Elke maand bezoeken een half miljard mensen Wikipedia, maar niemand kent de bedenker ervan. Op 24 oktober komt Jimmy Wales, vader van ’s werelds grootste encyclopedie, voor een lezing naar de VUB. Knack sprak al met hem over zijn nieuwste missie: de derde wereld verlichten.

Jimmy Wales (47) zit in een fluwelen fauteuil onder een antieke kroonluchter in Home House, een van de meest exclusieve ledenclubs in het westen van Londen. Het lidgeld voor de privéclub bedraagt 1275 pond per jaar, plus dezelfde som voor eenmalig inschrijvingsgeld. In ruil daarvoor krijgen leden toegang tot het Gregoriaanse herenhuis en al zijn faciliteiten. Van de fitnessruimte met personal coach tot de feestjes aan de futuristische bar, een ontwerp van de Brits-Iraakse architecte Zaha Hadid, die ook de plannen tekende voor het nieuwe Havenhuis in Antwerpen.

Wales, in strak wit hemd en met getrimde baard, kijkt niet op van zijn Apple Notebook wanneer we hem begroeten. Rechts van hem hangt een oosters wandtapijt tegen de muur. Links van hem zit zijn assistente Samantha. Ze doet geen moeite om Wales uit zijn concentratie te halen.

Er klopt iets niet in het plaatje. Jimmy Wales is geen arrogante internetmiljonair die in chique zakenclubs rondhangt. Hij reist dan wel de wereld rond als spreker en heeft Bono te vriend, zijn roem is gebaseerd op het feit dat hij die man is die alle kennis ter wereld op één website verzamelt en gratis aanbiedt, zonder er iets aan te verdienen. ‘Mijn vrouw zegt dat ze getrouwd is met de enige internetondernemer die niet stinkend rijk is’, zal hij lachend zeggen wanneer we straks naar zijn inkomen polsen.

Met vertraging merkt Jimmy Wales ons op, klapt zijn computer dicht. ‘Vergeef me als ik verward overkom’, zegt hij. ‘Ik voel me licht gedesoriënteerd. Gisteren ben ik op en af gevlogen naar Arizona voor een lezing. Met een jetlag tot gevolg.’

Als we vragen of hij vaak in salons vertoeft waar een privébutler de koffie opdient in porseleinen kopjes, moet hij lachen. ‘Ik ben geen lid van dit clubhuis’, zegt hij. ‘Ik heb straks wel een afspraak met iemand die wél een lidkaart heeft en me de ruimte wat eerder toevertrouwde. Het leek me efficiënter om met jou hier af te spreken in plaats van op mijn kantoor. Ik heb niet zo veel tijd. Morgen zit ik alweer op een vlucht naar Finland voor een lezing over internetvrijheid. Daarna gaat het richting India.’

Zo klopt het plaatje wel. Jimmy Wales brengt het gros van zijn dagen niet in privéclubs door, maar onder de mensen. De laatste jaren laat de Amerikaan zich wereldwijd uitnodigen om Wikipedia, vrije meningsuiting en het open internet te promoten bij studenten en bedrijfsleiders. Tenminste, wanneer hij niet pendelt tussen zijn nieuwe leven in Londen (waar hij een tweejarige dochter heeft met zijn derde vrouw Kate Garvey, voormalige secretaresse van Tony Blair) en zijn oude leven in Florida (waar hij om de twee weken zijn oudste dochter bezoekt bij zijn tweede ex-vrouw).

Tempel voor de geest

Jimmy Wales, geboren in Huntsville, Alabama, is een computernerd met meer eigenschappen van een idealistische wereldverbeteraar dan van een pientere zakenman. Vragen over zijn inkomen wimpelt hij af. Liever praat hij over het hogere doel van Wikipedia. Als Wales één stokpaardje heeft, dan wel de diepe impact die informatie kan hebben op een mensenleven. Urenlang kan hij doorgaan over hoe vrije internettoegang iemands wereld, en bijgevolg dé wereld, kan veranderen. Als hij praat over Wikipedia als tempel voor de geest, gaat zijn stemvolume crescendo en komen zijn armen los van zijn lichaam. Zijn verschijning krijgt dan haast iets profetisch.

Wales was als kind al gefascineerd door het idee van een open encyclopedie die iedereen kon aanvullen. Als kind plakte hij stickers in de verzameling naslagwerken van zijn ouders, om nieuwe informatie of verwijzingen naar andere passages te markeren. Op latere leeftijd leerde hij coderen, programmeren en groeide zijn fixatie voor een groot online cultureel experiment. Samen met de Amerikaanse filosoof Larry Sanger dacht hij het idee voor een open encyclopedie verder uit. Sanger stapte later uit het project, maar beiden worden gezien als oprichters van Wikipedia.

Op papier leek Wikipedia gedoemd om te mislukken. Een open, zelfregulerende online-encyclopedie waarop iedereen om het even wat kon plaatsen, dat was om problemen vragen. Maar het experiment, dat in 2001 begon, is uitgegroeid tot een online-kenniscentrum met 27 miljoen artikels in 287 talen en 516 miljoen unieke bezoekers per maand. Wikipedia is daarmee de vijfde meest bezochte website ter wereld, na Google, Yahoo, Microsoft en Facebook. Ver voor Amazon, eBay en Apple. Typ een willekeurig woord in op het internet – Obama, falafel, alzheimer – en daar prijkt Wikipedia met zijn diensten bovenaan in de zoekresultaten.

Natuurlijk vertoont Wikipedia vaak slordigheden en gebreken. Maar de vraag is niet langer of Wikipedia wel een betrouwbare informatiebron is, wel waarom het zo goed werkt. De snel groeiende verzameling aan menselijke kennis is immers grotendeels het gratis werk van 80.000 actieve, internationale vrijwilligers die gedreven worden door zelfvoldoening en onbezoldigd idealisme. In 2006 werd Jimmy Wales – ‘Jimbo’ voor vrienden – door TimeMagazine uitgeroepen tot een van de honderd invloedrijkste mensen ter wereld.

Iedereen online

Alsof één utopische jongensdroom verwezenlijken niet genoeg was, heeft Jimmy Wales vandaag een nóg grotere droom: de derde wereld verlichten door iedereen toegang te geven tot Wikipedia, gratis en voor niets. Wales’ nieuwe missie heet Wikipedia Zero, een project dat ontstond tijdens een van zijn vele zakentrips.

‘Tijdens mijn reizen zie ik vaak hoe het internet mensenlevens verandert’, zegt Wales. ‘Laatst was ik in een sloppenwijk in Delhi, op tour langs verschillende scholen. Ik ontmoette er een zestienjarige jongen die me vertelde dat ze bij hem thuis net elektriciteit hadden geïnstalleerd. Zijn familie was van iets betere komaf en had een inbelverbinding waarmee hij online kon. Hij vertelde me dat hij Wikipedia gebruikte om voor zijn examens te slagen. En… om openingszinnen te zoeken waarmee hij meisjes kon versieren. (lacht) Toegang tot informatie kan op verschillende niveaus veranderingen teweegbrengen.’

In de ideale wereld van Jimmy Wales heeft daarom iedereen een internetverbinding en toegang tot nieuws en informatie. Speciaal voor de arme inwoners van ontwikkelingslanden ging hij een samenwerking aan met lokale telefoonoperatoren, waardoor burgers via hun mobiele telefoon gratis toegang hebben tot Wikipedia.

Deze zomer ging Wikipedia Zero van start in India, na eerdere lanceringen in Maleisië, Thailand, Saudi-Arabië, Koeweit, Pakistan, Sri Lanka en een tiental andere landen. De volgende halte wordt Kenia. Zo’n 300 miljoen mensen hebben dankzij Wikipedia Zero al toegang tot de online-encyclopedie op hun telefoon, en dat zonder kosten, zonder aankoop van een datapakket. Noem Jimmy Wales een idealist die de wereld rondreist met zijn internetevangelie, hij is bovenal een pragmaticus die vooruit wil. ‘Als mensen gratis toegang hebben tot informatie, dan kunnen ze beginnen bij te leren’, zegt hij. ‘Ze kunnen over lokale politiek lezen. Ze kunnen zich beginnen af te vragen waarom hun modderwegen en hutten er anders uitzien dan de straten en huizen in Duitsland. En zo komen ze tot nieuwe inzichten.’

‘Ik ben optimistisch over de toekomst van bewoners in ontwikkelingslanden’, zegt hij. ‘Ik verwacht veel van die mensen. De Chinese revolutie en de Afrikaanse Lente moeten nog plaatsvinden. Veel potentiële wikipedianen hebben hun stem nog niet laten horen. Afrikaanse studenten weten andere dingen dan Europese of Amerikaanse studenten. Het is belangrijk dat ze Wikipedia kunnen aanvullen in hun eigen taal. Het ontbreekt de encyclopedie nog aan diversiteit. We missen nog heel wat kennis uit bepaalde hoeken van de wereld.’

In zijn pleidooi voor een verlichting van de derde wereld schuwt Wales de grote woorden niet. ‘Ik wil elke mens op de planeet toegang geven tot Wikipedia’, zegt hij. ‘Informatie is kennis, en kennis is in deze wereld een ontzettend belangrijk wapen.’ Het ergert hem dan ook wanneer de media onvolledige informatie geven. ‘Telkens als burgers op Wall Street of in het Midden-Oosten op straat komen om te protesteren tegen corruptie of foute machthebbers hebben de media het over de Twitter- en Facebookrevoluties. Die termen storen me. Facebook en Twitter zijn niet meer dan middelen waarmee een beperkte groep mensen zich organiseert. De redenen waarom die mensen samenkomen, hoe ze hun eisen formuleren en waar ze hun informatie vandaan halen: daar draait het om. En daar speelt ook Wikipedia een rol in.’

‘Of er geen oorlog meer zou zijn als iedereen Wikipedia leert gebruiken, dat weet ik niet. Maar ik geloof wel dat mensen oorlog voeren uit onwetendheid. De problemen in het Midden-Oosten komen grotendeels voort uit het feit dat burgers gemakkelijk vatbaar zijn voor propaganda. Mochten ze beter geïnformeerd zijn, ze zouden het nog altijd niet met elkaar eens zijn, maar ze zouden tenminste heftig kunnen discussiëren in plaats van elkaar dood te schieten.’

‘Natuurlijk ben ik niet zo naïef als ik klink. De grote omwenteling die ik wil zien gebeuren, kan nog decennia op zich laten wachten, en er zal nog veel bloed vloeien. Ik denk veel na over de verschuivingen die we wereldwijd zien gebeuren. Onderwijs en informatie spelen daarin een grote rol. Ik denk dat de tweede, grote, rumoerige verlichtingseeuw nog maar net begonnen is.’

Arrogante lul

De waarde van Wikipedia wordt op vijf miljard dollar geschat, maar Jimmy Wales weigert alle advertentie-inkomsten. ‘Een idealist verkoopt zijn ziel niet. En mocht ik al geld aanvaarden van adverteerders, dan zouden de vele vrijwilligers die de encyclopedie gratis doen groeien in opstand komen.’

Om zijn plannen voor een beter geïnformeerde wereld te kunnen verwezenlijken, rekent Wales jaarlijks op milde giften en gulle schenkingen van particulieren. Wikimedia Foundation, de non-profitorganisatie achter Wikipedia, heeft 187 betaalde medewerkers in dienst, onder wie ingenieurs en softwareontwikkelaars. Allemaal weten ze perfect hoe hun leider eruitziet: Wales’ hoofd sierde de voorbije jaren de banners waarmee Wikipedia elk jaar in december zijn oproep lanceert om geld te doneren. ‘Uit een experiment van mijn collega’s blijkt dat we tweemaal zoveel geld ophalen wanneer mijn hoofd op de banners staat’, zegt Wales. ‘Daardoor denkt iedereen wel dat ik de meest arrogante lul op het internet ben.’

‘Voor 2014 hebben we ongeveer 50 miljoen dollar nodig. De kans is groot dat we dit eindejaar geen grote fondswervingscampagne zullen hoeven te voeren. Voor het eerst hebben we doorheen het jaar al opgeroepen om te doneren, met een nieuwe banner die slechts 10 procent van de Wikipediabezoekers eenmaal te zien kreeg. Een heel lelijke, gele banner, vol informatie en weetjes. Maar blijkbaar werkt het. Mensen die in Wikipedia geloven zijn gevoelig voor informatie. Bij hen moet je niet komen aanzetten met glamoureuze reclamebeelden.’

Zijn brood verdient Wales voornamelijk als spreker. Volgens The New York Times vraagt hij zo’n 70.000 dollar voor grote speechen. Niet slecht, maar amper een fractie van wat de grote jongens in Silicon Valley scheppen en amper genoeg voor de huur van twee appartementen in Londen en Florida en kindergeld voor twee dochters. ‘Ik zeg altijd dat mijn manier van werken, zonder inkomsten en businessmodel, zowel de slimste als de domste beslissing van mijn leven is geweest’, lacht Wales luid.

‘Excuseer, meneer.’

Een vrouw die achter in het salon zat, is opgestaan en staat naast Wales.

‘U praat nogal enthousiast en luid en dit is eigenlijk een stille leeszaal. Kunt u wat zachter praten? Ik kan me niet concentreren.’

‘Oh sorry’, fluistert Wales met opgetrokken schouders. ‘Ik had u niet zien zitten. Ik zal mijn best doen.’ Twee zinnen later nemen zijn decibels alweer toe. Iemand die de wereld wil veranderen, doet dat niet zachtjes.

Openbaar onderzoek

Binnenkort is de internetgoeroe in ons land. Op 24 oktober geeft Jimmy Wales aan de Vrije Universiteit Brussel een lezing over hoe plagiaat en fraude onder wetenschappers voorkomen kunnen worden. Zijn oplossing: onderzoeksresultaten veel sneller openbaar maken.

‘Elke wetenschapper wil met zijn of haar onderzoek de wereld veranderen, of op z’n minst een impact hebben op de wetenschap’, zegt Wales. ‘Waarom wordt wetenschappelijk onderzoek dan alleen in dure, gespecialiseerde tijdschriften gepubliceerd, waar niemand het terugvindt en het weinig invloed heeft? Ik ben een groot voorstander voor het openbaar maken van wetenschappelijke data. Zeker onderzoek dat gevoerd wordt met belastinggeld moet vrij raadpleegbaar zijn. Bijkomend voordeel: door onderzoeksresultaten openbaar te maken kunnen meer mensen de data controleren. En zo spoor je fraude veel sneller op.’

‘Kent u het verhaal van Jack Andraka?’ vraagt Wales tot slot. ‘Jack is een Amerikaan van zeventien die een techniek ontwikkelde om kanker op te sporen in een vroeg stadium. Hij kwam tot die vaststelling op basis van academische studies én van informatie die hij op het internet vond. Zonder die vrij beschikbare informatie was zijn uitvinding er niet geweest. Nu worden er mensenlevens door gered. Jack won al meer dan 100.000 dollar aan prijzengeld en awards. Een fantastisch verhaal, toch? We moeten meer open durven te zijn. Er valt veel meer bij te winnen dan te verliezen.’

DOOR ELKE LAHOUSSE IN LONDEN

‘In een sloppenwijk in New Delhi vertelde een 16-jarige jongen me dat hij Wikipedia gebruikt om openingszinnen te zoeken waarmee hij meisjes kan verleiden.’

‘Waarom ik advertentie-inkomsten weiger? Een idealist verkoopt zijn ziel niet.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content