Braziliaanse sterspeler van Real Madrid beleefde twee jaar vol twijfels.
Het ergste leed is achter de rug voor de inmiddels 29-jarige Kaká, die in 2009 voor 67 miljoen euro werd overgenomen van AC Milan. Afgelopen weekend scoorde de Braziliaan in de Spaanse competitie voor de Koninklijke tegen Betis (4-1).
Voor de vierde opeenvolgende keer kwam Kaká aan de aftrap als titularis in het sterrengezelschap van José Mourinho, wat het beste doet verhopen na een periode vol kritiek en dreigende berichten over een mogelijk voortijdig afscheid.
Voormalig Spaans international Emilio Butragueño verklaarde in L’Equipe dat “we de goede Kaká binnenkort zullen terugzien, want hij wordt wekelijks sterker en beslissender”.
De wereldkampioen van 2002, die in 2007 de Gouden Bal en de Champions League veroverde, praatte aan de vooravond van de CL-confrontatie tegen Ol. Lyon over zijn sombere tijd vol revalidatie (na pubalgie en knieproblemen). “Tot voor kort voelde ik me verloren op het veld”, beweert Kaká in de Franse sportkrant. “Ik was een robot geworden, de dynamiek en mijn natuurlijke klasse waren weg. Het probleem lag volledig bij mezelf. Ik moet bekennen dat ik thuis vaak weende.”
Vooral de rol van Mourinho was belangrijk voor zijn terugkeer. “In plaats van me te laten vallen na rampzalige trainingen en wedstrijden praatte hij heel kalm op me in, om me te helpen. Ik weet niet of ik ooit nog mijn niveau van bij Milan zal halen, maar er zijn alleszins signalen die er op wijzen dat het mogelijk moet zijn.” (FV)
