Paul De Grauwe is volgens Nobelprijswinnaar economie Paul Krugman een van de belangrijkste economen in de wereld. Minder bekend is dat de Leuvenaar een groot, maar ook bezorgd voetballiefhebber is.
Paul De Grauwe is een supporter van Anderlecht, bekent hij in een interview met Sport/Voetbalmagazine. “Zeker en dat zal nooit veranderen, maar ik ga niet vaak meer naar Sporting kijken nu ik in Londen werk en er vaak verblijf. Ik ga geregeld naar matchen van Arsenal. De eerste keer wilde ik eens dat indrukwekkende Emirates Stadium zien. Ik was meteen verkocht en heb me bij de club aangesloten.”
“Ik heb onder andere Manchester City in de Emirates gezien en Anderlecht in de Champions League. Het was een fenomenale match. Ik dacht aanvankelijk: arm Anderlecht. Paars-wit werd eerst compleet weggeveegd, maar plots was er die fenomenale ommekeer. Het was mooi om zien.”
Waarom viel zijn keuze in Londen op Arsenal? De Grauwe: “Ik had ook voor Chelsea kunnen kiezen. Daar spelen Belgische jongens als Thibaut Courtois en Eden Hazard. Ik heb echter iets tegen die club. Dat heeft alles te maken met Roman Abramovitsj. Die man is zoals veel van die Russen schatrijk geworden omdat ze dankzij hun connecties voor een appel en een ei publieke eigendommen in de schoot kregen geworpen. Ze hebben op geen enkele manier bijgedragen aan de welvaart van Rusland. Ik zou zeggen, integendeel. Wat publiek bezit was, hebben ze op zak gestoken. Dat was voor mij voldoende om nee te zeggen tegen Chelsea, ook al hebben The Blues geweldige spelers. Mijn keuze heeft ook te maken met Arsène Wenger. Die man heeft stijl en dat geldt ook voor het voetbal dat hij brengt. Wenger gaat altijd voor positief, aanvallend voetbal.”
Voorstander van een BeNe League
De rijken worden steeds rijker. Ook en misschien vooral in het voetbal. “Vroeger hadden ploegen uit België of Nederland meer kansen”, weet Paul De Grauwe. “Vandaag kunnen ze niet meer opboksen tegen ploegen die over een astronomisch budget beschikken en hun beste spelers afromen.”
Televisie is de belangrijkste inkomstenbron geworden en onze clubs zijn veroordeeld tot een kleine markt. “Iedereen kan het argument hanteren dat hij tegen het buitenland moet opboksen. Ik zie daar vooral een argument in om tot een fusie met Nederland te komen. Dan heb je een markt van 27 miljoen mensen. Dat is niet zo veel minder dan Spanje of zo.”
Professor Stefan Szymanski van de London School of Economics pleitte er jaren geleden al voor om in Europa in acht regio’s te gaan voetballen om een ‘level playing field’ te creëren. “Dat zou een oplossing zijn, maar het botst met de traditie. Zelfs tussen België en Nederland blijkt het niet evident om in één competitie te voetballen.”
François Colin
Lees het interview met Paul De Grauwe in Sport/Voetbalmagazine van 29 juli.
