Vrije Tribune

De moord op de omgeving van een kathedraal

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Nu de werken rond de Brugse kathedraal ongeveer voltooid zijn en iedereen de omvang van de aangerichte ravage kan vaststellen, is de tijd gekomen om een definitief protest te doen horen.

Vooraleer de werken werden aangevat hadden niet minder dan twaalf Brugse verenigingen bezwaren geformuleerd, verzocht er rekening mee te houden en minstens overleg hierover te plegen. Nooit kwam ook maar één uitnodiging hiertoe vanwege het stadsbestuur en werd integendeel met een duidelijke arrogantie meegedeeld ‘dat niets de uitvoering in de weg zou staan’.

Zelfs aan de eigen Raadgevende commissie voor stedenschoon werd geweigerd om over de plannen advies uit te brengen.

Het archeologisch schandaal

Wat voor en tijdens de werken op archeologisch gebied rond de Brugse kathedraal werd uitgespookt tart de verbeelding.

Het is voldoende bekend dat de omgeving van de Brugse kathedraal gedurende duizend jaar en tot in 1800 een begraafplaats was. Duizenden Bruggelingen vonden daar hun laatste rustplaats, hetzij in de volle grond, hetzij in al dan niet beschilderde grafkelders. Tot in 2011 werd deze gewijde grond met duidelijke eerbied bejegend en zoveel als mogelijk ongeschonden bewaard. Een muurafbakening beschermde de plek als een oord van rust en stilte midden de stadsdrukte.

Het was vanaf de aanvang duidelijk dat zich hier problemen konden stellen. Toen de voorafgaande werken aan nutsvoorzieningen gebeurden, werd diep gegraven en werd veel menselijk gebeente opgegraven dat zomaar op straat voor het grijpen lag. De erfgoedverenigingen maakten hierover bezwaar en drukten de vrees uit dat bij de verdere werken de archeologische site onherroepelijk zou verstoord en geprofaneerd worden.

Geen sprake van, zo beweerde de stad, we doen geen archeologisch onderzoek, want we gaan niet in de grond. Dat de werkelijkheid totaal verschillend was, werd duidelijk. Er werden lange en diepe sleuven getrokken doorheen het ganse terrein kant Steenstraat en talrijke diepe putten gegraven. Gebeente en schedels werden met de duizenden weggevoerd. Een deel lag rond te slingeren en werd door particulieren meegenomen. Ons voorstel om ze minstens met eerbied opnieuw ter plekke te begraven werd weggehoond. De ‘niet-opgraving’ gaf aanleiding tot het vinden van beschilderde grafkelders en van grafplaten, die ofwel vlug weer werden toegedekt, ofwel vernietigd. Specialisten ter zake (Ronald Van Belle, Jean Van Cleven) vielen hiertegen scherp uit.

De stad had, zonder voorafgaande studie, beslist dat het terrein al vroeger verstoord was en dan ook geen archeologische waarde meer had. Wat werd opgegraven was hiervan de logenstraffing. Grafstenen werden blootgelegd: één uit de dertiende eeuw, één gedateerd 1698. Ze werden verbrijzeld. Grafkelders met polychrome wandschildering werden geopend en vlug weer dichtgemaakt, al dan niet na aangebrachte schade. Beweren dat er geen opgravingen waren gebeurd, werd in deze omstandigheden compleet belachelijk. Wel werd het duidelijk dat de meest elementaire voorschriften voor archeologisch onderzoek op historisch waardevolle sites gewoon met de voeten werden getreden. Hoe het ook anders kan toonde recent de stad Mechelen aan, naar aanleiding van de opgravingen rond de Sint-Romboutskathedraal.

Naast het totale gebrek aan eerbied voor een duizend jaar oude begraafplaats, is het duidelijk dat de stad zich niets heeft aangetrokken van de voorschriften vervat in het Decreet houdende bescherming van het archeologisch patrimonium van 30 juni 1993 (B.S. 15.09.1993) en al evenmin van het Internationaal Verdrag van La Valetta (Raad van Europa) over archeologische opgravingen, dat nochtans door de Vlaamse regering is geratificeerd.

Na bevoegde instanties hierover te hebben aangeschreven, zonder enig zinnig antwoord te ontvangen, hebben de erfgoedverenigingen beslist, naast de UNESCO ook de Raad van Europa te informeren over wat er op dit vlak aan overtredingen in Brugge heeft plaats gevonden.

De aanleg

Na die onvoorstelbare oneerbiedigheid, kwam er als een volgende aanslag de nieuwe aanleg van de site, zowel kant Steenstraat als kant Sint-Salvatorskerkhof.

Hoewel er plannen bestonden om het groene aspect van de begraafplaats te accentueren, met als voorbeeld de ‘greens’ rond Engelse kathedralen, werd het groen integendeel herleid tot enkele vierkante meters. Het grijze materiaal dat werd gebruikt zal snel vervuild geraken en biedt nu al een troosteloze aanblik.

De beide zijden van de kathedraal werden overweldigd door een massa aan geprefabriceerd beton. Aan de kant Steenstraat werd het een enorme ‘arena’ of ’tribune’. Deze constructie – waanzin in tijden van besparing – moet, volgens het stadsbestuur, een ontspanningsruimte worden. Men hoeft maar weinig verbeelding te hebben om te weten wat dat wordt: een plek om te eten, te drinken, met achterlaten van etensresten en lege blikken. Houdingen die niet passen bij deze plek waar eerbied vereist is, zullen talrijk voorkomen. Het is al begonnen met de kinderen die er komen skateboarden.

Komt daar nog bij dat de arena op het niveau van het voetpad begint en een onregelmatig verloop van treden heeft. Men mag zich aan ongevallen verwachten.

Tot slot moet onvermijdelijk de vraag worden gesteld of deze ingrijpende werken geen zware vergissing zijn. We raden de bestuurders alvast aan om dit gevaarte niet met toeters en bellen in te huldigen.

S.O.S. voor een Leefbaar Brugge Erfgoedforum Brugge Brugge die Scone Marcus Gerards Brugge, 20 augustus 2011

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content