Sommige spinnen produceren een gel om zich tegen mieren te beschermen.
Sommige biologen beschrijven nieuwe soorten aan de lopende band. Dat is het geval voor spinnenexperts Rudy Jocqué en Jan Bosselaers van het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren, die in de Zoological Journal of the Linnean Society een ellenlang artikel publiceren, waarin ze niet minder dan dertig soorten zakspinnen presenteren, op drie na allemaal nieuw voor de wetenschap.
De diertjes zijn maximaal anderhalve centimeter lang en hebben een knalrood kopborststuk. Ze staan vol kleine wratjes, die waarschijnlijk klieren zijn, want langs beide kanten zit er een gaatje in. De onderzoekers vermoeden dat ze een gel afscheiden die de diertjes over hun lichaam uitsmeren als bescherming tegen mieren.
De spinnetjes leven op de bodem van het tropisch regenwoud in Afrika waar het wemelt van de mieren, zodat een bescherming geen overbodige luxe is. Het is de eerste keer dat dit soort klieren in spinnen gevonden wordt. De gel die ze produceren vormt waarschijnlijk een deel van het succes van de beestjes. (DD)
