Sergio Ramos is de absolute leider van Real Madrid

© BELGAIMAGE

De 32-jarige aanvoerder van de Koninklijke hoopt zijn team voorbij Bayern München te loodsen voor de vierde eindwinst in de Champions League sinds het seizoen 2013/14.

‘De baas is terug.’ Iedere fan van de twaalfvoudig CL-winnaar weet wat de Spaanse sportkrant Marca hiermee bedoelt als ze dat kopt. Ze bejubelen het egocentrische gedrag van Cristiano Ronaldo en zijn beslissende goals, ze houden van de anarchistische speelstijl van Isco, klappen in de handen bij de passing van Toni Kroos maar worden pas echt lyrisch als het over de sleutelfiguur in het sterrengezelschap van trainer Zinédine Zidane gaat.

Want Sergio Ramos wordt aanzien als de onomstreden gangmaker, die ook optreedt als grote broer van de jongere talenten. Nadat Marco Asensio zich in de heenwedstrijd van de halve finales op het kampioenenbal in München kroonde tot matchwinnaar bij de 1-2-zege, was de verdediger er als de kippen bij om de 22-jarige aanvallende middenvelder te complimenteren.

Dat Ramos defensief vrij onmisbaar is, bleek tijdens de terugwedstrijd bij de kwartfinales tegen Juventus. Zijn schorsing kwam slecht uit, want de Italianen haalden het met 1-3 in de Spaanse hoofdstad, na de eerdere 0-3 in Turijn. Oud-international Paul Breitner, een icoon van Bayern München, bewierookte de kwaliteiten van de 151-voudige Spaanse international in de krant El País. ‘Hij is een killer in de zestien meter van de tegenstander. Cristiano Ronaldo maakt de doelpunten, maar Sergio Ramos geldt sinds vele jaren als de sleutelpion van Real Madrid.’

Lang moest hij wachten op deze erkenning. En vooral hard werken. Sergio Ramos kwam als negentienjarige tijdens de zomer van 2005 over van FC Sevilla. Bij de Galácticos speelden toen onder anderen Raúl, David Beckham en zijn huidige coach Zidane. De jonge Andalusiër paste niet in dat team van vedetten. Een luchtfietser, zo weerklonk snel de kritiek, een risicovoetballer die zichzelf niet kon inschatten en constant provoceerde.

Na bondscoach Luis Aragonés, die de speelstijl van La Roja revolutioneerde en met de EK-titel in 2008 iedereen verbaasde met Ramos als flankverdediger, was het José Mourinho die de juiste ingreep uitvoerde. Ramos verhuisde opnieuw naar de positie centraal achterin, waar zijn kopbalsterkte, balvastheid en uitstekend positiespel maximaal werden benut. Het was Mesut Özil die als eerste de aanvoerder, na het vertrek van Iker Casillas bestempelde als de grote broer van zijn medespelers.

Ramos zit ondertussen aan drie CL-eindzeges, naast twee EK’s en 1 WK met Spanje. Toch blijft hij ook een heethoofd, want de verdediger zit in zijn carrière aan 24 uitsluitingen. Geen enkele speler van Real Madrid deed het hem voor. Zo prijkt hij dus ook in de geschiedenisboeken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content