Chinese Super League voor dummies: het voetbal na de schandvlek

© REUTERS

De Chinese bond werkte in het begin van de jaren 2000 hard aan de professionalisering van de competitie. Matchfixing gooide echter roet in het eten. Deel 4 van onze reeks over de Chinese Super League.

Waar wij opgeschrikt werden door Operatie Propere Handen in het najaar, domineerden corruptie en omkoping de Chinese competitie in de jaren 1990 en 2000. Niet enkel bij de clubs stonden dubieuze praktijken centraal in de business van het voetbal, ook de afgevaardigden van de bond en scheidsrechters deden vrolijk mee.

De oudere garde van Chinese spelers had sinds het officialiseren van de professionele competitie zijn mentaliteit niet meteen aangepast. Zo gingen onder tafel enorme enveloppen met zwart geld de ronde tussen zowel voetballers, voorzitters, sponsors als bondsmedewerkers.

Van de hel

Na een twijfelachtig decennium in de Jia-A League wilde Yan Shiduo, de vicevoorzitter van de Chinese Football Association, in 2001 een hervorming van de voetbalstructuur. Supporters dropen ondertussen geleidelijk af waardoor de stadions er op dat moment erbarmelijk leeg uitzagen. Een probleem dat ook na de herstructurering nog jaren aansleepte.

Intussen verdriedubbelden de aantallen opnieuw. Met een gemiddelde van ruim 24.000 fans dreef de liefde voor het spelletje bij de meeste clubs opnieuw naar de oppervlakte.

Het jaar 2003 was het absolute dieptepunt voor het Chinese voetbal. Net op het moment dat hun internationale droom zich begon te ontplooien, kwam aan het licht dat hoge functionarissen van de bond al jarenlang geld in eigen zakken staken of dat doelbewust in de zakken van een ander dropten. Omkoping groeide uit tot een wekelijkse bezigheid.

Kampioen Shanghai Shenhua verloor uiteindelijk ook zijn titel na een uitspraak van de anticorruptiecommissie tien jaar later. De toenmalige voorzitter had namelijk zowel het hoofd van de scheidsrechtersbond alsook een specifieke ref omgekocht. De boel ontaardde volledig wanneer bleek dat uiteindelijk meer dan dertig actoren uit de hoge regionen van de sport al jaren betrokken waren bij matchfixing en illegaal gokken.

Publiekelijk nagelden de eerlijke medewerkers van de populairste sport in China de corrupte geldwolven aan de schandpaal. Yan Shiduo drukte zijn idee door waardoor een hervorming er ook effectief kwam in 2004, met daarbij een hele waslijst aan nieuwe regels en voorwaarden. De clubs waren gewaarschuwd, en iedereen mocht met een verse lei beginnen.

Naar de hemel?

Argwaan domineerde nadrukkelijk nog de competitie in de kinderjaren van de CSL. Niet alleen in eigen land, maar ook de rest van de wereld toonde zich twijfelachtig. Corruptie of niet, geld bleek alvast opnieuw geen probleem voor de ploegen. Plaatselijke sponsors zwaaiden met miljoenencontracten en overal stampten ze gloednieuwe stadions uit de grond.

De Brazilianen en de Oost-Europeanen konden als eerste overtuigd worden. Een voor een trokken ze richting Azië en vaak keerden ze niet veel later met een zak vol geld terug. De uitzonderingen die langer bleven, verdwenen vaak in de anonimiteit.

Tussen 2012 en 2014 raakte de aantrek van Europese en Zuid-Amerikaanse topspelers op toerental. Niet toevallig deed het Chinese gerecht toen ook zijn officiële uitspraken over de fraudezaken van een decennium eerder. Met het hele gedoe achter zich, focusten de Chinese eersteklassers zich vanaf dan op grote sterren. Onder andere Didier Drogba, Nicolas Anelka, Lucas Barrios en Luis Fabiano passeerden de revue. Ondertussen zijn de topnamen ook niet meer weg te denken uit de competitie.

Door de strengere opvolging vanuit de bond hoopt het hele land dat de criminele praktijken volledig verleden tijd zijn. De financiële middelen zijn er, de droom herleeft en de jeugdopleidingen krijgen een vaste vorm. Met de juiste kwaliteitsinjectie lijkt China klaar om de voetbaltop (eindelijk) te gaan bestormen.

Nick Vandierendonck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content