Westerlo rekent op zijn topschutter voor het belangrijke degradatieduel tegen Mouscron-Péruwelz.
Na de snipperavond op Club Brugge en het 6-0-verlies werd Frédéric Gounongbe (27) met zijn 12 treffers (op een totaal van 21 wedstrijden) in de topschuttersstand afgelopen weekend bijgehaald door Abdoulay Diaby (Club Brugge), Mbaye Leye (SV Zulte Waregem), Sofiane Hanni (YR KV Mechelen) en Sven Kums (AA Gent). Bob Peeters zal zijn scoremachine uit Benin goed kunnen gebruiken in het gevecht om het behoud.
Dat de Brusselaar altijd voor een meerwaarde zorgt bij Westerlo, weet oud-trainer Harm van Veldhoven al langer. ‘Als Frédéric volledig fit kan blijven, is hij altijd een spits die gemakkelijk doelpunten maakt. Hij is groot, atletisch, beschikt over een goede traptechniek en reageert vrij opportunistisch op aangeboden kansen. Alleen blijft hij bijzonder kwetsbaar qua lichaam. Hij is een laatbloeier, waardoor het moeilijker is om die juiste balans te vinden. Frédéric moet zijn lichaam nog beter leren kennen. Op het hoogste niveau moet je nog meer doorzetten, de grenzen – ook inzake pijn – durven te verleggen. Ik zag vaak schrik. In zijn trainingsarbeid doseert hij goed. Maar de focus kan beter, om nog sterker te worden. Vaak moest Frédéric schipperen om fysiek scherp naar het weekend toe te werken.’
Daarom bestaat er toch wat twijfel of Gounongbe een stap hoger aankan. ‘Zijn voordeel is dat hij einde contract is en alles op zich kan laten afkomen’, stelt Van Veldhoven in Sport/Voetbalmagazine. ‘Bovendien blijft hij in mijn ogen een heel nuchtere en aimabele persoon die alles bijzonder intelligent kan inschatten. Het is een zelfkritische geest, die over veel zaken goed nadenkt. Een oprechte kerel.’
Oud-international Erwin Vandenbergh heeft vraagtekens. ‘Gounongbe is ook bijna de enige die bij Westerlo scoort. Hij doet veel op kracht en met zijn gestalte, het is zeker niet de technisch verfijnde voetballer. Hij profiteert goed van de lopende en bewegende spelers rond hem, zoals De Ceulaer en Henkens. Voor de Belgische topclubs blijf ik hem toch te beperkt vinden.’
