Steve Van Herpe

‘Offeren op het altaar van het voetbal is normaal geworden’

Steve Van Herpe Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Steve Van Herpe vraagt zich af waar het naartoe gaat als het voetbal 6500 mensenlevens eist.

Schop de mensen tot zij een geweten krijgen. Het is een van de zinnen uit het oeuvre van Louis Paul Boon die in onze contreien tot het collectieve geheugen behoren. En het is nog steeds actueel. Soms hebben mensen een trigger nodig om wakker te schieten. In dit geval was dat de column van Youp van’t Hek in het NRC Handelsblad. Daarin vraagt de Nederlandse cabaretier zich af of je eigenlijk mag voetballen op een kerkhof. Want hij weet het wel zeker: Virgil van Dijk en zijn vrienden gaan straks niet spelen op een knekelveld waar de botten van meer dan 6500 Aziatische slaven liggen.

Dat is namelijk het het hallucinante aantal gastarbeiders dat tussen 2010 en 2020 verongelukte bij de bouw van de gloednieuwe WK-stadions in Qatar, zo berichtte The Guardian vorige week. Even herhalen: 6500! Dat zijn er bijna twee per dag. En de Britse krant vermoedt dat de cijfers nog veel hoger liggen.

Offeren op het altaar van het voetbal is normaal geworden.

Mocht dat hier in België gebeuren bij, pakweg, de bouw van het nieuwe stadion van Club Brugge, we zouden moord en brand schreeuwen. Maar het gaat om arbeiders uit India, Pakistan, Nepal, Bangladesh en Sri Lanka en dan halen we onze schouders eens op. Alsof dat geen mensen zijn, alsof zij geen gezin achterlaten, kinderen die hun vader voor altijd kwijt zijn.

Offeren op het altaar van het voetbal lijkt de normaalste zaak van de wereld geworden te zijn. Aan de handen van hogepriester Gianni Infantino kleeft het bloed van uitgerukte harten, maar het volk juicht. Het plebs heeft brood en spelen nodig, zo lijkt de redenering van de elite.

Onze regering hanteerde eenzelfde argument om tijdens de coronapandemie zowat alles stil te leggen, behálve het voetbal in 1A en 1B. Want de goegemeente heeft afleiding nodig, iets om naar uit te kijken.

En zo wordt het mantra van de 21e eeuw dat het voetbal koste wat het kost moet doorgaan. We zagen het vorig jaar ook al bij de uitbraak van Covid-19. De Bundesliga trok zich in geen tijd terug op gang, andere grote competities volgden. Wat de spelers er zelf van vonden dat ze lijf-aan-lijfduels moesten uitvechten, dat was bijzaak. Fussball über alles.

Let wel: ik ben, net zoals veel mensen, een voetballiefhebber. Ik geniet van het spelletje, het zit in mijn bloed. In alle objectiviteit: een mooiere sport is er niet. Maar zijn we bereid daar gelijk welke prijs voor te betalen?

Er hangt bloed aan de bal. Wanneer schoppen we onszelf een voetbalgeweten?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content