100 jaar Spelen van Antwerpen: een openingsceremonie vol primeurs

© Anoniem

Exact 100 jaar geleden begonnen de enige Olympische Spelen ooit in ons land. Antwerpen had zelfs de eer een eerste keer de vernieuwende openingsceremonie te organiseren.

In zowat alle boeken over de Olympische Spelen van Antwerpen van 1920 staat te lezen dat die begonnen op 23 april en duurden tot 12 september. Ja, ga er maar eens voor zitten, dat zijn bijna vijf maanden sportpret! Maar die data moeten toch wat genuanceerd worden. Op 23 april begon de wintersportweek in Antwerpen met een ijshockey- en schaatstoernooi in het IJspaleis van Antwerpen. De Spelen van 1920 waren de laatste die zowel winter- als zomersporten aanboden.

Na die wintersportweek werd er echter niet gesport tot 14 augustus, zo’n kleine vier maanden later. Het is ook dan pas dat de openingsceremonie plaatsvond en dat de Spelen echt begonnen. Dat komt dan uiteindelijk neer op een kleine maand Olympische Spelen, wat nog steeds twee weken langer is dan de huidige edities.

Voorbereiding op vrede

Die befaamde 14 augustus begon met een religieuze dienst in de kathedraal van Antwerpen onder leiding van kardinaal Mercier. Alle atleten, vertegenwoordigers van de olympische comités en de nationale hoogwaardigheidsbekleders moesten naar die mis komen. Het was dus drummen geblazen. Mercier begon de plechtigheid met een moment ter nagedachtenis aan alle overledenen tijdens de Eerste Wereldoorlog – het was namelijk nog maar twee jaar na de Wapenstilstand in 1918.

Vervolgens richtte de kardinaal, die een van de symbolen van het verweer tegen de Duitsers was, zich tot de aanwezigen in de kerk. De Spelen moesten volgens hem als voorbereiding op de vrede dienen, wat het initiële doel was van IOC-voorzitter Pierre de Coubertin.

Weinig volk

Vanaf 14 uur was het de beurt aan de echte openingsceremonie in het gloednieuwe Beerschotstadion. Koning Albert I, in zijn typische uniform als opperbevelhebber van het Belgische leger, tekende present, net als de rest van de koninklijke familie.

Nadat iedereen zat, mochten alle 29 landen hun opwachting maken in de optocht. Daarbij was er geen plaats voor de Centrale Mogendheden met Duitsland, Oostenrijk, Hongarije, Bulgarije en Turkije. Zij waren niet welkom in Antwerpen. De organisatie vond het nog wat te vroeg om de agressors uit de voorbije oorlog al naar de Vlaamse stad te brengen. In Antwerpen waren er namelijk nog steeds grote haatgevoelens tegenover de Duitsers.

Het schouwspel was wel niet goedkoop. Een staanplaats kostte al 3 frank, om te zitten werd dat 10 frank. Met een bevolking die nog aan het rouwen was om de oorlog en die in grote armoede was terechtgekomen, verbaasde het dan ook niet dat er weinig volk in het stadion zat. Ook de koning merkte dat op. ‘C’est très jolie… Mais ça manque de peuple.

Victor Boin had de eer de eerste olympische eed te verkondigen
Victor Boin had de eer de eerste olympische eed te verkondigen© Belga Image

Drie primeurs

Pierre de Coubertin, de IOC-voorzitter en uitvinder van de moderne Spelen, had een groot doel voor ogen met de Olympische Spelen in Antwerpen. De Vlaamse havenstad was zwaar getroffen door de Grote Oorlog en met de toewijzing van de Spelen wou hij de stad een hart onder de riem steken en Vlaanderen roemen voor zijn moed tegen de Duitsers. Met de Spelen wou hij ook een vredesboodschap uitsturen, want hij doopte ze zelfs om tot ‘het festival van de vrede’.

Daarbij horen natuurlijk ook wat andere symbolische daden. Drie primeurs kreeg Antwerpen te zien tijdens de openingsceremonie. Ten eerste was er de olympische eed. Dat was al een idee sinds de Spelen in Athene van 1906, maar werd pas in Antwerpen voor de eerste keer uitgesproken.

Een staanplaats kostte al 3 frank, om te zitten werd dat 10 frank. Met een bevolking die na de oorlog in grote armoede was terechtgekomen, verbaasde het dan ook niet dat er weinig volk in het stadion zat.

‘In naam van alle deelnemers zweer ik dat we zullen deelnemen aan deze Olympische Spelen, ze zullen respecteren en ons zullen houden aan de regels die werden opgelegd, ons inzetten voor een sport zonder doping en zonder drugs, in de ware geest van sportiviteit, voor de glorie van sport en de eer van onze teams’, klonk het uit de mond van de Belgische olympiër Victor Boin.

Daarna was het de beurt aan het vrijlaten van vredesduiven. Er waren er 29 in het totaal, een per land. De duiven werden vrijgelaten door soldaten na een kanonschot – de oorlogsmentaliteit was dus wel nog aanwezig. Symbolischer kan het haast niet worden.

Tot slot, en dit was misschien wel de grootste en bekendste primeur, dook voor het eerst de olympische vlag op. De witte vlag met vijf ringen in verschillende kleuren moest de samenhang tussen alle landen symboliseren, want een van deze zes kleuren (wit inbegrepen) kwam voor in de vlag van ieder land. De ringen symboliseerden passie, vertrouwen, overwinning, ethiek en sportiviteit, maar niet verschillende werelddelen, dat is een mythe.

Nog tijdens de Spelen raakte de vlag opeens verloren. De Amerikaanse schoonspringer Harry Prieste zou in de vlaggenmast geklommen zijn en de vlag meegenomen hebben naar huis. De politie betrapte hem, maar de atleet was hen te snel af. Pas 77 jaar later dook de vlag terug op, toen Prieste bekende dat hij hem al die tijd bij hem thuis had gehouden. Op de Spelen van 2000 in Sydney werd de vlag ook officieel teruggegeven (Prieste was toen 103 jaar oud). De Amerikaans schoonspringer vertelde toen dat hij de vlag had meegenomen omdat hij een weddenschap had met de Amerikaanse zwemmer Duke Kahanamoku, een van de sterren van die Spelen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content