Voorbeschouwing Italië – Zweden: FC Conte tegen Zlatan

© Belga Image

De clash tegen Zweden wordt een interessante case study.

Het geheim van Italië op dit EK heeft een naam. Die van bondscoach Antonio Conte. Een trainer met een grinta en uitstraling op zijn spelers zoals ook José Mourinho en Diego Simeone die hebben, maar in tegenstelling tot die twee wel met een voorkeur voor aanvallend voetbal.

Conte’s aanpak stoelt op drie principes: werken, werken en nog eens werken. Andere bondscoaches reizen zo laat mogelijk af naar een groot toernooi uit vrees dat de spelers zich zouden vervelen. Conte was woedend toen hij een deel voorbereiding moest inleveren omwille van de Italiaanse bekerfinale. Hij laat Italië dan ook spelen als een clubelftal, gebaseerd op automatismen en nauwkeurig tijdens de drie weken stage ingeslepen automatismen.

Conte houdt niet van sterren, maar van het collectief. Dat komt goed uit. Deze squadra hééft namelijk geen sterren. Van het vorige WK blijven nog twaalf spelers in de huidige selectie over. Niet de vedetten van toen – Andrea Pirlo, Mario Balotelli, Marco Veratti – maar, op Gigi Buffon na, de soldaten. Van de Squadra die in 2006 in Berlijn wereldkampioen werd, blijven Gigi Buffon, verdediger Andrea Barzagli en middenvelder Daniele De Rossi over.

Het sterke punt blijft de Italiaanse muur, die maakt dat Italië gemiddeld het oudste team in de eerste ronde had. Buffon, Barzagli, Leonardo Bonuccien Giorgio Chiellini kennen mekaar door en door, ze werden vijf keer na mekaar kampioen met Juventus. De basis van hun succes legde Antonio Conte, met wie ze de eerste drie van de vijf behaalde titels wonnen.

In de spits bij de Squadra lopen Graziano Pelle en Eder. Ooit speelden ze op een blauwe maandag samen bij de beloften van Lecce, waar Pellé na twee wedstrijden in het eerste elftal in de Serie A met een onvoldoende doorgestuurd werd. Eder – die toen bij Lecce als testspeler was – werd evenmin weerhouden. Pellé kreeg pas via een omweg naar Nederland – aarzelend begonnen bij AZ, later doorgebroken bij Feyenoord – bekendheid in eigen land. Vandaag zijn ze tot hu eigen verbazing belangrijke pionnen in een groter verhaal.

Contes geheim? In het hoofd van elk van zijn spelers kruipen en ze motiveren te doen waarvan hij denkt dat ze beter worden. Hij geeft zelf het voorbeeld. Conte slaapt minder dan zijn spelers, zit voor hen aan de ontbijttafel en geeft elke training 100 procent van zichzelf waardoor geen enkele speler het aandurft om maar tot 99 procent te gaan.

Conte is geen vaderfiguur, wil geen vrienden of familie rond het team. Professioneel werken is de norm. Dat houdt in: zes dagen op zeven tactische bespreking en videoanalyse, van het eigen team of de tegenstander, in sessies van een half uur tot een uur. Op training wordt naar perfectie gestreefd, desnoods wordt een oefening 100 keer herhaald.

Conte toont hoe de spelers als ploeg over het veld moeten bewegen, maar ook hoe spelers positioneel moeten gaan staan, hoe ze hun lichaam moeten bewegen. Hij vraagt van zijn spelers technisch-tactische inspanningen, mentale inspanningen om de concentratie aan te scherpen en fysieke inspanningen, waar veel spelers tijdens de voorbereidende stage flink moesten aan wennen, omdat ze intensiever zijn dan wat ze bij hun club gewend waren, zowel qua volume als qua intensiteit.

Het resultaat? Een team dat tegen België 120 kilometer liep, twaalf kilometer meer dan de Belgen en meer dan de andere hardlopers van de eerste speeldag, Oekraïne en Duitsland.

Eén ding beseffen de Italianen heel goed voor de aftrap tegen Zweden. Ook op het WK 2014 leverden ze een fantastische prestatie op de eerste speeldag, tegen Engeland, en was er euforie alom, maar vervolgens gingen ze er wel na de eerste ronde uit, na een nederlaag tegen Costa Rica.

De clash tegen Zweden wordt een interessante case study. Een wedstrijd tussen een collectief uitgebalanceerd blok en een éénmansteam rond de fantastische Zlatan, die voor een groot deel als prof gevormd werd in… Italië.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content