Statistisch bewezen: wie van Brazilië wint, speelt de WK-finale

© AFP
Jarno Bertho
Jarno Bertho Freelancejournalist

Vijf wereldtitels hebben ze op zak, maar de laatste dateert al van 2002. Na de dramatische uitschakeling tegen Duitsland in eigen land vier jaar geleden is Brazilië in Rusland op zoek naar revanche. Haalt de Seleçao de finale niet, dan wellicht wel de ploeg die hen weet uit te schakelen.

Vrijdag staan de Rode Duivels voor het eerst sinds 2002 weer oog in oog met Brazilië. Voetbalstatistieken zijn niet sluitend en worden in de praktijk vaak ontkracht wanneer ze vlak voor wedstrijden in perszalen worden uitgesproken of in kranten worden neergeschreven. Uit vertrouwen in de Rode Duivels wagen we er ons toch aan: het land dat Brazilië op de voorbije 7 wereldkampioenschappen uitschakelde won effectief dat WK of haalde op z’n minst de finale.

1990: Argentinië – Brazilië (achtste finale)

In Italië kon Brazilië na de groepsfase een nagenoeg perfect rapport voorleggen: drie zeges met telkens één doelpunt verschil. Zuinig, zoals dat dan heet. De Argentijnen daarentegen werden in een poule met Kameroen, Roemenië en de Sovjet-Unie slechts derde, maar van alle derdes wel de beste.

En dus werd de uittredende wereldkampioen heropgevist en in de achtste finale gekoppeld aan Brazilië. Vooraf omschreven als het duel der Napolitaanse spitsen: Careca bij de Brazilianen, Maradona aan de overzijde. Tien minuten voor tijd zette het nummer tien bij Argentinië een dribbel in van op de eigen helft. Vier tegenstanders in de wind – zoals de legende het dus voorschrijft – en Claudio Caniggia door de buitenspelval vrijgespeeld.

De goudblonde langharige spitsbroeder van Maradona omspeelde Claudio Taffarel nog eens en werkte eenvoudig af. Exit Brazilië. Argentinië bereikte via strafschoppenreeksen tegen Joegoslavië en Italië de finale in Rome, die van Duitsland werd verloren.

1994: Brazilië pakt vierde wereldtitel

Het WK in de Verenigde Staten werd het enige waarbij de winnaar het tornooi aanvatte met een andere kapitein dan waarmee het in de finale startte. Rai – broer van Socrates – droeg de aanvoerdersband in de openingsmatch tegen Rusland. Ook in de overige groepswedstrijden tegen Kameroen en Zweden was hij aanvoerder.

Nadien zou hij geen enkele keer meer starten en dus ging de band naar Dunga. De kapiteinskwestie bood de Brazilianen geen nadeel, want onderweg naar de finale werden de Verenigde Staten, Nederland en Zweden opzijgezet. De finale tegen Italië werd pas na strafschoppen gewonnen, waarbij de beslissende werd binnengetrapt door … kapitein Dunga.

1998: Brazilië – Frankrijk (finale)

Vier jaar later bereikt Brazilië de finale, die weliswaar met 0-3 van Frankrijk verloren werd. Tot twee keer Zinédine Zidane en eenmaal Emmanuel Petit zorgden voor de doelpunten in Parijs. Het zou 16 jaar lang de grootste nederlaag zijn die de Brazilianen ooit leden op het wereldkampioenschap.

2002: Brazilië pakt vijfde wereldtitel

In Parijs stond Ronaldo nog doodziek aan de aftrap, in Yokohama in Japan was O Fenomeno wel bij de les. Twee treffers voorbij Oliver Kahn bezorgden Brazilië een vijfde wereldtitel tegen Duitsland. Op weg naar die WK-zege werd in de achtste finale België opzij gezet.

2006: Brazilië – Frankrijk (kwartfinale)

Vier jaar later speelde de Seleçao een puike groepsfase: drie zeges en zeven doelpunten. Kroatië, Australië en Japan waren de tegenstanders. Dankzij de groepszege kreeg Brazilië in de achtste finale ‘slechts’ Ghana tegenover zich. Dat vormde geen probleem (3-0), maar tegen Frankrijk ging het in de kwartfinales opnieuw fout.

In de categorie ‘grootste dekfouten ooit op een wereldkampioenschap’ staat die van Brazilië in de betreffende partij hoog gerangschikt. Op een vrijschop werd Thierry Henry moederziel alleen vrijgelaten aan de tweede paal, met alle gevolgen vandien. Frankrijk door – ook naar de finale – maar daarin won Italië na strafschoppen.

2010: Brazilië – Nederland (kwartfinale)

Brazilië doorstond ook in Zuid-Afrika vrij eenvoudig de groepsfase. In de achtste finale ging ook Chili (3-0) voor de bijl maar het WK-avontuur stopte tegen alle verwachtingen in tegen Nederland. In de kwartfinale bracht Robinho de recordkampioen wel op voorsprong, maar twee goals van Sneijder – waarvan één nota bene met het hoofd (weet u nog?) – beëindigde de WK-droom van bondscoach Dunga, die zestien jaar eerder als speler de wereldbeker omhoog hees. Die droom werd uiteindelijk werkelijkheid voor Spanje, dat in de finale in Kaapstad Nederland versloeg in de verlengingen.

2014: Brazilië – Duitsland (halve finale)

Thomas Müller. Miroslav Klose. Toni Kroos. Sami Khedira. André Schürrle. Allevijf stonden ze op het scorebord in de halve finale van het WK 2014. Nooit eerder leed Brazilië een zwaardere nederlaag. 1-7 werd het en nota bene nog in eigen land ook. En zoals de statistiek het voorschrijft, werden de Duitsers wereldkampioen. Brazilië moest genoegen nemen met plek vier.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content