Paul Staes zegt over de CVP: ‘Het probleem is niet dat de partij zich christelijk noemt, maar dat ze het niet is.’ Kun je met betrekking tot de Volksunie zeggen: ‘Het probleem is niet dat de partij zich Vlaams-nationaal noemt, maar dat ze het niet meer is.’?

In oktober 1992, Jaak Gabriëls was naar de PVV vertrokken en Bert Anciaux was enkele maanden voorzitter, schreef Frans Van der Elst over de VU in De Standaard: ‘De stevige en blijvende basis, de ethische grondslag en de bestaansreden van deze partij is het humanitaire Vlaams-nationalisme. De vervaging van deze grondslag, het ombuigen van deze enige bestaansreden, kunnen niet anders dan leiden naar identiteitsverlies.’

En wat maken we vandaag mee? In een poging om de partij ideologisch te reanimeren publiceerde interim-voorzitter Fons Borginon op 15 mei jl. de nota De bakens verzetten. Bedoeling was van de VU-partijraad de opdracht te krijgen om een ledencongres te organiseren waar ‘…een radicale en grondige vernieuwing van het Vlaams-nationalisme centraal staat en waarin maatschappelijk een centrum linkse, progressieve en gemeenschapsgerichte koers wordt uitgetekend.’

Waarom Borginon deze opdracht noodzakelijk achtte? ‘ Sedert meer dan 10 jaar hebben we verwaarloosd ons fundament te vernieuwen. Te discussiëren over ideologie.’ Zo lijkt het er op dat de Volksunie een decennium lang met andere dan programmatorische zaken bezig is geweest. Er vond in die periode nochtans een handvol congressen plaats, zelfs ‘grote’ waar topmensen nog graag naar verwijzen.

Het is dus vreemd te vernemen dat de partij al die tijd niet aan haar fundamenten zou hebben gesleuteld. Het meest rare is dat in 1990, onder het voorzitterschap van Jaak Gabriëls, een ambitieus Toekomstplan voor Vlaanderen werd bedacht. Het bevatte zes pijlers waarrond brede initiatieven zouden worden ontwikkeld. Zes begeleiders (let op hun namen: Hans Bracquené, Frieda Brepoels, Patrik Vankrunkelsven, Chris Vandenbroeke, Annemie Van de Casteele, Luk Van Biesen) zouden de projecten begeleiden. De poging om de naam Volksunie door Vlaamse VrijeDemocraten te vervangen, bleek echter een stap te ver; de nieuwe naam werd een baseline.

Het plan zat evenwichtig in elkaar, was ideologisch onderbouwd, visueel aantrekkelijk en toegankelijk. De partij heeft er echter niets mee aangevangen. Wat deed ze dan wel? Ze heeft de uitstroom naar de VLD behoorlijk overleefd, haar mandatarissen leverden fatsoenlijk parlementair werk, ze regeerde mee, overbrugde lokale en nationale verkiezingen, bracht haar militanten regelmatig samen. Ondertussen discussieerde de top dat het geen aard had. Uit de slechte resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen van 9 oktober 1994 mocht besloten worden dat tal van plaatselijke afdelingen op apegapen lagen. Bij de evaluatie zuchtte een lid van het partijbestuur dat ‘De stempel terminaal er opnieuw volop is.’ Een ander lid: ‘We zijn onze identiteit kwijt, onze ruggengraat is gebroken.’ De conclusie luidde: ‘Kunnen wij in groep nog verder of moeten wij ons in een andere stroom inbedden?’

Daarmee was het probleem in al zijn brutaliteit gesteld. Drie leden van het partijbestuur leverden een nota af. Toenmalig ondervoorzitter Vankrunkelsven ging in zijn ontleding het verst. In zijn tekst Een uitweg voor de Volksunie! stelde hij vast dat de VU ‘een éénthemapartij is gebleven en haar enige bestaansreden de communautaire is.’

Om trage aftakeling te voorkomen stelde Vankrunkelsven een samenwerkingsverband met andere partijen voor. ‘Door een samenwerkingsverband na te streven belandt men ook in de herverkaveling van het politieke landschap. Dit is zeker geen doel op zich. Het lijkt me wel goed betrokken partij te zijn als deze hertekening vorm krijgt. Sommigen stellen voor om zo’n herverkaveling uit te stellen tot na de parlementsverkiezingen van ’95. Als men toch in die richting denkt, begrijp ik niet goed waarom men nog wil uitstellen.’

De toon was gezet, initiatieven als Het Sienjaal, Zaal F, NPC, enz. kwamen en gingen. Binnen de VU circuleerde de gedachte om met een VU-Plus of een VU-Nieuw andere mensen aan te trekken. Tot voorzitter Bert Anciaux op de partijraad van 29 november 1997 de opdracht kreeg om gedurende 9 maanden te werken aan een operatie van politieke vernieuwing.

Een week eerder had in Leuven een VU-ledencongres plaats, niet toen maar zes dagen later werd door een kleiner en hanteerbaarder gremium de operatie goedgekeurd. Vankrunkelsven werd tot waarnemend voorzitter aangesteld, een jaar later werd de alliantie VU-ID21 geïnstalleerd. Mede dankzij deze alliantie volgden bevredigende parlementsverkiezingen en werd opnieuw aan de Vlaamse regering deelgenomen. Begin 2000 werd Geert Bourgeois tot partijvoorzitter verkozen en niet Vankrunkelsven. Ook na deze harde verkiezingsstrijd bleven ‘hun kampen’ bestaan, ze kregen zelfs structuren buiten de partijschoot. Alle schroom om de meningsverschillen binnenskamers uit te praten was verdwenen, ze werden nu zelfs publiekelijk uitgevochten.

Dit alles speelde zich af tegen de achtergrond van onderhandelingen die tot het Lambermontakkoord leidden, een bitse relatie met de alliantiepartner, persoonlijke aversies en de manifeste weigering van vier kamerleden om Lambermont goed te keuren. Bourgeois trad als voorzitter af en werd vervangen door Borginon.

Dat de partij daarna in drie facties uit elkaar is gevallen lijkt niet zozeer het gevolg van ideologische meningsverschillen, dan wel van pogingen om de macht over partij, structuren, gedachtegoed én patrimonium te verwerven. Om achteraf een ideologische herschikking door te voeren? Het project van De Toekomstgroep (rond Bert Anciaux) is daar duidelijk in. Het hoofdstuk ‘Open voor samenwerking met anderen’ lijkt zo gekopieerd van het document-Vankrunkelsven uit 1994. De andere projecten ( Vlaams-Nationaal en Niet Splitsen) beogen een nieuwe start voor de Volksunie.

Wie helemaal geen twijfel laat bestaan over zijn bedoelingen is ID21. Nadat bekend was geraakt dat de scheiding zou doorgevoerd worden, liet woordvoerder Sven Gatz aan een dozijn VU-vertrouwelingen weten dat een nieuwe naam voor de groep ‘Anciaux-Vankrunkelsven + ID21′ voor de hand ligt. Ook het Gentse parlementslid Jan Roegiers (opvolger van Van Grembergen) liet een half uur na zijn installatie voor de camera’s weten dat de merknaam Volksunie maar best kan verdwijnen.

De agenda van ID21 is duidelijk. Zodra de scheiding een feit is, moet er in oktober ‘een stichtingsmoment voor het nieuwe project’ komen. Als het van Gatz afhangt moet de operatie geleid worden door Vankrunkelsven en niet door Bert Anciaux, zij moet uitmonden in een politieke formatie waar verschillende groepen zich thuisvoelen: links-liberalen, progressieve Europese regionalisten, democratische Vlaams-nationalisten, radicaal-democraten, sociaal-democraten en pragmatische groenen… In zo’n collectie zou Van Rossem niet eens opvallen.

Deze plannen reiken echter veel verder dan wat De Toekomstgroep de VU-leden aanbiedt, het is dan ook de vraag hoe ver ze ID21 op deze weg wil volgen.

Hoe zullen de andere partijen op de referendumuitslag reageren? Vaststaat dat ze niet werkloos zullen toekijken en zullen proberen om loslopend VU-wild in de eigen stal binnen te halen. In september opent de jacht, ze werd reeds deze zomer voorbereid. In Toscane?

Maurits van Liedekerke

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content