Flashback naar 18 juni 2016: de opmars van IJsland en zijn haka op het EK

© BELGAIMAGE

Terwijl België op 18 juni 2016 imponeert tegen Ierland (3-0), blijft IJsland ook tegen Hongarije ongeslagen op het EK. Dat wordt gevierd met een haka, die langzaam de Franse stadions verovert.

De feiten

‘Een land met een kleine mentaliteit.’ Cristiano Ronaldo kan er niet mee lachen, als op 14 juni zijn Portugal niet verder komt dan 1-1 tegen EK-debutant IJsland. Ze kunnen alleen verdedigen, vindt de gefrustreerde Portugees, die nochtans alle redenen heeft om feest te vieren.

Hij is door de invalbeurt van Renato Sanches dan wel zijn record als jongste Portugese international kwijt, maar het is zijn 127e interland en daarmee is hij Luis Figo voorbij en recordhouder voor Portugal.

Ronaldo schiet uit alle mogelijke hoeken, maar het is Nani die even voorbij het half uur de score opent. De gelijkmaker van Birkir Bjarnason na rust is ook historisch: het is niet alleen het eerste van zijn land op de eindronde van een EK, het is tevens het 600e op een EK.

Vier dagen later maken de fans van IJsland zich op voor een nieuwe match, dit keer tegen Hongarije. In de dug-out van de Hongaren zit iemand die we later nog beter zullen leren kennen: Bernd Storck.

En weer dansen de IJslanders. Ze laten de bal aan Hongarije, dat zijn tanden stuk bijt op de IJslandse defensie. Als Gilfy Sigurdsson IJsland via strafschop op voorsprong schiet, is een stunt – een eerste zege – lang in de maak. Helaas werkt Birkir Saevarsson vlak voor tijd een bal in eigen doel. Maar met een nieuw gelijkspel kan de haka toch opnieuw van stal. De neutrale fans smullen ervan.

Making-of

Eigenlijk is die haka… Schots, ontdekken de IJslandse media, die tijdens het EK verhalen maken over de ontstaansgeschiedenis van dat populaire geklap en de oerkreten van de inwoners van het eiland die plots voetbalgek worden.

In 2014 deed een club uit IJsland het voor het eerst. FC Stjarnan speelde toen in de voorronde van de Europa League tegen Inter en pakte ermee uit. De fans van het Schotse Motherwell deden het eerder ook. Beleefd vroegen de IJslanders of ze het mochten kopiëren. Een traditie werd geboren.

323.000 inwoners heeft IJsland bij de start van het EK: dat is indrukwekkend weinig. Nagenoeg allemaal wonen ze in en rond de hoofdstad Reykjavik. Dat vraagt om een bezoek, denken ze in voorjaar 2016 op de redactie van Sport/Voetbalmagazine en ze sturen Matthias Stockmans op verkenning. Hij moet uitvissen wat het succesrecept is. Zijn antwoord: indoorhallen.

Always be yourself. Unless you can be a Viking, then always be a Viking. Zo staat het verwoord in een slogan die de verslaggever opmerkt kort nadat hij voet zet op IJslandse bodem. IJslanders betuigen hun mythologische voorgangers nog steeds het nodige respect. De Vikingen waren in de achtste, negende en tiende eeuw robuuste zeevaarders, veroveraars die zich niet lieten afschrikken door een stormpje of vriesprikje meer of minder.

Diezelfde volharding dichten de IJslanders zich ook anno 2016 nog toe. Op een vulkanisch stuk rots, gekenmerkt door een woest (maan)landschap en een niet aflatende snijdende wind, kan je moeilijk anders. Het is vechten of sneuvelen. ‘Als je hier voetbalt, kan het al eens gebeuren dat je een bal vooruit trapt en bijna een owngoal maakt’, illustreert Rúnar Kristinsson, de voormalige stijlrijke spelverdeler van Sporting Lokeren, met een anekdote.

Niet enkel het veeleisende en onvoorspelbare klimaat houdt de aloude Vikingmentaliteit in stand. Het feit dat het land weinig groeimogelijkheden biedt, zorgt ervoor dat heel wat kinderen groot worden in de wetenschap dat ze ooit uit het vertrouwde nest moeten breken als ze carrière willen maken.

De haka van IJsland werd een hype in 2016
De haka van IJsland werd een hype in 2016© Belga Image

Die wetmatigheid geldt ook voor ambitieuze voetballers. IJsland heeft geen volwaardige profcompetitie, daarvoor is de afzetmarkt te klein. Gemiddeld dagen er 1500 toeschouwers per wedstrijd op. De meeste van de twaalf clubs werken met semiprofs. Trainen gebeurt ’s avonds, wanneer de dagtaak erop zit. Wie een beetje talent heeft, weet dat hij naar het buitenland moet. Voor IJslanders betekent dat meestal Zweden, Noorwegen of Denemarken, maar de meesten dromen van de Premier League.

Arnór Gudjohnsen, ex-vedette van Anderlecht en Bordeaux, speelt een belangrijke rol in de hausse van het IJslandse voetbal. De vader van Eidur ligt begin 21e eeuw mee aan de basis van een plan om het IJslandse voetbal te moderniseren. De IJslandse economie floreert en Gudjohnsen senior profiteert ervan om zakenpartners te overtuigen geld te investeren in de bouw van indoorhallen, overdekte voetbalterreinen met kunstgras. Door de gure en lange winters is het de traditie dat er tijdens de zomermaanden gevoetbald wordt (de competitie loopt van mei tot september) en dat de focus tijdens de wintermaanden verschuift naar zaalsporten of joggen.

Met de komst van de indoorhallen verandert dat denkpatroon. Vanaf 2004 nog meer, als de IJslandse voetbalfederatie van UEFA financiële steun krijgt – geld dat uit de Champions League en Europa League voortvloeit en opnieuw in infrastructuur wordt geïnvesteerd.

Het nationale stadion Laugardalsvöllur wordt opgeknapt, er komen dertien indoorhallen, kunstgrasvelden en een 150-tal sparkvellir, vergelijkbaar met de agoraspaces. Elke school, elke voetbalclub heeft er eentje. In één klap wordt op die manier voorkomen dat jongeren tijdens de donkere wintermaanden – met soms maar een paar uur daglicht – naar alcohol en tabak grijpen om de verveling tegen te gaan.

Het technische niveau van IJslandse jeugdvoetballers stijgt zienderogen. Een eerste resultaat volgt in 2011 met de kwalificatie voor het EK U21 in Denemarken, een primeur. Het belofteteam bestaat er onder meer uit Gylfi Sigurdsson, Kolbein Sigthórsson, Aron Gunnarsson, Birkir Bjarnason en Alfred Finnbogason. Leden van een gouden generatie die vijf jaar later de historische EK-kwalificatie bij de grote jongens zal bewerkstelligen. Twee keer winst tegen Nederland is daar een uitschieter.

En daarna

Nog veel meer haka. Euro 2016 wordt een sprookje. IJsland wint in de voorronde de derde match van Oostenrijk en mag naar de volgende ronde. Daar verrast het in Nice … Engeland, met 2-1. Roy Hodgson, de bondscoach, neemt prompt ontslag.

In de kwartfinale wacht Frankrijk en eindigt het EK. Het thuisland wint overtuigend met 5-2. Aan de rust staat het al 4-0. Twee jaar later is het sprookje alweer voorbij. IJsland is op het WK in Rusland weer van de partij, maar kan niet meer dezelfde energie op de mat brengen.

Het begint nog met een gelijkspel tegen Argentinië – het begin van het einde voor Messi op dat WK – maar verliest dan van Nigeria en in de slotminuut van de latere finalist Kroatië en mag naar huis.

En voor EURO 2020 (straks in 2021) is het land nog niet geplaatst. Het moet in de barrages nog voorbij Roemenië en de winnaar van het duel Bulgarije-Hongarije.

Bekijk hieronder nog eens de haka na de match tegen Engeland:

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content