Waarom Atlético Madrid dé titelfavoriet in Spanje is

© BELGAIMAGE
Guillaume Gautier
Guillaume Gautier Journalist bij Sport/Voetbalmagazine en Sport/Footmagazine.

In zijn negende seizoen als coach van die andere ploeg uit Madrid heeft Diego Simeone van de Colchoneros weer een titelkandidaat gemaakt. Misschien wel de titelfavoriet.

Voetbal staat niet hoog op de agenda van Frédéric Beigbeder. De Franse schrijver gaf in een interview met L’Equipe onomwonden toe dat hij voor het eerst een voet in een stadion zette tijdens de finale van het WK in 2018, toen een Russische vriend hem had uitgenodigd in diens loge. ‘En ik ga nooit meer terug, want beter dan dat zal het niet meer worden’, zei hij ook. Nochtans beschreef de Fransman in zijn roman Liefde duurt drie jaar (1997) eigenlijk een impliciete voetbalwet. De wet die zegt dat de tijd van een trainer op zijn einde loopt wanneer hij drie jaar op dezelfde bank heeft gezeten.

Diego Simeone heeft hoogstwaarschijnlijk nooit Beigbeder gelezen, want het is al geleden van het einde van 2011 dat El Cholo plaatsnam op de bank van Atlético Madrid, de club die hij als speler naar een historische dubbel gestuwd had in 1996. Negen jaar en ruim 500 wedstrijden later heeft de Argentijn nog altijd de echtscheidingspapieren niet getekend.

Toch waren er al wel geruchten over een toekomst bij Inter, die andere club van zijn hart, of als bondscoach van de Argentijnse nationale ploeg. En de voormalige verdedigende middenvelder was zelf nogal expliciet toen hij na een vernederende bekernederlaag tegen een tweedeklasser liet optekenen: ‘Als ik er volgend jaar nog ben…’

In de wandelgangen van de club denkt men dat het eerder een strategische uitspraak is, hetzij om stemmen te doen opgaan om de idylle tussen hem en de club te verlengen, hetzij om tegenover de media een rookgordijn op te trekken rond de vroegtijdige bekeruitschakeling, die niet paste bij een club die daarin veel verder wil doorgaan.

Drie jaar, dat was wel de ideale tijdsspanne om het hoogtepunt tussen El Cholo en Los Colchoneros te bereiken. In 2014 slaagde de club er dankzij de goals van Diego Costa en de handschoenen van Thibaut Courtois in om de finale van de Champions League te bereiken en – vooral dat – een einde te maken aan de hegemonie van de reuzen Barça en Real.

Voor het eerst in tien jaar ontglipte La Liga aan de twee historische rivalen. In de zes seizoenen die sindsdien volgden, pakte het duo de titel ieder op zijn beurt weer terug. Maar dit seizoen kan weer alles veranderen. Voor het eerst in vier jaar lijken de Matrassenmakers in staat om opnieuw het kostuum van titelkandidaat aan te trekken.

Hoewel Simeone elk nieuw seizoen aanvat met gedurfde ideeën, telkens keert hij weer terug naar zijn favoriete recept: een goed georganiseerd defensief blok.
Hoewel Simeone elk nieuw seizoen aanvat met gedurfde ideeën, telkens keert hij weer terug naar zijn favoriete recept: een goed georganiseerd defensief blok.© GETTY

Een nieuwe cyclus

In de loop van vorig seizoen leek het er nochtans heel anders uit te zien. Toen had het Wanda Metropolitano fluitconcerten over voor de prestaties van het lokale icoon Koke of de soms slaapverwekkende tactiek van een erg berekende Simeone. De Argentijn had nochtans tijdens de voorbereiding al voorspeld dat 2019/20 een overgangsseizoen zou worden in zijn Madrileens parcours, omdat er een nieuwe cyclus begonnen werd. Geen cyclus waarbij de trainer vervangen wordt – die is onaantastbaar, een god. De club koos dus voor een doorgedreven vernieuwing van de spelerskern. Daarbij waren de torenhoge uitgaven (met onder meer 120 miljoen euro voor het Portugese wonderkind João Félix van Benfica) niet van dien aard om tevreden te zijn met een rol als outsider.

De spraakmakende transfer van de jonge Portugees deed bijna ver-geten dat Atleti die zomer een flinke aderlating had ondergaan. Enkele patrons die bijna tot het meubilair behoorden, verlieten de club aan het eind van hun contract: Diego Godín vond onderdak bij het Inter van Antonio Conte terwijl Filipe Luís en Juanfran de Atlantische Oceaan overstaken om hun toekomst op Braziliaanse bodem verder te schrijven. Lucas Hernández (Bayern) en Rodri (Manchester City), nochtans voorbestemd tot een lang leven bij de Colchoneros, ledigden hun locker en vulden de schatkist. Die exodus werd nog dikker in de verf gezet door het spectaculaire vertrek, verteld als een feuilleton met vele afleveringen, van Antoine Griezmann naar Camp Nou. De ploeg werd dus verjongd met het oog op het seizoen erna en zat qua prestaties ver van haar top, maar hoopte toch om dicht genoeg bij haar concurrenten te blijven in de race naar de Champions League.

Diego Simeone heeft er intussen al meer dan 500 wedstrijden als coach van Atlético op zitten.
Diego Simeone heeft er intussen al meer dan 500 wedstrijden als coach van Atlético op zitten.© BELGAIMAGE

Atleti kende inderdaad een tumultueus seizoen, ondanks de uitschakeling van het ongenaakbare Liverpool in de achtste finales van de Champions League dankzij verdedigende middenvelder Marcos Llorente die zich plots tot goalgetter ontpopte. Maar uiteindelijk hees het zich toch comfortabel in de top vier, met wel slechts 70 punten op de teller. Dat was het laagste aantal sinds 2011/12, het seizoen waarin Simeone arriveerde. Onder leiding van de Argentijn haalden de Madrilenen dus nooit minder punten in één seizoen. Dat was best frustrerend, ook al ligt de periode van titels met 100 punten alweer achter ons, nu ook de gouden jaren van het Real van Cristiano Ronaldo en het Barça van Lionel Messi tot het verleden behoren.

Zegevieren met Suarez

Maar Diego Simeone is er nog altijd. Hij blijft zijn mannen inpalmen met het vertrouwde recept. ‘ El Cholo zou de beste verkoper ter wereld kunnen zijn’, lachte Juanfran toen hij eind vorig jaar door El País werd geïnterviewd naar aanleiding van de 500e wedstrijd van de Argentijn op de bank van Atlético. Het vertrek van Thomas Partey naar Arsenal verstoort geenszins het evenwicht van een ploeg die in elke linie nieuwe patrons heeft ontdekt. Achteraan zijn José María Giménez en Stefan Savic tot volle wasdom gekomen, terwijl de Spaanse international Mario Hermoso na een moeilijk eerste seizoen zijn draai begint te vinden. Op het middenveld geven de eeuwige Koke en Saúl Ñíguez, trouwe soldaten van het cholismo, steun aan de jonge Llorente en de teruggekeerde Yannick Carrasco (zie kader). Vooraan was men nog op zoek naar een grote naam om de nog wat frêle Félix bij te staan. De opportuniteit daarvoor kwam uit Camp Nou, waar men zich wilde ontdoen van Luis Suárez.

De Uruguayaanse Pistolero is niet meer de man van de gala-avonden. Zijn topsnelheid is afgebot en de tegenstanders vrezen hem niet meer wanneer ze hun laatste lijn opstellen ter hoogte van de middencirkel. Zijn enorme activiteit heeft hem al een overvloed aan trofeeën opgeleverd en zijn verzadigde lichaam verbergt niet langer de technische beperkingen die in de Europese topwedstrijden eerder een handicap geworden zijn. Kortom, Luis Suárez is niet langer een aanvaller voor de Champions League.

Luis Suárez is niet langer een aanvaller voor de Champions League, maar in de Primera División is hij een vaste waarde.
Luis Suárez is niet langer een aanvaller voor de Champions League, maar in de Primera División is hij een vaste waarde.© GETTY

Daarentegen blijft hij een vaste waarde wanneer het gaat om het wekelijks aan elkaar rijgen van doelpunten tegen binnenlandse opponenten die zich vaak terugtrekken in hun zestien meter. ‘Hij stond daar waar een nummer 9 moet staan’, zegt Simeone over hem na een beslissend doelpunt in een moeilijke match tegen de stevige organisatie van Alavés. Ook al bleef hij in zijn laatste Catalaanse seizoen hangen op 17 goals, alle seizoenen in Spanje daarvoor sloot hij af met een totaal tussen de 20 en de 40 treffers. Met een bilan van 147 doelpunten in 191 matchen in de Primera División is hij een erg aantrekkelijke spits voor een ploeg die eerder gemaakt lijkt om op nationale lauweren te azen dan om een Europese droom na te jagen. Zeker nu de ploeg geen Griezmann meer heeft, die na het vertrek van Radamel Falcao (in 2013 naar Monaco) en Diego Costa (in 2014 naar Chelsea) lange tijd de afwezigheid van een echte nummer 9 heeft kunnen maskeren. Hoewel er nadien ruim 300 miljoen euro werd uitgegeven, konden noch Mario Mandzukic, noch Jackson Martínez, noch Kevin Gameiro, noch Alvaro Morata die leemte opvullen. Zelfs de terugkeer van El Niño Fernando Torres naar de oude stal had niet het effect die de komst van Luis Suárez heeft.

Aanvankelijk gelanceerd door de goals van een spetterende Félix verliezen de Colchoneros gaandeweg hun zin voor spektakel, maar ze houden hun ritme dankzij de goals van Suárez en Llorente, de verrassende maar betrouwbare luitenant. De nederlaag in de derby tegen Real toont wel de beperkingen van de Uruguayaan op het hoogste niveau. Het klassement bevestigt dat Atlético veeleer een ploeg van de regelmaat is dan van grootse topwedstrijden.

De Sloveense muur

Het symbool van discrete betrouwbaarheid, match na match, is doelman Jan Oblak, die mirakels verricht maar niet het charisma of de juiste nationaliteit heeft om zich luidruchtig te mengen in de strijd om de beste keeper ter wereld. Nochtans had de Sloveen met de elastieken armen al vier keer de Trofeo Zamora gewonnen, die de doelman met de minste tegengoals in La Liga bekroont, voor hij die afgelopen seizoen moest afstaan aan Thibaut Courtois. En veel kans dat hij die dit seizoen terugwint: in de eerste zestien competitiewedstrijden moest hij zich slechts zes keer omdraaien.

Het symbool van discrete betrouwbaarheid, match na match, is doelman Jan Oblak.
Het symbool van discrete betrouwbaarheid, match na match, is doelman Jan Oblak.© GETTY

Hoewel Simeone elk nieuw seizoen aanvat met gedurfde ideeën zoals een driemansverdediging, veel driehoekjes en individuele spelers met lef, telkens keert hij weer terug naar zijn favoriete recept: een goed georganiseerd defensief blok, dat weinig kansen geeft aan de tegenstander en zelf kan profiteren van de minste fout. Want elke opponent zet de deur wel eens op een kiertje en dat is net genoeg om daar een voet tussen te wringen. Eenmaal dat goaltje is gemaakt kan de belegering van de grote rechthoek van Jan Oblak hernemen, altijd zal er wel een voet, een hoofd of een handschoen in de weg zitten om de voorsprong vast te houden.

Alsof La Liga hem een eer wil bewijzen, is het uitgerekend tegen het Getafe van José Bordalás, dat vaak wordt voorgesteld als een miniatuurversie van Atlético, dat Diego Simeone zijn 500e wedstrijd als coach van de Colchoneros mag betwisten. Jan Oblak houdt zijn doelvlak schoon terwijl aan de overkant een vrijschop van Yannick Carrasco aan Luis Suárez de enige goal van de wedstrijd aanbiedt. Eindstand: 1-0. Dat is de uitslag die in de Spaanse hoofdstad het vaakst voorkomt in de wedstrijden onder El Cholo. Misschien is routine wel het echte geheim van een langdurige liefdesrelatie.

Carrasco, een geslaagde terugkeer

Na twee periodes van dienst in het rood-wit gestreepte shirt is niemand in Madrid nog verrast door het niveau dat de geniale flitsen van Yannick Carrasco kunnen halen. Waar ze wel van opkijken, is hun regelmaat, waarmee de Rode Duivel de meest betrouwbare Colchonero van het jaar 2020 werd. Hij was beslissend in de topper tegen FC Barcelona door sierlijk een te avontuurlijk uitgekomen Marc-André ter Stegen te dribbelen. De Brusselaar ontpopte zich tot een geweldige assistgever en zorgde er zo voor dat zijn ploeg de nodige punten kon verzamelen in de slotsprint van het jaar, tegen Elche, Real Sociedad en Getafe.

Tijdens zijn eerste Madrileense avontuur was Carrasco zeker niet een van de favoriete spelers van de groep. Ouwe rotten Gabi en Diego Godín lieten geen gelegenheid voorbijgaan om hem te wijzen op zijn individualisme en zijn soms lakse manier om met de fameuze krijgssfeer van El Cholo om te gaan. Maar Diego Simeone heeft altijd wel een zwak voor Carrasco gehad, omdat die het verschil kan maken over een grote afstand en dus een kostbaar profiel heeft binnen een ploeg die zich graag op de eigen speelhelft terugtrekt. De Argentijn schonk zijn Belgische slalomspecialist snel het vertrouwen toen die terugkeerde uit China, waar hij het lagere ritme benutte om zijn knie te laten genezen. Een knie die volgens sommigen te gehavend was om nog mee te kunnen op het hoogste niveau.

Vandaag is de Rode Duivel niet alleen een van de belangrijkste aanvallende pionnen van Atlético, hij kan ook een grote troef zijn in de Champions League, waar de oude benen van Luis Suárez niet meer in staat zijn om wedstrijden te domineren. De komst van de sterke Moussa Dembélé van Lyon is daar zeker niet vreemd aan.

Yannick Carrasco
Yannick Carrasco© GETTY

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content