand weet welke disciplinaire maatregelen eventueel tegen hem zijn genomen.

Netwerken

Kennelijk zijn dus in de advocatenwereld geen maatregelen genomen tegen Laurent Denis en dat geldt ook in de voetbalwereld. “Er zijn heel weinig advocaten gespecialiseerd in sportrecht. Uiteindelijk komt men altijd bij dezelfde namen terecht”, stipt Jean-Pierre Deprez aan. “Spelers kennen niet zo veel advocaten en hij had de reputatie alle reglementeringen en ins en outs van de FIFA te kennen”, voegt Ali Lukunku, een van zijn vroegere cliënten eraan toe.

Bij de clubs is Michel D’Hooghe, de voorzitter van Club Brugge, de enige die onverbiddelijk Laurent Denis de deur heeft gewezen en gezegd heeft dat hij bij geen enkele onderhandeling betrokken mag zijn. De andere clubs zijn minder recht voor de raap. Anderlecht, dat aanvankelijk absoluut weigerde om met Silvio Proto te onderhandelen zolang Allatta hem vertegenwoordigde, had bij de transfer van Mémé Tchité kennelijk minder problemen met Laurent Denis. “Tot nader order heeft hij geen enkele veroordeling opgelopen”, legt Herman Van Holsbeeck uit. “Het gerecht moet gewoon zijn werk doen.”

Toch stelde Anderlecht zich hier anders op dan indertijd tegen Allatta. Van Holsbeeck: “De transfer van Tchité kwam er op enkele uren van het einde van de mercato. Laurent Denis is nu eenmaal de raadsman van José De Medina, de manager van Tchité. Santander kwam in Monaco met ons spreken om een akkoord te bereiken over de overgang van Tchité. Toen we in Brussel met zijn manager overlegden, stelden we vast dat hij vergezeld was van Denis. We konden dus niet anders dan zaken doen met hem. Zolang hij als advocaat mag werken, zie ik geen probleem. Weigeren om met Denis te onderhandelen stond gelijk met het ons door de neus laten boren van verschillende miljoenen.”

Anderlecht is alvast geen uitzondering. Laurent Denis blijft zijn netwerk onderhouden. In zijn glorieperiode was hij advocaat van La Louvière en Lokeren en had hij goede contacten bij Anderlecht, Gent en Charleroi. Veel spelers, zoals Mbo Mpenza, wendden zich tot hem met hun problemen . “Lokeren en Charleroi hadden de kans om hem aan de kant te schuiven, maar ze deden het niet omdat de clubbestuurders hem kennen en vertrouwen in hem hebben”, zegt een makelaar nog. “Hij heeft een netwerk opgebouwd en weet daardoor dat hij moeilijk te negeren valt. Ook als hij geschrapt zou worden van de balie, zou hij wellicht nog opduiken.”

De manier waarop hij het partnerschap van Lokeren met enkele Afrikaanse clubs juridisch tegen het licht hield, heeft hem op Daknam veel krediet opgeleverd. Een samenwerking opzetten met Afrikaanse clubs is behoorlijk ingewikkeld, bevestigt Alfred Raoul, die in het nieuws kwam in het dossier-Matumona. “Maar op dat niveau is Denis erg competent.” Dat Georges Leekens, een andere cliënt van Denis, uiteindelijk bij de Wase club tekende, is wellicht geen toeval. Charleroi blijft ad hoc wel met hem samenwerken, zoals recentelijk nog in het conflict tussen de broers Bayat en de Belgische voetbalbond. Maar omdat Bayat toch drie maanden stadionverbod en een zware boete kreeg, besliste hij om Denis van het dossier te halen en het toe te vertrouwen aan Jean-Philippe Mayence, een van de grote namen aan de balie van Charleroi.

Tanende ster

Het geeft misschien aan dat het rad van fortuin voor Laurent Denis niet meer zo best draait, zoals ook bleek in de affaire-Zola Matumona. “Denis kwam hier niet goed uit”, legt Alfred Raoul uit, de man die de portretrechten van de Congolees beheert. “Van de affaire heeft hij willen gebruikmaken om opnieuw mediabelangstelling te krijgen via het thema van het racisme, terwijl andere mensen die errond cirkelden geld roken. Een item dat maatschappelijk zo belangrijk is voor je eigen kar spannen, gaat toch wel erg ver.

Sinds een aantal weken stapelt het slechte nieuws zich voor Denis op. Het Engelse Wolverhampton, dat een conflict heeft met manager Petrovic rond een onbetaalde commissie in het kader van de transfer van Cédric Roussel vanuit Engeland naar Genk, had vier jaar geduld met Denis maar schoof het dossier nu door naar Philippe François. Denis schoof immers alles op de lange baan en vond altijd wel een excuus om geen conclusies in te dienen. Ook steeds meer spelers zijn het beu dat hij weinig tijd aan hun dossiers besteedt. Ali Lukunku schakelde al een ander advocatenkantoor in en won ondertussen zijn juridische steekspel tegen AA Gent. “Denis zat er gewoon naast. Hij had me kunnen vrijpleiten in de dopingzaak die mijn verblijf bij Rijsel overschaduwde.”

Een andere speler, Alain Ossomo, die in de jaren negentig voor RWDM en Antwerp speelte, diende klacht in tegen Denis. Toen Ossomo bij het Israëlische Ashdod speelde en die club zich verzette tegen een transfer, schakelde de speler Denis in, met name om schadevergoeding te vragen voor achterstallige lonen. Na vruchteloze onderhandelingen met de club zou Denis voorgesteld hebben om de zaak voor de FIFA te brengen. Hij zou een klachtenbrief naar de FIFA hebben geschreven die Ossomo ondertekende, maar volgens de FIFA is er nooit een klacht binnengekomen. Omdat er drie jaar later nog altijd geen nieuws was, trok Ossomo naar het kantoor van Denis in Brussel, maar die verstopte zich, zodat de speler werd ontvangen door Christian Botteman, die ondertussen voor het kantoor van Luc Misson werkt.

Op aanraden van Botteman richtte Ossomo zich rechtstreeks tot de FIFA en hij hoorde er dat er in 2000 inderdaad geen klacht was ingediend. “Ik betaalde indertijd 20.000 Belgische frank (ongeveer 500 euro) aan Denis”, legt Alain Ossomo uit. “Hij zei altijd dat de FIFA nog bezig was met het dossier, terwijl hij dus nooit klacht had ingediend. En nu is alles verjaard. Waarom heeft meester Denis nooit klacht ingediend? Heeft hij het op een akkoordje gegooid met de Israëlische club en een commissie opgestreken? In ieder geval heeft hij er schuld aan dat mijn carrière voorbij is, want hij raadde me indertijd aan om niet meer te spelen zolang de zaak niet geregeld was. Ik was toen nog maar 30 jaar.” S

door stéphane vande velde

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content