Het Forum: plein in Rome, tussen Capitool en Palatijn, waar burgers samenkwamen om publieke zaken te bespreken en recht te doen.

Mevrouw Van Paemel, het overlijden van prinses Lilian heeft een merkwaardige periode uit de Belgische geschiedenis weer in de belangstelling gebracht.

Monika Van Paemel: Veel commentaren zijn niet uitgestegen boven de clichés die over prinses Lilian zijn opgebouwd, en waarvan het waarheidsgehalte mag worden betwijfeld. Telkens weer wordt verwezen naar haar schoonheid en haar sex-appeal, die demonisch worden voorgesteld. Ze zou er iedereen mee naar haar pijpen hebben doen dansen, en ze zou er koning Leopold III mee in zijn ongeluk hebben gelokt. In veel verslagen kon je dan ook horen dat Lilian zich in Argenteuil had teruggetrokken omdat ze niet wilde dat de mensen het verval van haar schoonheid zouden zien. Hoe weet men dat? Is iemand het haar gaan vragen?

In het verhaal van Leopold en Lilian zou ik veeleer stilstaan bij de dubieuze vermenging van de macht van Kerk en staat. Kan het zomaar dat een kardinaal het canoniek recht laat voorgaan op het burgerlijk, en een kerkelijk huwelijk inzegent van iemand die niet burgerlijk getrouwd is? Ik zou de spot veeleer richten op het autoritaire karakter van Leopold III, die allerminst een willoos slachtoffer was, maar zijn wil wet achtte. Als je dat doortrekt naar het privéleven is het voor zo iemand vanzelfsprekend dat hij kiest met wie hij naar bed gaat. Daarvan getuigt de manier waarop hij zich Lilian bijna heeft toegeëigend, met de hulp of misschien zelfs op initiatief van zijn moeder koningin Elisabeth.

Het beeld van Lilian als femme fatale moet genuanceerd worden. De bevolking was jaren zoet gehouden met het sprookje over het perfecte huwelijk tussen Leopold en Astrid. In die sfeer kon Lilian niet anders worden beschouwd dan als een indringster. Het valt op dat ze niet werd uitgespuwd door mensen uit adel en industrie, van wie je bijna verwacht dat ze zich keren tegen een burgervrouw die de koning wegkaapt. Maar nee, het waren vooral de gewone burgers die schande spraken. Alsof ze niet konden verdragen dat iemand van hen in het paleis terechtkwam.

Was Lilian uit op politieke macht?

Van Paemel: Het is in elk geval te gek om haar de schuld te geven van de ruzie tussen Leopold en de politiek. De basis voor die ruzie is gelegd in de jaren dertig, vóór Leopold Lilian leerde kennen, en ging over de keuze tussen een democratisch en een totalitair bestel. De slinger sloeg voor Leopold duidelijk door naar het laatste, wat ook bleek uit zijn respectvolle houding tegenover Hitler en Mussolini. Waarbij het nog maar de vraag is in hoeverre die houding moet worden afgezwakt door naar de ’tijdsgeest’ te verwijzen.

Zijn totalitaire overtuiging werd versterkt door de zwakke politieke elite van die tijd. Want dat we geen al te hoge pet op moeten hebben van de regering die tijdens de Tweede Wereldoorlog naar Londen uitweek, is door historisch onderzoek voldoende aangetoond. Het was meer sauve qui peut dan een weloverwogen beslissing om het land aan de juiste kant te houden.

Technisch gezien had Lilian geen macht, en ik vermoed dat ze ook minder invloed had dan sommigen beweren. Jammer genoeg voor het sprookje was ze geen boze stiefmoeder. Integendeel, de kinderen van Leopold waren dol op haar. Ze waren nog jong toen hun moeder stierf en leefden in een weinig normale gezinssituatie, zeker door de bijzondere omstandigheden van de Tweede Wereldoorlog. Ze zullen dus wel opgetogen geweest zijn met die levenslustige vrouw die in hun leven kwam. De suggesties dat Lilian haar seksualiteit zelfs heeft uitgespeeld om haar stiefzoon koning Boudewijn aan zich te binden, waarbij ranzige verwijzingen worden gemaakt naar een rit in een treincoupé, zijn beneden peil. Geloof ook maar niet dat Boudewijn een willoze figuur was die als jonge koning braaf deed wat vader en stiefmoeder hem ’s avonds in het paleis influisterden.

Lilian heeft belangrijk werk verricht met de stichting voor jonge hartpatiëntjes, een problematiek waarvoor ze door de hartproblemen van haar zoon Alexander extra gevoelig was. Dat Leopold en Lilian in het isolement waarin ze terechtkwamen misschien wat paranoïde werden en overal vijanden ontwaarden, kan ik begrijpen. Het verklaart mee haar juridische stappen, die ik afkeur, tegen het boek van Pierre Mertens. Ik vermoed dat zij dat als een schending van vertrouwen heeft aangevoeld. Ook omdat zij zich beschouwde als de schatbewaarster van de herinnering aan haar man.

Maar globaal genomen denk ik dat Lilian niet zo veel valt aan te wrijven, en dat het beeld dat men van haar ophangt niet correct is.

Vorige week is ook Gaston Geens gestorven, voorzitter van de eerste Vlaamse regering.

Van Paemel: Iemand die de politiek met het nodige sérieux uitoefende. Wat een zeldzaamheid is geworden, want voor veel politici van vandaag is politiek in de eerste plaats een populariteitspoll. Gaston Geens heeft in een moeilijke periode op een gedegen manier zijn werk gedaan, zonder te zoeken naar goedkoop succes. Hij heeft de fundamenten gelegd van het Vlaams parlement en de Vlaamse regering, en heeft een paar wijze beslissingen genomen. Zoals de keuze van Brussel als Vlaamse hoofdstad, en de steun aan de uitbouw van nieuwe toekomstgerichte technologieën. Dat was primordiaal voor een klein land zonder grondstoffen, dat het moest hebben van handel en van kennis. Bij Flanders Technology kwam wel wat show kijken, maar liever show rond zo’n project dan rond een of andere banaliteit. Er wordt vaak gespot met de slogan van Geens: ‘Wat we zelf doen, doen we beter.’ Maar ik denk dat hij dat pedagogisch bedoelde: zorg ervoor dat je het beter doet. En die raad mag luid worden herhaald. Geens was iemand die je het bestuur kon toevertrouwen, dat kan je van veel huidige ministers niet zeggen.

In de Vlaamse regering was er een zware rel tussen minister-president Patrick Dewael (VLD) en minister van Leefmilieu en Landbouw Vera Dua (Agalev).

Van Paemel: Kwamen het gezond verstand en het fatsoen maar terug in de mode. Iemand zou eens opnieuw etiquetteregels voor politiek personeel moeten uitschrijven. En iemand zou de leden van de paars-groene meerderheid eens duidelijk moeten maken dat hun manier van optreden geen vertrouwen wekt. Door hun ruzies en afrekeningen versterken ze de indruk dat de regering een verzameling is van bontgekleurde individuen die allemaal zelf willen scoren en geen aandacht hebben voor het ploegverband. Een regering moet één lijn trekken en één gezamenlijke politiek voeren. De partijen hebben blijkbaar de spurt naar de verkiezingen ingezet, maar er moet nog een kwart van de rit gereden worden.

Vanuit Duitsland is besmet bio-kalkoenvlees in ons land terechtgekomen. De Duitse controle, ook daar onder een groene minister van Volksgezondheid, is niet veel beter dan de Belgische.

Van Paemel: Deze nieuwe voedselcrisis is alvast een slag voor het al te kwistig gebruikte bio-label. Waarvan ik soms denk dat het vooral dient om producten duurder te maken. We lijken wel op weg naar een kloof tussen mensen die zich gezond voedsel kunnen veroorloven en mensen die dat niet kunnen.

In dit land wordt iemand vermoord omdat hij probeert iets te doen tegen het bederven van ons eten. We mogen aannemen dat die moord pas aan het einde kwam van een lange ketting van intimidaties en pogingen tot omkoping. Kringen van veekeurders hadden al lang vóór de moord op Karel Van Noppen alarmkreten geslaakt. Maar die zijn genegeerd of onvoldoende opgevolgd door de overheid. En niets doet vermoeden dat het nu beter is dan vijf jaar geleden.

Een deel van de voedselindustrie gaat rustig verder met het welbewust vergiftigen van de bevolking. In verband met dit kalkoenvlees sprak men eerst over vijftig kilo, twee dagen later bleek het al om vijfentwintig ton te gaan. Ik begrijp niet dat de bevolking dat zo gelaten aanvaardt. De mens kan de natuur in grote mate naar zijn hand zetten, maar iedere boer weet dat er een limiet is. Met onze grootschalige voedselproductie zijn we die limiet ver voorbij. Ook de groenen kunnen dat niet keren, niet in Duitsland en niet hier.

De uitvoer van het besmette kalkoenvlees toont aan dat het Europese Rapid Alert System, uitgebouwd na de Belgische pcb-crisis, niet sluitend is.

Van Paemel: Ik ben benieuwd of de Europese Commissie Duitsland even streng zal behandelen als België. De geloofwaardigheid van de Europese structuur komt hiermee, eens te meer, onder druk. En dat zal er niet op verbeteren met de uitbreiding van de EU, die door meer dan de helft van de EU-bevolking niet gewild wordt. Democratie betekent niet dat de meerderheid altijd gelijk heeft of gelijk moet krijgen, er zijn nog andere voorwaarden die vervuld moeten worden. En een democratisch bestuur moet soms tegen de wil van de meerderheid durven in te gaan, zoals bijvoorbeeld met de invoering van de euro. Maar dan moet wel duidelijk worden aangegeven waarom, en moet men de bezwaren ernstig nemen.

En bezwaren tegen de uitbreiding zijn er genoeg. Onder andere tegen het vrij verkeer van personen, wat het risico inhoudt dat Oost-Europese misdaadorganisaties hier nog makkelijker hun activiteiten zullen ontplooien dan ze nu al doen. Of tegen het vrij verkeer van goederen, waardoor de voedselveiligheid nog meer in het gedrang dreigt te komen dan nu al het geval is.

Wie dringt binnen de EU aan op een uitbreiding? De industrie, die de tolbarrières wil slopen, de afzetmarkten vergroten, en profiteren van de lage lonen in de nieuwe kandidaat-lidstaten. Daarbij vergeet men dat de Oost-Europese arbeiders snel dezelfde lonen zullen willen als elders in de EU. De Europese gedachte, die sommige goedmenenden bij ons koesteren, bestaat in die landen niet. Hun drijfveer is zuiver eigenbelang.

Ik ben altijd voorstander van de EU geweest, omdat ze de eeuwenoude oorlogen tussen de Europese mogendheden heeft gestopt, en een veiligheidsgarantie biedt aan de kleine landen. Maar wat we gekregen hebben, is een Europa van financiële en economische machtsconcentraties, waar geen sociaal Europa en geen cultureel Europa tegenover staat. En het politieke Europa functioneert onvoldoende. Daarom staan we voor een cruciale beslissing. Als de EU zoals ze vandaag werkt er vijf of tien landen bijneemt, gaan we naar een fiasco.

Net als aan de natuur is er ook een limiet aan het incorporeringsvermogen van de mens. Dat is een delicaat en beladen thema, maar het lijkt me toch het beste het niet te negeren. Wij missen instanties die migratiestromen in goede banen kunnen leiden. Na de moeilijke incorporatie van een vrij grote migrantenbevolking uit Noord-Afrika en Turkije, komt nu een nieuwe golf op ons af met een heel andere mentaliteit inzake staat en samenleving. Dat kan enkel slagen als er aan de nieuwelingen duidelijke voorwaarden worden gesteld, en als de naleving daarvan streng gecontroleerd wordt. Eerlijk gezegd heb ik daar niet veel vertrouwen in.

Na een korte luwte is het geweld in Israël weer even hevig opgelaaid als twee maanden geleden.

Van Paemel: Wat mij verbijstert, is dat we objectief kwaad voor onze ogen zien gebeuren, ver boven elke vorm van recht en rede, en dat we er toch niet in slagen om het te stoppen. We hebben de vraag aan onze ouders gesteld over het bewind van de nazi’s: ‘Hoe was dat mogelijk? Wat hebben jullie laten gebeuren?’ Nu staan we zelf toe te kijken. Aan beide kanten zijn ze ondertussen totaal geflipt. Ariel Sharon heeft zijn volk zo bang gemaakt dat het desnoods blind in de aanval wil gaan. En hetzelfde geldt voor de Palestijnen, die met hun rug tegen de muur staan en geen enkele toekomst meer hebben. Welke geperverteerde volwassene spoort een jongen van zestien of zeventien jaar tot een zelfmoordaanslag aan? Maar de wereld laat begaan, in plaats van Israël terug te dwingen binnen de grenzen die het in 1948 heeft toegewezen gekregen. Er leeft ten onrechte de idee dat het conflict tot Israël en Palestina beperkt zal blijven, en dat die het maar moeten uitzieken. Maar dat is een gevaarlijke gedachte. Wat in het Midden-Oosten gebeurt, zal zijn weerslag hebben in de rest van de wereld.

Koen Meulenaere

Monika Van Paemel is schrijfster.

Monika Van Paemel: ‘De Europese gedachte leeft niet in Oost-Europa, hun drijfveer is eigenbelang.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content