Ludo Bekkers

Saul Leiter, een dubbeltalent. Foto’s en gouaches.

Ludo Bekkers Kunst- en fotografierecensent

Een schilder wordt fotograaf, een fotograaf blijft schilder. Dat is het geval van de Amerikaan Saul Leiter van wie, op een tentoonstelling, beide disciplines naast elkaar getoond worden. Qua stijl zijn ze heel verschillend maar het is wel zo dat hij in zijn foto’s zoekt naar een picturale compositie qua verhoudingen en vlakverdeling. Zo krijgen de opnamen van het New Yorkse stadsleven een aparte dimensie.

Schilderkunst en fotografie hebben altijd een ambivalente verhouding gehad. Aanvankelijk wilde de tweede de eerste nabootsen of met het nieuwe technische middel dezelfde effecten bereiken die de schilder voor ogen had. Het was de periode van het pictoralisme en Gezelle schreef toen over een “lichtdrukmaal”. Beide disciplines hebben zich verder onafhankelijk ontwikkeld en er zijn heel wat fotografen die de schildersklassen van een academie geruild hebben voor de donkere kamer. Trouwens, vooral bij de amateur fotografen, is het idee van het “mooie” plastische beeld nog altijd levend. Anderzijds zijn er ook schilders die de fotografie niet minachten, er geen concurrent in zien, en zelf de camera naast het penseel hanteren. De onlangs overleden David Hockney is er een recent voorbeeld van.

Saul Leiter (°1923) beoefent actief beide disciplines door elkaar zoals een tentoonstelling in Antwerpen laat zien.. Gouaches, aquarellen en foto’s hangen er zusterlijk naast elkaar waarmee men wellicht wil bewijzen dat de kunstenaar even bedreven is met het penseel als met de camera. Daar valt over te redetwisten want dat blijft een subjectieve thesis. Maar door foto’s en grafisch werk naast elkaar te presenteren ontstaat bij de toeschouwer toch de gewettigde neiging om een verwantschap te zoeken zowel qua stijl als onderwerp. En, heikel punt, die is er niet ondanks de poging van de curator van de tentoonstelling om te stellen dat, wanneer men de beide disciplines waarin Leiter werkt naast elkaar presenteert, de beïnvloeding van het ene medium op het andere duidelijk wordt. Om de link tussen beiden dan helderder te maken werd gekozen voor figuratieve gouaches met lichte pasteltonen. Maar dan stelt zich een stijlprobleem, want de gouaches zijn in een semi-expressionistische stijl geconcipieerd terwijl de foto’s neigen naar een meer analytische vormgeving. Die dubbele presentatie zullen we maar beschouwen als een Spielerei, leuk om even te ervaren maar zonder fundamentele meerwaarde.

De foto’s dan. Leiter debuteerde als schilder en was, volgens zijn biografie, geïnteresseerd in zowat alle kunstuitingen. Dat zijn interesse zich spreidde over de Franse schilders Bonnard, Picasso, Monet, maar ook naar het Peruviaanse textiel en de Japanse en Tantristische kunst toont aan dat hij op zoek was naar een eigen stijl. Uiteindelijk koos hij voor de abstracte kunst maar een duidelijke keuze tussen abstract en figuratie heeft hij nooit gemaakt..In 1948 ontdekte hij de fotografie die hem van toen af passioneerde. Een opleiding heeft hij daarbij nooit gehad en zijn technische kennis verwierf hij al doende. Aanvankelijk concentreerde hij zich op de modefotografie, altijd een moeilijke school, en koos later voor straatfotografie. Zeker in de V.S. was hij geen uitzondering in het genre. Vooral de New Yorkse hoofd- en zijstraten en de suburbs bieden zoveel oogvertier dat een fotograaf moeilijk aan de verleiding kan ontsnappen om er zijn camera op in te stellen. Het staat nergens geschreven maar het is best mogelijk dat Leiter een flaneur is, dat hij door zijn stad loopt en nieuwsgierig kijkt. Hij zoekt daarbij geen opvallende situaties, mensen of plekken. Dus, wat wij op de foto’s te zien krijgen is wat het oog van de fotograaf al dan niet toevallig ontdekte. En dan komt de schilder weer boven water want het zijn geen reportagefoto’s die hij maakt, geen straatfotografie zoals we die kennen van anderen, maar opmerkelijk samengestelde beelden met stedelijke elementen, details haast uit het gulzige aanbod die samengevoegd worden tot een picturale compositie.

Het is opvallend dat de neo-expressionistische stijl van zijn gouaches in zijn foto’s vervangen is door een vrij duidelijk constructieve, geometrische opbouw van de beelden. Hij zoekt die in muurvlakken, fragmenten uit winkeletalages of het spel van ramen en deuren. Anderzijds valt dan weer op dat hij een vleug impressionisme verwerkt in de reflecties op beregende ramen en de bijzondere effecten die hij zoekt bij neerslag en sneeuw. Daar excelleert dan opnieuw het oog van de schilder, vooral !n de sfeerschepping. Spontaan zoekt Leiter naar een esthetische compositie die soms vanuit een detail vertrekt maar de hele omgeving ervan mee in het beeld betrekt. Ook de kleur is bijzonder, niet uitgesproken maar evenmin verwaterd. Hij vertelt (als boutade?) dat dit het resultaat is van het gebruik van films waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is. Hoe dan ook, de foto’s worden gedetermineerd door de, op enkele uitzonderingen na, zachte kleuren.

New York is als het ware dood gefotografeerd, ook door vele professionelen maar het is Leiter perfect gelukt om de stad als materiaal te gebruiken voor een oeuvre waarin waarneming en interpretatie op een zo persoonlijke manier tot uitwerking komen dat het be- en gekende weer nieuw en boeiend wordt. De gouaches en aquarellen nemen we er stilzwijgend bij.

Ludo Bekkers

Tentoonstelling “Saul Leiter, photographs & works on paper”, Antwerpen Fifty One Gallery, nog tot 29 oktober.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content