Het Parijse vraagstuk: wat met Mbappé?

© BELGAIMAGE
Guillaume Gautier
Guillaume Gautier Journalist bij Sport/Voetbalmagazine en Sport/Footmagazine.

Na een superseizoen moest Edinson Cavani de speerpunt worden van het Parijse project. Maar de komst van Neymar en Kylian Mbappé heeft van PSG een puzzel gemaakt waar Unai Emery zijn hoofd over zal moeten breken.

Parijs had een grote naam nodig. Een man die de Frans-Qatarese dromen van de hoogste Europese eer kon waarmaken, een man die de ‘beker met de grote oren’ naar de trofeezaal van het Parc des Princes kon brengen. Eerst werd Zlatan Ibrahimovic met tromgeroffel ingehaald. Zijn regeerperiode van vier jaar was goed voor vier titels en drie topschutterskransen in de Ligue 1, maar het Europese avontuur strandde telkens in de kwartfinales van de Champions League, een enorme teleurstelling. De grootste prestatie van de bende van Laurent Blanc werd dan nog geschreven zonder Zlatan, toen de Parijzenaars op het veld van Chelsea de kwalificatie veiligstelden, met tien tegen elf. De Zweed was op Stamford Bridge immers al voor de rust uitgesloten.

De jaren gingen voorbij en de liefdesrelatie tussen Zlatan en de Champions League ging nooit verder dan een paar afspraakjes. Er moest dus ingegrepen worden. Het contract van de Zweed werd niet verlengd en dat van Blanc werd brutaal verbroken. Het PSG van Unai Emery zag het levenslicht. De ploeg werd opgetrokken rond een coach die een specialist was in Europese matchen met directe uitschakeling. De Bask had net drie keer op rij de Europa League gewonnen met FC Sevilla. Hij was de juiste man op de juiste plaats.

Maar de eerste stappen waren moeilijk: de Franse titel ging verloren ten voordele van het AS Monaco van Radamel Falcao en Kylian Mbappé, maar vooral de uitschakeling in de achtste finales van de Champions League na 4-0-winst in de heenmatch tegen FC Barcelona, smaakte zuur. Winst in de Franse beker en de ligabeker zouden normaal gezien het hoofd van de Bask niet gered hebben van het kapblok, maar kijk, hij zit er nog altijd.

Het nieuwe Parijs

Andere koppen zijn daarentegen wel gerold. Die van Olivier Létang, sportief directeur van de club sinds het vertrek van Leonardo, en van Patrick Kluivert, die vorig seizoen met veel toeters en bellen werd aangekondigd als ‘directeur voetbalzaken’. Het Qatarese bestuur wees met een beschuldigende vinger naar het duo, dat er tijdens de transferperiode in de zomer van 2016 niet in geslaagd was het Parijse project nieuw leven in te blazen. De transfer van Thomas Meunier was dan wel geslaagd, maar Jesé, Grzegorz Krychowiak en Hatem Ben Arfa hebben er niks van gebakken in Parijs en het talent van Julian Draxler volstond niet om de ploeg er in moeilijke momenten door te sleuren.

Het project had een leider nodig. Het soort speler dat in staat zou zijn de Catalaanse reus uit koers te slaan in de Champions League. Charismatisch genoeg om een historische vernedering zoals die op het gras van Camp Nou te vermijden. Met een ploeg waar Edinson Cavani dé ster was, had Emery niet de troeven in handen om de grote Europese clubs recht in de ogen te kijken. Het bestuur heeft de Bask dus aan boord gehouden aan het einde van een seizoen dat waarschijnlijk de geschiedenisboeken zal ingaan als een overgangsjaar tussen het Parijs van Ibra en het PSG van Neymar.

Het Parc des Princes wapent zich om de stap te kunnen zetten die het sinds de komst van de Qatari nog niet heeft gezet. Naast zijn nieuwe Braziliaanse sterspeler heeft Parijs ook Dani Alves aangetrokken, die de nodige ervaring heeft met Europese finales – hij speelde er al drie in de Champions League – en diepte het nog eens ettelijke miljoenen op om het Franse wonderkind Kylian Mbappé naar de hoofdstad te halen.

Alles vertrekt bij Neymar

Het offensieve compartiment van PSG is nu angstaanjagend sterk. De club heeft veel geld uitgegeven om zich te verzekeren van een plaatsje bij de laatste vier op het kampioenenbal. Normaal gezien worden die ingenomen door de grote drie uit Spanje plus Juventus, de vier clubs die al sinds vier jaar de CL-finales onder elkaar verdelen. Het enige wat Emery nog rest, is een evenwicht vinden. Dat is een delicate opdracht, zeker voor een trainer die het meer gewoon is om zijn soldaten naar de overwinning te schreeuwen dan om zijn generaals ervan te overtuigen om ten aanval te trekken.

De man met de hoogste militaire rang wordt ongetwijfeld Neymar Junior, het nieuwe meesterstuk in het Parijse project. PSG zal rondom hem opgetrokken worden, waarbij hij een rol zal krijgen die meer aanleunt bij de Braziliaanse Ney dan bij de Catalaanse Ney. Bij Barcelona was de linkerflank de habitat van de Braziliaan. Het centrum werd overgelaten aan de inspiratie van Andrés Iniesta en de totale bewegingsvrijheid die Luis Enrique aan Lionel Messi gaf. Neymar werd dus vooral gebruikt voor zijn dribbels, waarmee hij de meeste backs op deze planeet tureluurs draait. Zijn voornaamste taak was om de verdediging van de tegenstander te ontmantelen zodat MSN daarna de doodsteek kon geven.

Bij de nationale ploeg zien we een andere Neymar. Daar zet bondscoach Tite hem in een 4-1-4-1 eveneens op de linkerflank, maar krijgt hij veel meer vrijheid om naar de as van het veld uit te zwerven en de combinatie te zoeken met Philippe Coutinho, die op de andere flank postvat. De twee verdedigende middenvelders, Paulinho en Renato Augusto, staan maar wat graag het voorste deel van het veld af aan de offensieve sterspelers, zodat die daar het verschil kunnen maken. Neymar maakt gebruik van die vrijheid om zijn ploegmaats aan te spelen en zelf te scoren. Met zijn zes goals en zes assists in de WK-kwalificatiecampagne is Brazilië al geplaatst voor Rusland.

De tandem Alves-Verratti

In het favoriete spelsysteem van Unai Emery, de 4-2-3-1 die hij vorig seizoen te weinig heeft kunnen gebruiken, zou Neymar de offensieve middenvelder kunnen zijn, in steun van de zeer beweeglijke Cavani en bijgestaan door dynamische flankspelers: op links kunnen we ons perfect Mbappé voorstellen, die op die plaats opgeleid werd en er zijn snelheid en zijn technische kwaliteiten kan botvieren. En aan de andere kant Julian Draxler of Angel Di María, de Argentijnse luitenant die het generaalschap niet aankan, maar die de perfecte rechterhand kan zijn van de vedette.

Angelito en de Duitser zijn allebei spelers die het verschil kunnen maken. Liefhebbers van de bal, die PSG op rechts zouden kunnen laten combineren en op links snelheid kunnen laten maken. Die hypothese houdt des te meer steek als je naar de profielen van de rest van de basiself kijkt. Links achteraan is Yuri Berchiche vooral aangetrokken om onvermoeibaar de flank af te lopen, niet zozeer omdat hij technisch een kraan is. Hij is de tegenpool van Dani Alves, een back met de voeten van een middenvelder, in staat om met het middenveld te combineren en zo onder de druk uit te komen en dan nog eens de bal in te leveren bij de offensieve spelers.

De stelling wordt nog aantrekkelijker als je er Marco Verratti aan toevoegt. De Italiaan was in het begin van de zomer duidelijk van plan om te vertrekken naar Barcelona, omdat hij ervan droomde deel uit te maken van de best combinerende ploeg van de planeet. PSG heeft hem niet alleen overtuigd om te blijven, maar heeft ook een blaugrana touch toegevoegd aan zijn eigen elftal, met de komst van Alves en Neymar. Samen met de twee Brazilianen en met Thiago Motta kan Verratti van de balcirculatie van PSG een Europese referentie maken.

4-3-3, Motta en Cavani

Het probleem van de 4-2-3-1 is dat bij balverlies de fysieke inspanningen te zwaar zouden kunnen wegen voor de oude knoken van de 35-jarige Thiago Motta. De oud-speler van Barça en Inter schittert vooral in een 4-3-3, een systeem waarin zijn mindere fysieke volume verdoezeld wordt door zijn plaatsing en zijn vermogen om nooit de bal te verliezen. Zonder hem moet PSG Adrien Rabiot aan Verratti koppelen voor de verdediging, maar dat duo lijkt nog te broos, zeker omdat de elegante Franse middenvelder nog een groeiproces heeft af te leggen. Gevolg: Motta is voorlopig onmisbaar en de 4-3-3 dus onvermijdelijk. Het is trouwens zo dat PSG zijn eerste twee competitiewedstrijden van het nieuwe seizoen heeft gespeeld.

Als de drie middenvelders in die formatie Motta, Rabiot en Verratti heten, maakt dat de puzzel in de voorlinie er wel complexer op. Onmogelijk om Neymar ergens anders te zetten dan op links van de offensieve drietand, met de vrijheid om meer dan in zijn Catalaanse periode naar het centrum uit te wijken. Met middenvelders in zijn rug die een perfecte pass tussen de lijnen kunnen geven, zou hij ook de bal heel hoog kunnen krijgen. Zo zou hij niet in de val trappen van de nummer 10 in een 4-2-3-1, die vaak de neiging heeft om de bal heel laag te komen opvragen.

Dan blijven er nog twee plaatsen over voor heel wat kandidaten. Als we ervan uitgaan dat de ploeg hoog en dominant zal spelen, lijkt Mbappé een betere kandidaat dan Cavani om in de punt post te vatten. De eerste controle van de Uruguayaan is veelal niet perfect en hij heeft zijn beperkingen in het combinatiespel, twee problemen waar de Franse tiener geen last van heeft. Als we de vergelijking met Barcelona doortrekken, zou Cavani de rol van rechterwinger op zich kunnen nemen. Net als Pedro en later Alexis Sánchez in het Barça van Pep Guardiola kan hij dan diep gaan en op die manier goals maken. Maar Edinson daarvan overtuigen zal een ander paar mouwen zijn. Na jaren naar de linkerflank verdrongen te zijn om koning Ibrahimovic centraal te laten uitblinken, kon hij vorig seizoen eindelijk naar de as van het veld opschuiven en was hij daar goed voor 49 doelpunten in 50 matchen, alle competities inbegrepen. Zal het perspectief van winst in de Champions League volstaan om Cavani te laten knielen voor een puber van achttien jaar die nog maar een halfjaar geleden aan de oppervlakte kwam? Emery de tacticus heeft heel wat werk, maar niet zoveel als Emery de psycholoog…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content